XANDER DE RYCKE

Xander De Rycke (29) laat sinds 2006 zalen vollopen met zijn scherpe observatie-comedy. Op 20 januari gaat hij de boer op met Quarter Life Crisis.

Als kind was ik al een clown, maar geen populaire. Ik was een lelijkerd, las veel boeken en had weinig vrienden op school. Maar ik was wel creatief en wilde dat ook met anderen delen. Als ik knutselde, wilde ik dat ook laten zien.

Het volstaat niet om grappig te zijn. Om mensen te bereiken heb je ook podiumuitstraling nodig.Toen ik begon, wist ik heel weinig van stand-upcomedy, maar ik keek wel op naar mensen als Urbanus, Jerry Seinfeld en Alex Agnew. Als zoveelste blanke man vond ik het in het begin moeilijk om een eigen stem te vinden : ik was een lange slungel die geen oogcontact durfde te maken en zich verstopte achter lagen kleding. Het helpt dat ik nu gelukkiger en zelfverzekerder in het leven sta, sindsdien ben ik een betere comedian.

Negativiteit op sociale media gooien is makkelijk. Hoe mensen tv-kijken en intussen de vreselijkste commentaren tweeten: welk nut heeft dat? Men is op sociale media ook sneller geneigd om iets af te breken dan om complimenten te geven, maar dat vind ik niet erg productief. Dat is voor mij hetzelfde als met broodkruimels naar een flatgebouw gooien in de hoop dat het zal instorten. Ik heb ook ergernissen, maar daarmee wil ik iets constructiefs doen.

Ik blijf weg van dingen waar ik niets van weet. Zo weet ik weinig over politiek en heb ik nooit drugs gebruikt – over die onderwerpen zul je me zelden horen. Maar ik ben wel een observator van mensen, van wat leeftijdsgenoten doen, van wat hen bezighoudt en van de populaire cultuur. Met die observaties probeer ik mijn publiek al eens een spiegel voor te houden en te prikkelen, maar toch vooral om ze te doen lachen.

Mijn huidige show is gebaseerd op onzekerheid. Op die typische eerste wereldproblemen die je krijgt door jezelf voortdurend met anderen te vergelijken. De sociale media stimuleren dat ook, want we zien voortdurend waar andere mensen mee bezig zijn. Als zoveel anderen kinderen aan het maken zijn en met hun gezondheid bezig zijn, moet je daar zelf dan ook niet eens aan beginnen ? Tot een heuse quarterlifecrisis is het gelukkig niet gekomen, maar ik heb er wel de schaduw van gezien.

Soms voel ik me als Batman. Overdag een gewone man, maar op het podium vrij om te kiezen wie ik ben. Blijdschap tonen of boosheid en verontwaardiging : het is fantastisch dat ik dat ter plekke kan beslissen. Ik bewonder mensen die zichzelf blijven, figuren als Otto-Jan Ham die niet grappig proberen te zijn, maar dat sowieso al zijn door hun uitstraling en manier van spreken. Maar in mijn geval is de Xander op het podium een uitvergroting : ik ben er gefrustreerder, kwader en stelliger dan in het dagelijkse leven. Daarin ben ik niet half zo spraakzaam, en dan laat ik mijn kwade en luidruchtige imago ook los. Grappig en controversieel zijn is mijn job, maar die hoef ik niet overal mee naartoe te nemen.

Ik ben geen grote drinker. Ik drink weleens een glas voor de gezelligheid, maar ik zal nooit dronken worden. Omdat ik me bewust wil blijven van mijn gedrag en mezelf in de hand wil houden, maar ook omdat ik zelf gezien heb wat alcoholproblemen doen met mensen. Ik heb zelf mijn middelbare school niet afgemaakt, maar als ik in studentensteden als Gent of Leuven optreed, verbaast het me altijd dat er zo stevig wordt gedronken. Gelukkig dringen vrienden me niets op. Mensen die niet of nauwelijks drinken krijgen al genoeg vreemde blikken.

Ik ben dankbaar dat ik mijn weg kon uitstippelen. Mijn vriendin heeft me daar altijd in gesteund, zonder te klagen wanneer ik er ’s avonds of in het weekend niet was, en vol vertrouwen dat het allemaal goed zou aflopen. Zo’n partner wil ik ook voor haar zijn. Het laatste wat ik wil, is haar ambities en vrijheid beperken.

Ik ben nogal lichtgeraakt. Kritiek doet me dus wel iets, al hangt het er wel vanaf van wie die komt. Tienermeisjes die boos zijn omdat ik lach met Niels Destadsbader, daar lig ik niet van wakker. Als comedian moet je tegen een stootje kunnen : wie anderen op de korrel neemt, moet ook kritiek kunnen verdragen. Uiteindelijk ben ik ook streng voor mezelf. Met het uiterlijk van mensen lachen bijvoorbeeld, dat hoort eigenlijk niet. Kritiek is dus welkom, maar laat die dan gefundeerd en scherp zijn.

xanderderycke.be

Tekst Eline Eurlings & Foto Stefaan Temmerman

“De Xander op het podium is een uitvergroting: gefrustreerder, kwader en stelliger dan wie ik echt ben”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content