Zelfs koffiemalen wordt een eenzame bedoening, nu vrouw en kind het land uit zijn. Dat komt doordat jongste dochter (thans 22 maanden en een handvol dagen) altijd erg geïnteresseerd is in de werking van de manuele koffiemolen. Zij helpt mij dan en klapt het luikje te pas en te onpas open om te zien hoeveel bonen zij al heeft vermalen. Geen enkele boon, natuurlijk, want zij beschikt nog niet over genoeg spierkracht om in de juiste richting aan de zwengel te draaien. Zij draait dan naar de andere kant, wat betekent : in vrijloop. Ik heb haar proberen uit te leggen dat het met koffiemalen is zoals met het leven. Je kunt weerstand vermijden door in de omgekeerde richting te zwengelen, maar dan hou je jezelf voor de aap en worden er geen bonen vermalen. Wellicht is dat een kleinburgerlijke opvatting van mij, ingegeven door een katholieke opvoeding. Niet iets wat je iemand als Paris Hilton zal horen verkondigen.

Ik heb hen naar de luchthaven gebracht en daarna stond ik drie kwartier in mijn dunne hemd op een akker, mijn smartphone in de aanslag met de app FlightRadar24. Tientallen vliegtuigen zag ik opstijgen, met bestemmingen van Zanzibar tot Kopenhagen. Toen signaleerde mijn telefoon opeens dat vlucht TP609 daadwerkelijk was opgestegen. Korte tijd later zag ik hun vliegtuig honderden meters boven mij, met een staartvin die roodachtig in de avondzon glansde. Ze beschreven een weidse bocht aan het uitspansel, tot zij achter de oude fabrieksgebouwen in tegenlicht boven de wolken klommen. Ik vond het verbluffend dat ik in die talloze vliegtuigen boven Brussel het hunne had kunnen terugvinden. Het was moeilijk te geloven dat mijn geliefden zich daadwerkelijk aan boord van die gevleugelde koker bevonden, als in een soort kermisattractie. Ik hoopte dat alles goed ging. In gedachten zag ik mijn dochter boven de iPad met een filmpje van Bumba. Haar roze koptelefoontje van Hello Kitty was van weinig nut als de piloten, ook toegerust met koptelefoons, koortsachtig aan de stuurknuppel trokken in een poging hun falende kist in de lucht te houden. Er ligt nu eenmaal nogal wat onheil op de loer in mijn gedachten. Ik zou er een lief ding voor overhebben mocht niet elke blijde gebeurtenis in mijn leven al bij voorbaat bewasemd zijn door de stinkende adem van het noodlot.

Thuisgekomen ben ik alleen met mijn schimmen en mijn spoken, en met wasgoed dat aan het wasrek hangt te drogen. Naast de stilte overvalt mij een gevoel van onverdraaglijke vrijheid. In zulke situaties trekken sommige mannen eropuit om een meisje te ontvoeren en in hun kelder op te sluiten. Ik niet, vermits ik door een speling van het lot geen serial killer ben geworden maar goede huisvader. Hooguit ga ik mij te buiten aan de herstelling van een vulpen, of lees wat bij over de laatste levensmaanden van Winston Churchill : “Hij werd de trappen op en af gedragen en zat in de zomer urenlang voor de open haard, soms schijnbaar diep in gedachten verzonken, soms leeg voor zich uitstarend terwijl hij met zijn stok in het zand figuurtjes kriebelde.”

Van de weeromstuit denk ik aan de laatste maanden van mijn vader, en hoe ontroerend het in wezen was dat hij af en toe een goocheltrucje voor ons opvoerde. Soms maakt de allenigheid mij week, bijvoorbeeld wanneer ik probeer mij uit de mailing list te unsubscriben van Studio 100. Ik breek de procedure voortijdig af wanneer er een honingbij verschijnt die, de pootjes werkeloos langs haar lijf, weemoedig naar een zonnig avondlandschap kijkt.

Vanuit de verte bereikt mij gelukkig de foto van een drolletje, met als geruststellend bijschrift : ‘eerste kaka in het potje !’ Zelfs dat is tegenwoordig gedocumenteerd. Ooit, wanneer zij al een tiener is, hoop ik haar daarmee te kunnen plagen.

jp.mulders@skynet.be

Jean-Paul Mulders

Het was moeilijk te geloven dat mijn geliefden zich daadwerkelijk aan boord van die gevleugelde koker bevonden, als in een soort kermisattractie

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content