Van een oninteressant hoekpand met loods maakten de architecten Ralf Coussée en Klaas Goris een ingenieus complex met woonruimte, boetiek en showroom… en zicht op het plein.

Hilde Bouchez / Foto’s Verne / Styling en Productie Marc Heldens

Wat vroeger een gewoon hoekhuis was op een plein in Roeselare, is vandaag een architecturaal hoogstandje. In een sobere en duidelijke vormentaal creëerden de architecten een nieuw geheel. Alleen de typische hoekgevel, eigen aan een plein, werd volledig behouden, maar hij kreeg wel een heel andere tint. In plaats van het klassieke wit, kozen de architecten voor cementgrijs, waardoor de gevel lijkt te vervagen en de raamopeningen geaccentueerd worden. ?We hebben de bestaande gevel behouden als een soort ode aan het plein. Want dit huis bepaalt mee het gezicht ervan. Een nieuw bouwwerk had de kracht van de historische site te veel ondermijnd. We hebben alleen de ramen vernieuwd. Vooral ’s avonds lijkt dit gebouw een aaneenschakeling van lichtende openingen waarvan de nuance telkens verschilt, afhankelijk van de bestemming van de ruimte erachter. Een zacht licht schijnt in het woongedeelte, groen licht is zichtbaar in de traphal en een zakelijk wit licht verraadt de commerciële ruimten.?

Los en toch aansluitend op de woning, hebben de architecten een centrale open traptoren uitgewerkt met daarvoor een volume van glas, metaal en hout. ?De toren waar de trap naar de woning in verwerkt zit, is zowel structureel als visueel de schakel tussen de straat en de woning, en tegelijk ook tussen het oude gebouw en het nieuwe. De glazen koker doet dienst als lichtbron voor alle niveaus. Vanaf de straatkant kom je via deze kleine ?patio? binnen en verdwijn je meteen in de architectuur, want de eerste vier treden liggen achterin de patio. Zo krijg je in het naar boven gaan niet alleen een uitzicht over de straat, maar kijk je ook binnen in de aanpalende winkel.? Zo hebben de architecten op een ingenieuze manier elk segment van dit gebouw met elkaar verbonden.

Langs de glazen cocon gaan Bernard en Bernadette Rommens dagelijks hun huis binnen. Ze bewonen de tweede verdieping en de zolderruimte die een prachtig uitzicht bieden op het plein. Terwijl de architecten zich vooral toelegden op de structurele aaneenschakeling van de verschillende gebouwen, hielden ze zich op de achtergrond bij de inrichting van de woning. ?We hebben de ruimte doelbewust zo leeg mogelijk gehouden om volumes tecreëren waarin objecten hun plaats kunnen vinden. Zo kunnen de bewoners er alle kanten mee op. Tegen de achtergevel waar geen ramen zitten, hebben we de gang, de keuken en de natte cel ondergebracht. Verder werd de invulling door de bewoners bepaald.?

Omdat Bernard en Bernadette beroepsmatig met inrichting en architectuur te maken hebben, besloten ze de ruimte heel persoonlijk, naar hun eigen smaak en voorkeur in te richten. Bernard bracht bijvoorbeeld het idee aan voor de inox keukenkasten en de berging, Bernadette wou een keuken die volledig afgesloten kon worden van de zithoek. Het resultaat is een ingenieuze keuken, die als het ware los staat in een loft, maar terzelfder tijd door glazen wanden kan worden afgesloten. De eetkamer bevindt zich aan de terraskant. In de oorspronkelijke plannen was deze ruimte niet voorzien en was het terras veel groter. ?Maar op een dag verloren Bernard en ik onze ziel aan een prachtige oude wandkast die we impulsief kochten, zonder ons daarbij af te vragen waar we ze zouden plaatsen. Uiteindelijk bleek dat we geen enkele wand hadden waartegen het meubel kon staan, en hebben we de architecten opdracht gegeven een extra ruimte te voorzien. Gelukkig maar, want hoewel de woning erg groot lijkt, zouden we zonder de extra eetkamer plaats te kort zijn gekomen. Er zijn te veel mooie dingen te koop en we vinden het zo moeilijk om neen te zeggen tegen iets waar we echt van houden. Maar daardoor komt, wat aanvankelijk een lege open ruimte was, geleidelijk wel propvol te staan.?

Bernard en Bernadette houden erg veel van de combinatie van oude meubeltjes met nieuwe, hedendaagse stukken. ?Aan veel van de oude spullen die we hier hebben, zit een verhaal vast. Daarom kunnen we er niet zomaar afstand van doen. In de badkamer bijvoorbeeld staat een oude sterilisatiekast, en in de slaapkamer staan antieke kappersstoelen. Het zijn spullen die Bernard vroeger op zijn kamer had. Ze maken deel uit van zijn leven, en daarom wilden we ook dat ze deel uitmaken van ons huis.?

Terwijl de woonruimte baadt in het licht en je door elk raam op het plein een andere scène ziet, heb je vanop de zolderverdieping, wanneer je rechtstaat, geen direct zicht naar buiten. De architecten wilden het authentieke karakter van de hoekgevel niet breken en hebben daarom geen enkel dakvenster voorzien. Ze behielden wel de kleine tussenramen, zodat je, liggend op het bed, wel een fantastische uitkijk hebt over de stad. Bovendien werd een klein volume in het dak geschoven, naar de centrale toren toe. Via deze kleine tunnel kom je op het gezellige avondterras.

De glazen wand tussen woonruimte en keuken zorgt tegelijk voor afscheiding en voor een open, bijna loft-achtig gevoel.

De toren waarin de trap verwerkt zit, is zowel de schakel tussen de straat en het woonhuis, als tussen het oude gebouw en het nieuwe.

In de keuken die uitgeeft op de living en op de eetkamer, koos Bernard voor sobere inox kasten.

Om de mooie oude wandkast een plaatsje te geven, werd een extra eetruimte gecreëerd aan de kant van het terras.

Tegen de achtergevel waar geen ramen zitten, werd de badkamer ondergebracht. Maar ook hier bleef het ruimtegevoel bewaard.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content