Winterwonderland
Van hellingen suizen of vanuit een openluchtbad de omringende Alpentoppen bewonderen, tussen de sneeuwvlokken door : het kleine Zwitserse kanton Wallis omschrijft zichzelf enkel met superlatieven. Na een bezoek aan Saas-fee en Leukerbad kunnen wij dat alleen maar beamen.
Door Thijs Demeulemeester
Goed gezien van de Romeinen : toen ze het zuidwesten van Zwitserland binnenvielen, noemden ze dat gebied ‘Vallis’, wat zoveel betekent als ‘dal’. Inderdaad, het kanton Wallis ligt in het Rhônedal, ingesloten door de Alpen en grenzend aan Frankrijk en Italië. De geïsoleerde ligging heeft zo haar gevolgen : het klimaat is erg zacht, de natuur ongerept en de bewoners, de Wallisers, houden er hun eigen gewoontes op na. Ze bouwen al eeuwenlang typische huizen en schuren van ruw larikshout, spreken met een grappig accent en goochelen graag met records. Een bloemlezing uit de toeristische brochures : Wallis heeft de hoogstgelegen ondergrondse metro van de wereld, de grootste ijsgrot, de langste gletsjer van Europa, de verste klimroute en de belangrijkste wijnproductie van Zwitserland. Behoorlijk straf voor een gebied van 5225 vierkante kilometer (een zesde van België) met amper 300.000 inwoners, niet ? Het lijkt een nationale sport : aan elke bezienswaardigheid trachten de Wallisers één of andere superlatief te verbinden. En als je er begint op te letten, is dat best een grappige tic. De begroeting van de plaatselijke gids in Saas-Fee laat zich dan ook al raden : “Welkom in het mooiste Alpendorp van Zwitserland.”
Saas-Fee ligt op 1800 meter hoogte, gekneld tussen dertien bergtoppen die de 4000 meter vlotjes overschrijden. Het kroonjuweel is de Dom, een knoert van 4545 meter, de tweede hoogste berg van Zwitserland. Het landschap is de grootste troef, en daarom wordt het ook beschermd. Net als de plaatselijke fauna en flora trouwens, want een fikse populatie steenbokken, gemzen, alpenmarmotten en steenarenden bevolkt het omliggende bergmassief. Ook het dorpsaanzicht wordt intact gehouden : nieuwbouw moet aan de buitenkant voor een derde in hout opgetrokken worden, om de huizen een authentieke look te geven.
IJsgrot
Saas-Fee ligt in het zuiden van het kanton, vlak bij de Italiaanse grens. Klimatologisch is dat een meevaller, want de zon schijnt er driehonderd dagen per jaar. Eveneens een pluspunt : in het dorp rijden geen auto’s. Elektrische wagentjes verzorgen het plaatselijke verkeer, je eigen auto moet je achterlaten op parkeerterreinen net buiten de bebouwde kom. Het maakt het dorp er alvast stukken gezelliger op. De vele après-skibars, restaurantjes, charmehotels en oorspronkelijke chalets maken het postkaartje compleet.
We nemen de kabelbaan naar Fellskin (2991 meter). In dit tussenstation kun je overstappen op de ondergrondse Metro Alpin, die je in tweeënhalve minuut naar Mittelallalin op 3500 meter hoogte brengt. Tijdens dat supersnelle traject (tien meter per seconde !) hebben onze oren nauwelijks de tijd om aan het drukverschil te wennen. Boven worden we gedropt aan een panoramarestaurant (het hoogste ter wereld !) dat op een uur tijd helemaal ronddraait. Ideaal om tijdens een middagpauze het winterlandschap langs alle kanten te bewonderen. Rondom liggen vijftien kilometer skipistes die ook tijdens de zomer worden gebruikt. Eeuwige sneeuw gegarandeerd, en daarom zakken de nationale skiteams van Italië en de Verenigde Staten naar hier af voor zomertrainingen en hoogtestages.
De ijle lucht stelt ook mijn conditie serieus op de proef. Elke inspanning weegt loodzwaar en mijn lompe skibotten zijn er net iets te veel aan. Vooral op de eindeloze trappen richting het ijspaviljoen onder de Feegletsjer slaat de man met de hamer fataal toe. Het bezoekje aan de gaanderij, tien meter diep in het ijs uitgehakt, was nochtans absoluut de moeite waard. Al was het maar omdat ik achteraf buiten adem kon zeggen dat ik in het grootste ijspaviljoen ter wereld was geweest.
De eerste skiër
In totaal beschikt Saas-Fee over zo’n 140 kilometer pistes. En met wat goede wil kun je het dorp zelfs de bakermat van het wintersporttoerisme noemen, want hier gleed in 1849 de eerste Zwitser op zelfgemaakte houten latten de berg af. De dienstdoende waaghals was de plaatselijke pas-toor Johann Jozef Imseng, die voor zijn pionierswerk een standbeeld kreeg op het dorpsplein. Anno 2006 kunnen beginnende skiërtjes hier aan de voet van de helling spelenderwijs de stiel leren in het kinderpark. Wat verderop zijn er een aantal groene en blauwe pistes voor starters, 95 kilometer rode pistes voor gevorderden, en ook zones waar experts kunnen freestylen op ongeprepareerde stukken. Ik voel me niet direct geroepen voor halsbrekende toeren en ben al lang tevreden dat mijn vlakke pistes er perfect glad bijliggen.
Dat ik niet over hobbels en bobbels hoef te skiën is het werk van Florian, Flokky voor de vrienden. Elke avond rukt hij rond negentien uur uit met zijn pisteruimer, een monsterachtig gevaarte van vijf ton met enorme rupsbanden. Tot ’s morgens vroeg rijdt hij er de bergen mee op om het sneeuwtapijt te nivelleren en overtollige hoopjes te ‘verhakkelen’. Flokky is verantwoordelijk voor het witte biljartlaken waar de skiërs zich de volgende morgen op amuseren. Dus als je zo rond het avondeten een jongeman met een muts, dikke jas en pijp naar een gigantische bulldozer ziet sjokken, bedank hem dan maar even. Waar je hem een plezier mee kunt doen ? Wald Kaffee, een warme cocktail van koffie, cointreau en een flinke dot slagroom. En trakteer uzelf ook op één, het is een aanrader.
Badplaats in de bergen
Voor echte verwennerijen moet je evenwel in Leukerbad zijn. Het skioord in het noorden van Wallis had bij de laatste telling amper 1500 inwoners, maar jaarlijks vervoegen bijna een miljoen vakantiegangers hun rangen. Wat het dorpje dan zo populair maakt ? Het antwoord laat zich snel raden, als ik op het dorpsplein mijn handen sta te ontdooien aan een dampende warmwaterfontein. Uit meer dan 65 thermale bronnen in Leukerbad borrelt water van 51 graden naar boven. 3,9 miljoen liter per dag om precies te zijn, genoeg om 22 thermale baden mee te vullen, vele huizen en hotels van centrale verwarming te voorzien, en een aantal straten ‘vloerverwarming’ te geven. Het water is rijk aan kalk en zwavel en staat al sinds de Romeinen bekend om zijn helende werking voor reumapatiënten. Napoleon en Goethe kunnen ervan meespreken, maar ook gezonde mensen hebben deugd van een plonsje in het warme water. Het bekendste is het Burgerbad, een openbaar kuurcomplex met een tiental thermale zwem-, bubbel- en massagebaden, zowel binnen als buiten.
Een heel pak exclusiever is Lindner Alpentherme, een wellnesshotel met een uitgebreid gamma behandelingen (onder andere ayurveda-, scentao-, fango- en thalassotherapie). Fenomenaal is het buitenzwembad, waar je letterlijk tussen de bergen – de Daubenhorn, een rotsmassief met toppen van bijna 3000 meter – ligt te genieten in een dampende waterpartij met turkooisblauwe schijn, waarin schimmige gestalten traag rondwaden. Sneeuwvlokken dwarrelen neer, maar verdampen nog voor ze zich op het wateroppervlak neervlijen. Alles baadt in een hyperromantische sfeer, vooral bij ondergaande zon of maanlicht. En aan de zwembadrand bevindt zich een bubbelbad waarin een twintigtal mensen als bruistabletten lijken op te lossen.
Bergaf
Leukerbad is dan wel in de eerste plaats een kuurwalhalla, wintersportfaciliteiten zijn er natuurlijk ook : in totaal vijftig kilometer skipistes in het aanpalende Torrentgebied en vijfentwintig kilometer langlaufpistes op de Gemmipas. Dat is de oude verbindingsweg tussen het kanton Berner Oberland en Wallis. Je kunt er te voet naartoe, maar wij kiezen voor de kabelbaan, op vijfhonderd meter van het dorp. Van op 2300 meter hoogte is het zicht er adembenemend mooi. In de zomer is dit een gedroomd wandel- of klimoord, maar ’s winters zijn langlaufen of afdalen per slee een beter idee. De echte durvers kiezen echter voor snowtubing : een helling afglijden op een rubberband met handvaten. Slechte bestuurders, ikzelf incluis, verliezen al gauw de controle en beginnen rond te tollen tot ze ergens naast de piste in de diepsneeuw belanden. De iets atletischer medemens geraakt zelfs elegant door de bocht en weet behoorlijk wat snelheid te halen. Fun verzekerd, en al bij al valt die diepsneeuw nog behoorlijk zacht.
Zeker als je daarna een duik kunt nemen in het thermale water. Compleet gereinigd en als een herboren mens sta je de volgende dag weer op de latten. De sleutel tot deze heerlijkheden is de baad- & skipas. Hiermee krijg je toegang tot de pistes én de kuurfaciliteiten in het dorp. Je maakte een kwalijke val en bent na de eerste dag van je skiweek al out ? Geen probleem, met je pas kun je nog zes dagen wellnessen, terwijl je reisgenoot zwarte pistes klieft. Bezigheidstherapie of een geluk bij een ongeluk, het is maar hoe je het bekijkt.
Praktisch
Reis Weekend Knack reisde met Swiss International Airlines. Zes keer per dag is er een vlucht vanuit Brussel naar Zürich. Vluchtinformatie op www.swiss.com.
Openbaar vervoer Met een Swiss Pass reis je voor 4, 8, 15, 22 dagen of één maand onbeperkt op alle treinen, bussen en boten die aangesloten zijn op het Swiss Travel System. Ook te gebruiken op het tram- en busnet in 37 steden. Op een aantal privébergspoorwegen en kabelbanen krijg je 25 procent
korting met een Swiss Pass. Er bestaan voordelige varianten op dit
allroundvervoersbewijs naargelang van gezin, leeftijd of soort vakantie. Informatie over tarieven of
verkooppunten op www.myswitzerland.com, www.sbb.ch/sts of via Rail1, 02 528 28 30, rsc@b-rail.be.
Baad- & skipas Om voordeliger van zowel wintersport als wellness te genieten, koop je best deze
combinatie van een skipass en
toegangsvignet voor de kuurbaden in Leukerbad.
Taal In het westen van Wallis spreekt men Frans, in het oosten Duits. Toch overheersen overal streekdialecten die soms moeilijk verstaanbaar zijn.
Munt Zwitserse frank.
Algemene informatie Zwitserland Toerisme, Postbus 1600, 1000 Brussel, www.myswitzerland.com, telefonisch op het gratis telefoonnummer in Zwitserland 00800 100 200 30 of via fax op 00800 100 200 31. Regionale informatie
www.valaistourisme.ch,
www.saas-fee.ch, www.leukerbad.ch.
Thijs Demeulemeester
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier