Eenvoudige wijnen die geen pijn doen in de portemonnee. Daar willen we het over hebben in deze rubriek. Château Simple (184), wijn voor beginners, die ook de kenners wel bevalt. Deze week : rosé. Met roséwijn associëren we bijna automatisch de Provencestreek of Tavel als appellation. De marketing heeft haar werk goed gedaan : het beeld van een Provençaals terras onder de platanen, met rosé in het glas en een slaatje op het bord, is een dwingende associatie. In dit plaatje past natuurlijk Rosé de Provence.

Maar roséwijn is veel universeler dan men ons wil doen geloven : het is in wezen een afvalwijn die in haast alle (rode) appellations gemaakt wordt. Daarom kiezen we voor onze proeverij van vandaag wat minder ‘gewone’ rosé : Costières de Nîmes, Côtes du Lubéron, Côtes du Rhône, Buzet en zelfs Bordeaux Rosé.

Determinerend voor rosé is, naast zijn kleur, de lage bitterheidsgraad van de smaak. Het grootste deel van de bitterheid die voor rode wijn zo essentieel is, werd namelijk bij rosé weggeknipt. Daar kleur en bitterheid tot dezelfde groep der polyfenolen behoren en beide afkomstig zijn uit de schillen (en de pitten) van rode druiven, worden ze beide gegenereerd in het maceratieproces (het inweken van het gistende sap en de schillenkoek). Gedurende het inwekingsproces gaan bitterheid en kleur namelijk over vanuit de schillen in de gistende most, en dat gebeurt des te makkelijker naarmate er door de gisting al alcohol gevormd werd. Roséwijn maken lijkt dus eenvoudig : om lage concentraties van kleur en bitterheid te bekomen moet men de maceratieduur beperken. Er zijn twee methodes.

Bij de eerste methode worden de druiven lichtjes gekneusd zoals voor rode wijn, maar op het ogenblik dat er voldoende kleur voor rosé is opgelost voor fermentatie laat men de cuve af en perst men zeer snel en zacht de schillenkoek ( rosé de pressurage direct). Alle wijn uit de cuve wordt dus tot rosé verwerkt en daar de schillen, die nooit alcohol hebben gezien, ook lichtjes worden geperst komen er ook veel frisse, wijnachtige en zelfs druivige componenten over. De hoofdeigenschap van deze rosés is hun krokant fruit en hun lichte, elegante kleur.

De tweede methode is totaal verschillend. Ook nu vertrekt men zoals voor rode wijn, maar men laat in het begin van het gistingsproces, wanneer nog weinig kleur en bitterheid in het sap zijn overgegaan, een flink gedeelte van de gistingskuip afvloeien voor rosé ( rosé de saignée) en de rest van de kuip laat men verder gisten en inweken. Deze kleinere rest van het sap betrekt nu kleur en bitterheid uit de totale schillenkoek en wordt dus rode wijn met meer kleur en meer body. Deze methode om rosé te maken dient dus essentieel om de rode wijn te versterken. Deze rosé is niet uit de schillenkoek geperst en smaakt dus minder compleet wijnachtig : het zijn zacht smakende, alcoholische tafelrosés. Het aftappen van de gistingskuip om de rode wijn roder te laten worden, gebeurt in de meeste grote rode appellations.

Maar wijnboeren kan men niet in vakjes dwingen : veruit de meesten maken mengtypes van beide methodes : ‘volledige’ rosé de pressurage van hun jonge druivenstokken of van voor rosé geschikte soorten zoals cinsault, en rosé de saignée uit het grote rode werk.

Idealiter moet rosé zachtaardig fruitig zijn en toch een zekere wijnachtige volledigheid in de smaak vertonen.

Château Bois de la Garde,

Côtes du Rhône Rosé 2003

Vrij stevige kleur voor rosé, met een rode nuance en een neus van aardbeien, vooral na opschudden. De smaak is goed geknoopt en met eenheid, zachtaardig fruit en goede lengte. Universele tuinwijn.

(Colruyt : 4,75 euro).

Bordeaux Rosé 2001 Atinum

Goede zalmkleur van pressurage direct en koele gisting. De neus is wijnachtig en breed, de smaak voert een volkomen verschillend register vergeleken met de andere, meer uitgesproken rhônewijnen van de selectie : breed en fris. Universele wijn voor de zomertafel.

(Carrefour : 4,51 euro).

Buzet 2003

Vrij stevige kleur en een iets zware neus met gedegen fruit. De smaak is stevig en fris maar ook wat alcoholisch. Typische wijn voor bij charcuterie. (Colruyt : 4,29 euro).

Côtes du Lubéron ‘Les Florets’, 2003

Vrij lichte zalmkleur van pressurage direct en koele gisting, met een neus van goed maar delicaat fruit van rode vruchten, iets beschadigd in zijn expressie door zwaarte. Lichte, delicate maar ook korte smaak, eindigt heel neutraal. (Delhaize : 2,89 euro).

Château les Sources de la Marine. Costières de Nîmes 2003

Goede, frisse rosékleur maar in de neus iets zwaar fruit met aardbeien na opschudden. Goede, stevige smaak van vederlichte rhônewijn, een beetje simpel. (Delhaize : 2,79 euro).

Côtes du Lubéron 2002

Volle zalmkleur en een getemde neus met volkomen correct fruit. De smaak is die van elegante rhônewijn. Goed product in zijn genre. (Carrefour : 2,97 euro).

Herwig Van Hove I Foto’s Gerald Dauphin

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content