Rare gedachte, dat deze woorden misschien ook gelezen zullen worden door de genaamde Johanna, die schijnbaar zonder aarzeling haar boeltje gepakt heeft om haar redelijk wat oudere geliefde te volgen naar Singapore, waar zij thans woont, op een dak in little India, waar zij een oerwoud gemaakt hebben van geurende bloemen, rare planten en kwetterende kolibri’s – een oase in de dolgedraaide stad, een bureautje in de open lucht met uitzicht op hoerige karaokebars en zingende priesters, waaraan zij mijn notulen soms nog leest als de Knack haar bereikt. Dat meldt zij via Facebook, dat tovertuig van deze tijden dat zijn uitvinder rijk heeft gemaakt omdat hij de mensen iets heeft gegeven dat zij heftig verlangen, namelijk dichter tot elkaar te komen. Zijn niet alle grote uitvindingen van de afgelopen jaren dingen die de eenzaamheid van de mens bevechten en hem helpen in zijn streven naar verstrengeling ? Het internet, de mobiele telefoon, de sms en als je verder teruggaat zelfs de televisie en de paardentram. Wij kunnen elkaar op gruwelijke wijze de duvel aandoen en toch is het belangrijkste wat wij willen blijkbaar niet alleen te moeten zijn.

Maar laat ik bij die Johanna blijven, want ik dwaal een beetje af. Ze had rode haren, haar relaatsie lag aan diggelen en ze voelde zich allenig. Tot ze iemand leerde kennen, een verhaal against all odds waar ze haar hart tot het uiterste in volgde. Opeens was ze weg, met achterlating van vaste betrekking en zo nog een paar dingen waar wij doorgaans aan blijven haperen. Goed heb ik haar niet gekend, ze was een van die mensen die je tegenkomt in ’s levens wandelgangen en die je een zweem van sympathie bezorgen, omdat je in wat ze zeggen, herkent wat je zelf meent te voelen.

Intussen zijn andere kennissen van mij uitgezwermd naar Zwitserland, naar Canada en zelfs tot in Iran. Het blijft mijn verwondering wekken, dat verlangen van de mens om zijn heil elders te zoeken en zich voortdurend te verplaatsen, of het nu ver is of kortbij, in de niet te stuiten stroom van voer-, vlieg-, en vaartuigen die altijd wel ergens naartoe gaan, als in een collectief geval van ADHD. Zou die drang van hot naar her te crossen te maken hebben met ons onvermogen om de tijd te stoppen, al was het maar voor één seconde ? Werkt dit zodanig onze woede op dat wij van de weeromstuit kriskras beginnen rond te rennen, in de hoop zo het verval te verschalken ?

Hier zit ik dan, aan mijn tafel van donker gepolitoerd hout, opgesloten in maandag 5 april, in 11.47 uur, zonder de mogelijkheid terug te keren op mijn schreden, al was het maar naar de zeewolf met patatjes van gisterenmiddag. Ik laat mij meespoelen met de golven en ik hoop dat die mij op het juiste strand zullen werpen. Ik kan natuurlijk doen alsof ik zwem, zoals de meeste mensen, de een energiek crawlend, de ander lijdzamer in schoolslag maar allen in wezen onmachtig, ten prooi aan een branding die vele keren sterker is dan wij.

Toch lijkt de een het meer in zich te hebben zijn lot in handen te nemen dan de ander. “Die gekke koloniaal blijft me inspireren en vervoeren”, schrijft Johanna. “Ik hoop voor altijd. We runnen samen zijn fotografiebusiness. Natuurlijk hebben we hier ook afgezien met die financiële crisis. ’t Was hard, maanden zonder werk en weinig hoop op beterschap. Maar zie, we staan nog altijd overeind en uiteindelijk is dat werk vanzelf teruggekomen.”

Ze hebben zich gespecialiseerd in een techniek voor luchtfotografie waarbij de camera aan een ballon of aan een kite wordt opgehangen en dan met een afstandsbediening bestuurd. “Heel spannend en het heeft ons tot in China gebracht, in mistroostige provinciesteden waar je bijna niet kunt zien door de fabrieksrook. Ik hou van zielige plaatsen – zo van die plekken waar niemand wil komen, en waar je nog figuranten ontmoet van wie je niet wist dat ze echt bestonden.”

Haar foto’s op Facebook zijn tamelijk overdonderend. Ze springen mij in het gezicht en tonen mannen met gebitten als lachende kerkhoven, en padden die tegen een plint aanzitten alsof zij de heersers van het universum waren. Een baby met vochtige ogen kijkt kwaad de wereld in, een tilak slordig op het voorhoofd aangebracht. Ik glimlach en leun achterover, vind mijn uitzicht op de Boekentoren plotsklaps nogal onnozel. Respect, Johanna. Ik wéét dat ik de neiging heb mij de dingen te romanties voor te stellen. Maar er bestaan slechtere manieren om aan de opsluiting in maandag te ontsnappen. Niemand zal kunnen zeggen dat jij lijdzaam rondgedobberd hebt. Je hebt gekozen om te zwemmen, in de moeilijke maar mooie vlinderslag.

Info : singajo.wordpress.com

jp.mulders@skynet.be

Jean-Paul Mulders

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content