Nina Maat brengt circulaire economie naar brede publiek met pop-upmuseum: ‘Iedereen kan een bijdrage leveren’  

Nina Maat, oprichter vzw Antwerp Circular, opent het allereerste pop-upmuseum rond circulaire economie
Lotte Philipsen
Lotte Philipsen Journalist KnackWeekend.be

Met MUCE wil Nina Maat (25) circulariteit in de spotlight plaatsen. Ze bracht kunstenaars, bedrijven en kennisinstellingen samen om informatie op een prikkelende manier over te brengen. ‘Ik wil tonen dat het niet saai is, maar net boeiend voor iedereen. De circulaire economie moet sociaal zijn.’

Onderweg naar onze afspraak in het nog lege museum slaat het noodlot toe voor Nina Maat: een lekke fietsband. Maar waar een wil is, is een weg. Ik spring terug op mijn fiets en zij wandelt dapper voort. Nog geen tien minuten later hebben we elkaar gevonden en kan het gesprek beginnen. ‘Dit is waarom ik mijn museum pal in het hart van Antwerpen wilde openen. Zo’n locatie kost meer, maar het is het waard. Hoe beter bereikbaar, hoe minder mensen het excuus kunnen gebruiken dat ze er niet geraken,’ klinkt het strijdvaardig. Geld heb je bovendien ook niet nodig om het museum binnen te mogen. ‘Betalen kan met lege batterijen en oude gsm’s.’

We moeten ernaar streven de aarde beter na te laten dan dat we hem vonden

De 25-jarige onderneemster is niet aan haar proefstuk toe met dit initiatief rond circulariteit. Als student richtte de jonge onderneemster al de vzw Antwerp Circular op. De focus lag toen vooral op kledingruilbeurzen, om mensen op een laagdrempelige manier kennis te laten maken met het concept van de circulaire economie. ‘Het waren heel leerrijke ervaringen en de ruilevents lokten best veel volk,’ vertelt ze. ‘Of je nu iets met mode hebt of niet, iedereen draagt kleding. Het was een goede springplank om mensen uit te leggen dat het tijd is om de wegwerpmaatschappij vaarwel te zeggen en dat we grondstoffen en producten in de kringloop moeten houden. ’

The circle of life

Dit keer ziet Nina het grootser en opent ze een heus museum. ‘Eerst in pop-upformaat, maar ik droom van een blijvend museum. Ik was vaak “het jonge meisje van kleur dat iets rond duurzaamheid mag doen in een hoekje”, zodat alle boxen afgevinkt kunnen worden. Het was tijd om een stap verder te gaan en uit dat hokje te breken.’

Doodskist van mycelium / Loop Biotech – Michael Deleu

Het zaadje voor een eigen museum rond circulaire economie werd al lang geleden geplant, legt Nina uit. ‘Ik heb al van jongs af een grote interesse in de natuur, ondanks dat ik opgroeide op een appartement. Kwam het door de pakkende WWF-reclames? Of misschien door de Disneyfilms met hun boodschappen over the circle of life? Wat de reden ook mag zijn, ik wist al snel dat ik een bijdrage wilde leveren aan het beschermen van de natuur. Toen ik enkele jaren geleden een artikel las over de circulaire economie was dat een echte aha-erlebnis. Het artikel heb ik ingekaderd, omdat het zo’n impact op me maakte. Waarom pakken we het niet allemaal zo aan? Op dat moment was duurzaamheid nog vooral besteed aan de donkergroene mensen, die het zich bovendien konden veroorloven om ermee bezig te zijn. Ik voelde dat het nodig was om het concept bij een groter en diverser publiek kenbaar te maken.’

Verhalen vertellen

Het pad naar ambassadeur voor de circulaire economie worden, ging niet zonder slag of stoot. ‘In het Vlaamse schoolsysteem heerst nog heel sterk het idee dat enkel de richtingen met veel uren wiskunde je ver kunnen brengen in het leven. Toen bleek dat ik geen krak ben in wiskunde en dus in economie-moderne talen terechtkwam, voelde dat aan als falen. Alsof ik niet slim genoeg was.’

Wist je dat uilen geruisloos vliegen? Daar kunnen windmolens en vliegtuigbouwers uit leren.

‘Doorheen al die jaren bleef ik nadenken over hoe ik mijn steentje kon bijdragen. Dit ging ook gepaard met een minderwaardigheidscomplex: ik was super enthousiast, maar geen klimaatwetenschapper. Welke rol kon ik spelen? Na het middelbaar ben ik politieke wetenschappen en milieuwetenschappen gaan studeren. Omdat ik nog energie overhad, meldde ik me aan voor stages bij ngo’s en overheden. Daar heb ik enorm veel van opgestoken,’ vertelt Nina. En alsof studeren en vrijwillig stage lopen nog niet voldoende was, richtte ze ook haar eigen vzw op. ‘Met Antwerp Circular probeer ik circulariteit op een leuke, inspirerende en duidelijke manier over te brengen. Mode was mijn eerste tool om een verhaal te vertellen, net zoals de kunst in MUCE dat hopelijk zal doen. Ik ben ervan overtuigd dat we allemaal een bijdrage kunnen leveren.’

Nina Maat, oprichter vzw Antwerp Circular, opent het allereerste pop-upmuseum rond circulaire economie © Arthur Vermeylen

Om haar idee uit te voeren, moest Nina geld bijeen sprokkelen en heel veel taken op zich nemen. ‘Geen simpele opdracht. Ik draag heel veel petjes tegelijk. De ene dag breng ik kunstenaars in contact met bedrijven en kennisinstellingen voor een cursus rond ecodesign, de volgende dag ben ik het museum aan het poetsen of een podcast aan het opnemen. Stresserend? Zeker, maar ik wil echt bewijzen dat een museum rond circulaire economie nodig is en dat er – excusez le mot – draagvlak voor is. Door bedrijven, kennisinstellingen en kunstenaars in gesprek te laten gaan, vertalen ze circulaire economie naar het brede publiek.’

Iedereen samen

Wat er doorgaans verstaan wordt onder circulaire economie, namelijk een systeem van produceren en consumeren waarbij materialen zo lang mogelijk in de kringloop blijven, gaat niet ver genoeg voor de onderneemster. ‘Het moet ook sociaal zijn. Je hoeft geen politicus, bedrijfsleider of designer te zijn, iedereen kan deel uitmaken van de circulaire economie. En dat is er net leuk aan.’

MUCE: het pop-upmuseum over de circulaire economie opent heel oktober de deuren in Antwerpen

‘Voor mij is het ook een regeneratieve economie. We moeten ernaar streven de aarde beter na te laten dan dat we hem vonden. Dat betekent dus ook meer doen dan je uitstoot verminderen of neutraliseren. Het klimaatvraagstuk heeft nood aan een mindshift: we moeten anders gaan leven, maar dat hoeft niet vervelend te zijn.’  

Geruisloze uilen

De mosterd voor die sociale, regeneratieve en circulaire economie kunnen we volgens Nina halen in de natuur. ‘Ik weet dat het wollig klinkt, maar we kunnen zoveel leren van de natuur, waar we zelf ook deel van uitmaken trouwens. Ik ben grote fan van biomimicry. De natuur zit zo ingenieus in elkaar dat we ze niet moeten tegenwerken, maar moeten nabootsen. Wist je dat uilen geruisloos vliegen? Daar kunnen windmolens en vliegtuigbouwers uit leren. En denk eens na over wat er gebeurt wanneer een papegaai sterft in de natuur. De andere organismen zullen niet proberen er een nieuwe papegaai van te maken, maar ze nemen de voedingsstoffen op om te groeien. Het imiteren van het dakpannenpatroon van een haaienhuid kan dan weer van pas komen in de medische sector, waar ze materiaal nodig hebben waar geen bacteriën op groeien.’

Klimaatangst

Sla de kranten en magazines open en je kunt er niet meer omheen: vijf voor twaalf is al gepasseerd wat het klimaat betreft. ‘Het nieuws over de klimaatopwarming en het biodiversiteitsverlies maakt me heel verdrietig en bezorgt me stress. Daarom is blijven hangen in het negatieve voor mij geen optie. Ik zet dit op poten omdat ik geloof dat focussen op de oplossingen positieve verandering kan veroorzaken.’

‘Tegelijkertijd wil ik ook niet verbloemen dat we nog een lange weg te gaan hebben. Het is niet allemaal rozengeur en wodka lime en er is ook niet maar één juiste oplossing.’

Perfectie is overroepen

‘Ik zal de eerste zijn om toe te geven dat ik zelf ook niet perfect ben. Toen ik alleen ging wonen, had ik mezelf voorgenomen zero waste te gaan leven. Dat is tot op heden nog niet gelukt,’ knipoogt de onderneemster. ‘Ik eet bijna nooit vlees en heb al vijf jaar niet meer gevlogen, maar er komt zeker een moment waarop ik een reis wil maken met het vliegtuig en mezelf dat ook zal gunnen. Ik heb het altijd een melige uitspraak  gevonden, maar eigenlijk slaat hij spijkers met koppen: we hebben meer aan een grote groep die z’n best doet dan aan enkele fanatieke perfectionisten.’

Uiteraard zou het leuk zijn om een groene dictator te zijn, maar je kunt mensen niet overtuigen door hen iets op te leggen

Dat geldt ook voor ondernemingen, vindt Nina. Om MUCE te realiseren ging ze niet enkel in zee met kleinschalige circulaire initiatieven, maar ook met enkele grote spelers, zoals Proximus, Keytrade Bank en Deceuninck. ‘Zijn deze bedrijven honderd procent circulair? Zeker niet. We hadden ook enkel kunnen werken met bedrijven die al super duurzaam zijn, maar dan was MUCE een kleinschalig project geweest, in plaats van een echt pop-upmuseum.’

‘We hebben bedrijven nu eenmaal nodig. Het lijkt me dus nuttig om te tonen hoe zij kunnen bijdragen aan de circulaire economie. Bovendien heeft een circulaire toepassing van een groot bedrijf een grote impact. Wel is het belangrijk voor mij dat ze heel transparant zijn en zich niet duurzamer voordoen dan ze zijn. Eerlijkheid duurt het langst en kritische vragen moeten gesteld kunnen worden.’

Groene dictator

Het was het ook heel interessant om met kunstenaars te werken voor wie circulaire economie en de bijhorende termen nog nieuw zijn, stelt Nina. ‘Zo maakte illustrator Christina De Witte, bekend als Chrostin, me attent op de gevaren van buzzwords en slagzinnen. Woorden als duurzaamheid en circulariteit verliezen hun waarde wanneer ze zomaar in het rond gestrooid worden.’

‘Wither’ van Thijs Biersteker

‘Als bedrijf baken je best af wat duurzaamheid betekent voor jouw branche en wat je wil bereiken, anders kan je niet monitoren en verbeteren. Spreek heldere taal. Je komt niet meer weg met zeggen dat je werkt aan verduurzaming. Leg uit hoe je dat doet en wees ambitieus.’

Met de vinger wijzen zal MUCE echter niet doen. ‘Ik wil mijn mening ook niet te hard opdringen. Het is zoeken naar een balans. Uiteraard zou het leuk zijn om een groene dictator te zijn’, lacht Nina. ‘Maar ik weet heel goed dat je mensen niet kunt overtuigen door hen iets op te leggen.’

‘Een museum is een plek waar je met een open geest heengaat, om geïnspireerd en geïnformeerd te worden. Het is de ideale plek om je onder te dompelen en kritisch na te denken. Dat vind ik zelf zo leuk aan musea: ze zeggen niet wat juist of fout is, maar nodigen uit om je eigen conclusies te trekken. Ik hoop dat mensen die MUCE bezoeken het ook zo gaan ervaren,’ besluit de onderneemster.

MUCE

Van 1 tot 30 oktober

Huidevettersstraat 55 in Antwerpen

Muce.be

Nina was ook te gast bij Britt van Sustainababbels. Beluister hun gesprek hieronder:

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content