Vous permettez, monsieur?
Vous permettez, monsieur, que je vous présente mes hommages ? De meneer tot wie ik dit kleine eerbetoon wil richten is Salvatore Adamo. Hij is de enige aan wie ik ooit een fanbrief heb gestuurd. Jaren heb ik de gehandtekende foto gekoesterd die ik had teruggekregen. Ik was toen 15 en hij 21. Vorig jaar zag ik hem voor het eerst live op een podium. Een meneer van 59 met een hese stem en een ongelooflijke présence, die schitterende liedjes zingt en over het podium raast. Die een bomvolle zaal, waarin ook veel jonge mensen zitten, aan het zingen krijgt en die aan het eind van het concert bedolven wordt onder een daverend en vooral warm applaus. Een ouder wordende heer die nog net zoals die jongen van 20, 21 het hart op de tong heeft. Maar hij zingt nu niet meer alleen over hunker en honger naar meisjes die niet van hem willen weten. Zijn Mon douloureux Orient is vandaag even actueel als zijn Inch’Allah van enkele decennia geleden. De ouder wordende heer heeft overigens zijn kerstdagen in Kabul doorgebracht als ambassadeur voor Unicef.
Waarom de mijnwerkerszoon uit Jemappes mij als tiener zo aansprak ? Allicht ook een beetje omdat mijn vriendje van toen, de zoon van een croquemort, een begrafenisondernemer, een blonde versie was van de verlegen zanger. Omdat ik bij mijn eerste garagefuif met kloppend hart mijn eerste slows danste op Sans toi ma mie en Tombe la neige. Omdat ik net zo’n romantisch zieltje was als hij en misschien nog ben.
Zijn vriend Jacques Brel noemde Adamo ooit “de tedere tuinman van de liefde”. Dat staat in een schitterende brief die integraal is opgenomen in de biografie van Thierry Coljon (zopas verschenen bij Van Halewyck). Hoeveel mensen van mijn generatie associëren Salvatore Adamo met hun mooiste herinneringen ?
Iedereen die iets over hem weet, beseft intussen dat hij niet voor niets vroeg oud was. Als je met 22, door de onverwachte dood van je vader, de verantwoordelijkheid over een groot gezin krijgt, dat van bittere armoede in weelde wordt geprojecteerd door je eigen roem en verdiensten, is er weinig kans dat je je ontwikkelt tot een capricieuze dikke nek. Nee, werken en alles zo goed mogelijk doen, dat is nog altijd het leven van Salvatore Adamo.
Het verhaal dat Thierry Coljon vertelt over het totstandkomen van de cd’s die voor deze verjaardag werden gerealiseerd, vertelt veel, zo niet álles, over deze merkwaardige Belgische vedette die nog altijd een Italiaans paspoort heeft. Ondanks het feit dat het veel jaren heeft geduurd voor hij zich weer verzoende met zijn Siciliaanse roots, waar hij zich bedrogen voelde.
Het slimme jongetje dat altijd de eerste van de klas was, dat door leraren werd gestimuleerd om meer te realiseren dan in zijn milieu normaal van hem werd verwacht. Het jongetje dat al snel over een talenknobbel bleek te beschikken. De moeilijke jongeman voor wie het nooit goed genoeg was en nog steeds niet kan zijn. Ook nu hij bijna zestig is, hij is nooit echt ontsnapt aan zichzelf. Dat kan een mens ook niet. Een mens die als kind geleerd heeft dat werken een plicht is, heeft het moeilijk om de wereld te zien draaien en er alleen maar van te genieten. Zo’n mens blijft een leven lang een schuld aflossen tegenover de vader en de moeder die hij of zij ontgroeid is en toch nooit achter zich zal kunnen laten. Die blijft zijn hele leven lang verwachtingen inlossen. Ik weet waarover ik spreek.
Salvatore Adamo wordt op 31 oktober zestig. Hij staat met volle overtuiging op de planken. In de showbizzwereld was hij een tijd geleden zo goed als afgeschreven. Maar het is sterker dan hemzelf. Hij moet schrijven en zingen. Hij zou immers net zo goed van het leven kunnen genieten, op zijn lauweren kunnen rusten. Wat drijft zo’n man ? Waarom zijn tennis, petanque, joggen en een luilekker leven in het zuiden voor hem niet genoeg ?
Column
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier