Chine, het Belgische merk met een zwak voor zijde, laat de folkloristische referenties achterwege. “De collectie is volwassen geworden”, zegt geestelijke vader Guillaume Thys.

Hij is maar even in Brussel, want thuis: dat is nu Hongkong. “Ik hou van het actieve van Hongkong”, zegt Chine-ontwerper Guillaume Thys. “Iedereen werkt dubbel zoveel als in Europa. Je kan er snel en op een efficiënte manier werk afleveren. Bovendien zijn er fantastische winkels, restaurants en hotels. En naast de zakelijke aspecten heb je het exotische van de omgeving, met zee en bergen. Ideaal om een stresserende job van je af te zetten. Alleen is de taal vreselijk moeilijk. Het is ook een dure stad, je hebt succes nodig.”

Thys heeft dat succes. Zijn passie voor de mogelijkheden van zijde, waarvoor hij tien jaar geleden naar Hongkong trok, ligt aan de basis van het merk Chine dat hij in ’92 samen met de financiële wonderboy Luc Duchêne lanceerde. Noch Thys, noch Duchêne waren neofieten in het modevak. Thys had een jarenlange creatie- en productie-ervaring bij Belgische merken als Andres (toen nog zonder X) en Private Collection. Luc Duchêne is de agent-invoerder die de eighties-succesverhalen Chipie en Chevignon naar België haalde, later Mer du Nord overkocht, zowel flagshipstores van Mer du Nord als Chine opende (en nog zal openen), en voor 2001 met de twee merken een omzet van anderhalf miljard Belgische frank (waarvan een half miljard voor Chine) vooropstelt.

De opgang van Chine gebeurde vrij discreet. Zonder impressionante reclamecampagnes, zonder opzichtige logo’s. Thys leidt de creatie en productie vanuit Hongkong, Duchêne en zijn echtgenote Nathalie doen in Brussel de marketing, sales en distributie. Sinds twee seizoenen stijgt de omzet elke keer met 50 procent. Export naar de States is het volgende project.

“We hebben jaren aan het product gewerkt, niet aan een imago”, zegt Guillaume Thys tevreden. “We zijn niet de grootste, en ondanks de kwaliteit ook niet de duurste. We brengen mooie stoffen, een verfijnde afwerking en modieuze silhouetten tegen een haalbare prijs.”

Thys is bijzonder opgetogen over de creatieve richting die de wintercollectie uitgaat. In de gerenoveerde industriële kantoorruimtes van het Arsenaal in Brussel (waar ook Mer du Nord en in de andere vleugel tassenmaker Delvaux huist) geeft hij uitleg bij winter 2000-2001. Thys loopt heen en weer, haalt silhouetten uit de rekken en vraagt steeds weer om de stoffen te betasten.

De voor Chine typische Mao-kragen, strenge kleuren en de folkloristische invloeden liet hij achterwege. Het kersverse millennium inspireert hem tot een nieuwe stijloefening, waarin hij onder meer zijde van de stempel ‘zondags’ wil ontdoen. Hij heeft er zelfs een naam voor: actieve romantiek. “Chine is er voor de werkende vrouw die elegant en feminien gekleed wil gaan. Ik zie haar als een kameleon, iemand met meerdere facetten. Met dezelfde jurk gaat ze naar verschillende gelegenheden. De kleren moeten polyvalent zijn en in de mate van het mogelijke ook hyperpraktisch, type wash and wear.”

De actieve romantiek van Thys is een minimalisme dat verzacht wordt met vrouwelijke, romantische details. Een effen daim rok heeft onderaan plukjes Tibetaans geitenhaar, pulls zijn afgeboord met geparelde franjes, T-shirts hebben een met fluweel afgewerkte V-hals. Het kleurenpalet in de paarse en rode tinten doet warm aan. En natuurlijk zijn er de stoffen, de dada van Thys. Naast de wolsoorten heeft hij verschillende types zijde: overschilderd voor aparte kleurschakeringen, crêpe georgette, perkamentzijde, een superlichte stof met een siliconen- en teflonlaagje. Deze laatste is vervaardigd van de lichtst mogelijke zijde, de coating zorgt ervoor dat deze paper silk in de wasmachine èn de droogtrommel kan.

In de tweede lijn van Chine, Kaki genoemd, speelt Thys met katoen, nylon en lycra die allemaal technologisch bewerkt zijn. Kaki is nonchalanter en sportiever dan Chine, “sportieve romantiek”, verduidelijkt hij.

De materialen-knowhow van Thys wordt eveneens door andere merken geapprecieerd. “Samen met de Chinese fabrieken ontwikkel ik veel stoffen. Te veel voor Chine alleen. Ik heb daarom een apart distributiesysteem opgezet, en ik lever aan grote merken als Donna Karan, Vivienne Tam en Versace. Ik vind het fantastisch om nieuwe stoffen uit te vinden, en als ik eerlijk ben, moet ik toegeven dat ik dat liever doe dan collecties creëren.”

De ambitie van Guillaume Thys is met Chine (“Een commercieel-creatieve lijn”) erkenning te krijgen op de internationale markt. Liefst zonder defilés en imagebuilding-toestanden. Dat lukt aardig, 65 procent van de collectie wordt geëxporteerd, voorlopig vooral naar Frankrijk en Italië. Maar Thys wil ook de Verenigde Staten veroveren, deze winter ligt Chine voor het eerst in enkele department stores in New York. “Je moet wel realistisch zijn. Voor een nieuw en klein merk blijft het moeilijk in de States. De media daar, met Vogue op kop, besteden alleen aandacht aan grote merken en adverteerders. Maar we zijn op de goede weg.”

Trui Moerkerke

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content