zweed met duitse trekjes

Pierre Darge
Pierre Darge Freelancejournalist

Alles verandert, maar de trend van de dieselmotoren blijft aanhouden. De typische aanhangers van benzinemotoren zoals Jaguar en Saab hielden lang stand zonder dieselmotor, maar een paar jaar geleden knielde ook de Zweedse constructeur voor de commerciële lokroep. In de ‘kleine’ Saab, die sinds de komst van General Motors op een Vectra-onderstel staat, werd een paar jaar geleden een turbodiesel gemonteerd. Die werd nu, om de wettelijke emissienormen te halen, verder opgewaardeerd en dat leek een goed moment voor een vernieuwde kennismaking.

Zelf zijn we dol op Saabs, we hebben er thuis eentje van bijna twee decennia oud met meer dan 200.000 km op de teller. Eigenzinnig en oersterk. Oud maar niet versleten. En boordevol charme en karakter natuurlijk, ondersteund door krakende geluidjes. Maar wel wat dorstig en daardoor duur aan de pomp. Een turbodiesel zou een oplossing kunnen zijn, maar voorlopig blijven we verknocht aan zo’n oer-900 op benzine.

De nieuwe turbodiesel – ook geleend bij Opel – begeleidt de rijder naar een andere, efficiëntere wereld van zuinig verbruik en lage brandstofkosten. Bovendien is het een krachtbron met een moderne techniek: een direct ingespoten diesel, maar dan zonder de veel geroemde common rail-techniek – het neusje van de zalm op de markt. In zijn opgewaardeerde versie is hij voorzien van een Garrett GT15-turbo met variabele geometrie, om nog beter te reageren op het gaspedaal en twee balansassen om de trillingen te neutraliseren. Het resultaat is een verbeterd vermogen van 125 pk (i.p.v. 115) bij een lager toerental en een motorkoppel van 280 Nm (i.p.v. 260) dat tussen 1500 en 2500 toeren voortdurend ter beschikking staat. Perfect op papier; maar in de praktijk ervoeren we de 2.2 TiD niet als een onvermeend succes. Bij koude start maakt hij een hels lawaai, onderweg loopt dat flink terug maar zonder ooit voorbeeldig te worden. De prestaties vallen beter mee, vooral als men wat hoger in de toeren klimt en de turbo zijn werk laat doen. Eenmaal de motor warm en op toeren is het heerlijk rijden, én versnellen.

De oude charme van het dashboard bleef nagenoeg ongemoeid: Saab beschikt ook na de GM-infiltratie over persoonlijkheid, en dat vertaalt zich zowel in het interieur als in het zitcomfort. De styling valt met geen enkele andere auto te verwarren, terwijl de koffer traditioneel bovenmaats is. Datzelfde kan niet gezegd worden van de plaatsen achterin, die zijn wat krap bemeten. Passagiers achterin worden niet echt verwend, maar dat is een veel gehoorde klacht in het segment. Het rijgedrag is goed maar niet uitzonderlijk, zodat we moeten toegeven dat de nieuwe versie wel oké is maar ons nooit in vervoering bracht, zoals we dat van de Zweedse producent gewend waren. Over het verbruik van de turbodiesel kunnen we dan weer niet klagen: wie een beetje uitkijkt haalt moeiteloos 7 liter/100 km, maar voor wat voor een moderne motor moet doorgaan, is dat zeker niet wereldschokkend. De motoren van de Volkswagen-groep blijven op dat vlak de toon zetten, zowel wat trekkracht als verbruik betreft.

De veiligheidsuitrusting is zoals we dat gewoon zijn: de 9-3 heeft voor bestuurder en passagier frontale airbags, terwijl laterale airbags zowel de inzittenden voor- als achterin beschermen. Voeg daarbij ABS (maar geen stabiliteitscontrole of antispinsystemen standaard) en men komt tot een zeer aanvaardbaar geheel.

De conclusie: in de herziene turbodieselversie misten we bij de 9-3 een beetje het rijplezier dat we kennen bij de benzineversies, maar toch kijken we uit naar de zescilinder turbodiesel die tegen het eind van het jaar onder de kap van de grotere 9-5 zal zitten, en waarvan beloofd is dat hij grensverleggend wordt.

PIERRE DARGE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content