VIVIENNE WESTWOOD Hoogheid van de mode
Haar portret als Queen Elizabeth I is eerder een hommage aan de schilder Holbein dan aan de oude koningin zelf, zegt ze. Met haar blonde pijpenkrullen en haar onderzoekende blik ziet ze er in het dagelijkse leven regaler en gedistingeerder uit dan op gelijk welke foto. Een audiëntie.
Peter De Potter
Zo kan het ook : de eerste twintig minuten van mijn gesprek met Vivienne Westwood stelt zij de vragen. Binnenkort bezoekt de Engelse ontwerpster België voor het eerst en ze wil er alles over weten. Ze informeert naar de historische achtergrond van onze taalgrens, naar de Vlaamse gildes, naar de oude architectuur. Wat haar vooral interesseert, is of ons land nu al dan niet tot het vroegere Bourgondische rijk behoorde. Ik durf nog steeds niet met zekerheid beweren dat mijn uitleg en schetsjes helemaal klopten, maar ik hoefde tenminste voor een keer niet uit te wijden over Belgische chocolade, mosselen en Kuifje.
?Avant-garde, anarchie en een koninklijke titel : voor sommigen is Vivienne Westwood een van de belangrijkste designers die we kennen. Anderen vinden dat ze haar hoofd dringend moet laten nakijken.? Zo vatte de BBC-documentaire The Look haar een aantal jaar geleden samen, en dat soort tweeledige commentaar achtervolgt haar al sinds het begin van haar loopbaan, die ondertussen meer dan twee decennia beslaat. Ze heet een buitenbeentje te zijn, een fantaste, een weliswaar groot talent dat alle voeling met de realiteit allang heeft verloren. Ze kent alle gedoodverfde en zeer onjuiste omschrijvingen ondertussen uit het hoofd.
?Eerst en vooral vind ik het in deze conformistische tijden een compliment dat men mij excentriek noemt?, zegt ze vastberaden. ?Maar buitenissigheid is niet hetzelfde als originaliteit. Die twee begrippen gaan niet noodzakelijk samen. Iemand kan licht in z’n hoofd zijn of in een of ander rariteitenkabinet thuishoren, maar verder geen enkele gedachte van betekenis weten te verzinnen. Maar anderzijds kan je door dingen anders te bekijken en te benaderen iets creëren dat nog niemand voorheen heeft gezien. Alles wat baanbrekend is, wordt als excentriek beschouwd. En het is bijna nooit van bij het begin populair.?
Kritieken in de krant leest ze niet en modemagazines bladert ze hoe dan ook niet door. ?Ik hou me daar niet mee bezig. Voor mijn werk ben ik mijn eigen, strenge criticus. Ik weet zelf wanneer het juist zit, wanneer het zal aanslaan. Ik ken geen enkele modejournalist van aanzien die kleren op de juiste manier weet te bekijken. Meestal vinden ze alles mooi want anders zijn ze hun job kwijt. Af en toe, in het wilde weg, beslissen ze dan een collectie af te breken. Iemand met een goede kijk op mode zal van de kleren van een aantal designers houden en verder alles lelijk vinden, gewoon al door ze te vergelijken met de ontwerpen die echt iets waard zijn. Zulke mensen vind je meestal bij kleinere bladen. Ik sta niet bepaald hoog aangeschreven bij de reporters die het voor het zeggen hebben. Ze kunnen gewoonweg het onderscheid niet maken tussen artisticiteit en vakmanschap. Ze zien niet dat een kledingstuk goed in elkaar zit of, ik zeg maar iets, een bepaalde lichtheid heeft.? Ik begin een kritiek van Suzy Menkes te citeren, de doyenne van The International Herald Tribune, maar die krijgt meteen een veeg uit de pan. ?Ach… Ik heb me al vaak afgevraagd of ik haar dat plaatje van The Everly Brothers zal opsturen : Wake up little Susie. Ze kan evengoed liggen slapen tijdens m’n shows en achteraf haar kritiek bijeenschrijven. Ze zal mijn kleren nooit begrijpen.
Nee, mijn grootste fans zijn mijn klanten. Ze passen mijn kleren en zijn verrukt. Ik hoor vaak dat ik maak waar ze al jaren naar zochten. Anderzijds kunnen sommige mensen niet geloven dat een bepaald kledingstuk van mijn hand is ; ik heb een notoire reputatie, die voortdurend gevoed wordt door de populaire pers. Het laatste silhouet van mijn meest recente mannendefilé bijvoorbeeld was een soort bruid. Hij droeg zijn gebroken arm in een gigantische strik en had voor de rest niet veel anders aan, behalve een broekje dan. Nu, dat was de enige foto die elke krant ’s anderendaags publiceerde, terwijl de rest van de collectie vol zat met heel simpel gehouden silhouetten met coupes waar Andreas (haar man en medeontwerper, red.) en ik heel trots op waren. Het is verleidelijk om die bruidsman er dan maar uit te gooien, maar dat weiger ik. Ik kan het niet laten. Ook al om te tonen dat het niet altijd bloedserieus hoeft te zijn.?
Als ze praat, gebruikt Vivienne Westwood langoureuze volzinnen, maar ze kiest haar woorden zorgvuldig ; tijdens ons gesprek stopt ze geregeld om een uitspraak die ze een half uur eerder deed nog verder aan te vullen. Het is belangrijk, vindt ze, dat ze een duidelijk en volledig kader voor haar ideeën kan schetsen. ?Voor zover ik weet, ben ik de enige modeontwerper die z’n activiteiten in een breder cultureel perspectief poogt te plaatsen?, zei ze een tijdje geleden in een interview, en dat geldt nog steeds. Haar werk is in feite één lang discours, een intellectuele dialoog over begrippen die elke ontwerper horen bezig te houden : moderniteit, vernieuwing, schoonheid. Volgens haar zijn die woorden holle dogma’s geworden, die willekeurig in de mond genomen worden. Tijd om de alarmbel te luiden, lijkt ze te zeggen.
?Bij heel wat mensen die zich in deze eeuw met het artistieke bezighouden, heerst er een soort mythe rond moderniteit?, begint ze. ?Ik bedoel maar, metalen ritsen heten modern te zijn, of materialen als nylon, maar dat zijn ze niet. Mijn punt is dat mensen de moderne tijd, die volgens mij waarschijnlijk met de Renaissance begon, verwarren met de technologische vooruitgang, en dat je alles wat voor die tijd kwam maar beter kan weggooien. Men leeft in de waan dat men in een hoogontwikkelde beschaving leeft en dat alles vanzelf beter zal worden omdat de technologie de oplossingen zal aanreiken, zonder dat men zelf nog een vinger moet uitsteken. Dus consumeert men wat de technologie voor hen produceert. Ik vind technologie trouwens een substituut voor ervaring. Televisie bijvoorbeeld heeft voor mij geen enkele opvoedende waarde. Elke minuut dat je naar dat scherm tuurt, is een minuut van je leven verkwist. Televisie hoort informatief te zijn, maar je krijgt geen tijd om al die stukjes informatie aan elkaar te rijgen, want daar komt alweer het volgende brokje. Je hebt reële tijd nodig, uren, dagen bedoel ik dan, om echt na te denken. Zoiets doe je niet tijdens een reclameblok. Om na te denken, moet je alleen zijn. Elke echte ontdekking doe je pas als je voor jezelf naar overeenkomsten, naar een samenhang van meningen of wat dan ook gaat zoeken. Men praat wel over wat er op de televisie te zien is, maar het enige wat men doet, is al die clichés herkauwen.
De meeste mensen doorlopen hun leven zonder ook maar één seconde te beseffen dat ze bestaan. Je kan pas doorgronden wie je bent en wat je hier op aarde doet als je een perspectief hebt, een zicht dat je met eigen intellect ontwikkelt. Ik vind niet dat je zonder een intellectueel leven nog maar van een leven gewag kan maken. Zonder enig perspectief ben je als Roodkapje die weerloos op de wolf zit te wachten. Of zit je eindeloos op de prins te wachten, als je dan toch wil dromen. Dat is dan je leven. Ik zie niet in hoe televisie je daarin enig inzicht kan verschaffen. Het lezen van heel veel verschillende boeken zal je eerder op weg helpen.?
Vivienne Westwood loopt niet hoog op met wat ze om zich heen ziet. Alles is marketing, vindt ze, één grote nivellering, dus zijn echte, creatieve vondsten bijzonder zeldzaam geworden.
Tegenwoordig loopt ongepolijst talent het gevaar in de kiem gesmoord te worden. Ideeën worden niet meer gestimuleerd. Het individuele wordt weggegomd. Algemeen word je zo onder druk gezet om je aan te passen, je wordt voortdurend afgeleid. In een dergelijk milieu als het onze is onze cultuur en beschaving met uitsterven bedreigd, dat geloof ik echt. Ik vind dat een probleem, maar niemand schijnt zich daar zorgen om te maken.
In het verleden waren er heel wat figuren die in de eerste plaats door hun talent maar ook door hun wil en hun ijzeren zelfdiscipline toch kwamen bovendrijven. Nu is zoiets heel moeilijk geworden. De enige oplossing die ik zie, is zo’n talenten in een bevoorrechte positie te plaatsen. We moeten ons serieus afvragen hoe we ervoor kunnen zorgen dat sommige mensen niet hoeven te werken, want dat is de enige manier waarop die personen kunnen nadenken en zich kunnen ontwikkelen. Ik denk niet dat gewoon staatsonderwijs zoiets kan bewerkstelligen. Ik bedoel maar, onlangs was er hier in Engeland nog een schandaal rond zo’n hoogbegaafd kind van twaalf dat zelfmoord had gepleegd. Nadien vroeg iedereen zich af hoe men zoiets had kunnen voorkomen, dat de scholen moesten aangepast worden en wat nog meer. Voor mijn part hoeft zo een jongetje niet eens naar school ! Sommige geesten hebben privileges en een bescherming nodig om te kunnen ontluiken. Ik weet dat men mij ervan zal beschuldigen elitair te zijn, en dat ben ik ook. Ik ben heel erg begaan met het conserveren van talent.?
In Londen, de stad waar Vivienne Westwood woont en werkt, loopt momenteel de controversiële Sensation-tentoonstelling waarin vooral de jonge, veelbesproken protégés van verzamelaar en magnaat Charles Saatchi te zien zijn. Op de keper beschouwd, kan je stellen dat hij haar voorstel al een beetje uitvoert. ?Helemaal niet?, klinkt het. ? It’s all business. Maar als die jonge mensen echt iets zouden brengen dat met schoonheid en kunst te maken had, dan zou hij hen inderdaad helpen, ja. Moderne kunst is geen kunst en het is ook niet modern. Sta me toe dat even te verduidelijken, want het gaat mij niet alleen om de beeldende kunst. Ik vind dat je geen kunst kan produceren als je met de traditie breekt. Je kan geen nieuwe dingen creëren als je het verleden negeert. Wanneer je zelf iets wil maken, begin je altijd met het kopiëren van wat je voorgangers hebben nagelaten of van iets wat je bewondert. Misschien zal je het niet helemaal kunnen namaken, maar belangrijker is dat je op zoek gaat naar dat ene element dat dat werk zo bijzonder maakt. Eenmaal je de originaliteit ervan herkent, dan zal je ook een manier vinden om er iets van jezelf in te leggen. Je geeft het een andere richting, je maakt er iets nieuws van. Nu, ben je niet in staat tot de essentie door te dringen, dan zal je enkel jezelf erin weerspiegeld zien. En daar draait het tegenwoordig om : ik, ik, ik. Niet om de waarde en de kwaliteit van je inspiratiebron. Resultaat : cliché. Iets wat we al honderd keer hebben gezien en wat vreselijk oninteressant is.?
Een samenwerking met iemand als Keith Haring, zoals ze deed in ’84, zou ze dus niet meer overdoen, werp ik op. ?Indertijd hield ik wel van zijn werk,? antwoordt ze, ?maar ik ben sindsdien van mening veranderd. Hij was heel bedreven in wat hij deed, maar het was geen kunst. Had hij echt leren tekenen door bijvoorbeeld Fragonard te kopiëren, dan had hij een grotere vooruitgang geboekt. Mode is een discipline die blijft overleven omdat je de techniek nooit helemaal overboord kan gooien. Je blijft hoe dan ook rond een lichaam werken en je hoort altijd een stof te gebruiken. In de kunstwereld daarentegen stel ik vast dat de hele traditie als zo goed als onbestaand wordt aanzien. Ik zeg altijd dat je geen symfonie kan schrijven op een kapotte piano en zonder enige notie van muziek te hebben. Je hoort een vak onder de knie te hebben voor je er je geest kan inblazen.?
Een andere ontwerpster die als baanbrekend wordt beschouwd, is Rei Kawakubo van Comme des Garçons. Een aantal seizoenen geleden liet ze weten dat ze zich enkel nog wil toeleggen op het verzinnen van vormen en methodes die nooit voorheen waren gezien. Vindt Westwood dat een goed uitgangspunt ? Ze glimlacht. ?Normaal geef ik geen commentaar op het werk van collega’s. Ik hou het gesprek liever puur intellectueel maar hier wil ik wel op antwoorden… Ik vind dat ze het volkomen bij het verkeerde eind heeft. Ze wil iets brengen dat het tegenovergestelde is van wat kleren horen te zijn. Ze zal dus niet in haar opzet slagen. Eenmaal je beslist dat mensen er als kunstvoorwerpen moeten uitzien, maak je geen mode meer. Nu, in het algemeen kan je zeggen dat de kleren van designers van die strekking goed uitgevoerd zijn, maar je zou ze nooit dragen en je zou je niet aangetrokken voelen tot iemand die ze wel draagt. Eigenlijk zou die er zo onnozel uitzien dat je er zelfs geen interesse voor zou kunnen opbrengen. Mijn stelling is : of je bent origineel of je bent het niet. Niemand kan je origineel maken. Wat men zou moeten doen, is mensen er mooi laten uitzien. Zonder die vraagstelling : ‘Wat is nu schoonheid ? O, ik weet het, misschien kunnen we een meisje op haar hoofd laten staan ! ‘ Ik vind dat kledij dient om je persoonlijkheid te benadrukken. Als er niets gaande is in de kleren, dan, tja…?
De grote verdienste en het genie van Vivienne Westwood is dat je haar meningen niet tot een handleiding moet bundelen om haar werk te bekijken. Het zit allemaal in de kleren, je hoeft maar te kijken. Vooreerst zijn ze nooit banaal en middelmatig, twee begrippen die de ontwerpster als het ergste goed beschouwt. Ten tweede slaagt ze erin haar intensieve historische research te laten resulteren in hedendaagse mode zonder dat je een postmoderne spoeling vermoedt. Verder tonen haar ontwerpen op onnavolgbare wijze dat goede smaak deels opvoeding is maar vooral voortvloeit uit humor, fantasie en intelligentie. En tenslotte zien de Westwood-man en -vrouw er immer elegant uit, en dat is, zo zegt ze, haar favoriete modeterm.
Zelf houdt ze vooral van Saint Laurent (?zijn lichte hand, zijn manier van materialen te manipuleren, zijn oog voor dingen om hem heen?) en van ChristianDior ; voor nog meer voorbeelden zou ze al moeten teruggrijpen naar iemand als Worth, zegt ze. De 18de-eeuwse kostuumgeschiedenis blijft haar lievelingsperiode, hoewel ze de laatste tijd nog drie eeuwen is afgedaald. ?Toen ik mijn patronen op die van de 15de eeuw begon te modelleren, ontdekte ik dat die steeds meer op die van Dior begonnen te lijken. Het was onvermijdelijk ; ik heb echt een inspanning moeten doen om iets anders te verzinnen. Dat bewijst mijn hele stelling over moderniteit eigenlijk. Looking down the telescope, if you will.?
Wegens haar bewondering voor Dior moet het toch gestoken hebben dat ze drie seizoenen geleden naast de vrijgekomen post in de coutureafdeling van het Parijse huis greep, vraag ik haar. ?Wel… Ik weet sowieso niet of ik binnen een andere structuur dan de mijne zou willen werken. Maar ik had het ervoor over gehad in het geval van Dior, ja. Ik wist dat ik dan zelfs geen tijd meer zou hebben om nog een boek te lezen, maar mijn respect voor Dior is zo groot dat ik zijn reputatie eer had kunnen aandoen. Ik denk ook dat ze mijn kandidatuur verworpen hebben omdat ik zelf al zo’n groot bedrijf heb. Het is niet zo makkelijk om dat naadloos in een andere firma te integreren. Daarom denk ik dat ze voor Galliano gekozen hebben. Ze werkten uiteindelijk al langer samen. Het is jammer, want ik weet dat mijn ontwerpen daar zouden verkopen. Ik weet hoe ik vrouwen moet benaderen.?
Er vinden Vivienne Westwood-defilés plaats op maandag 3 en dinsdag 4 november in het kader van Classic VI in de Hallen van Kortrijk. Er kunnen geen toegangskaarten worden gekocht, maar als u snel intekent voor het Weekend Knack Rendez-vous (zie p.165) maakt u kans erbij te zijn op 4 november vanaf 20 u. 30
Red Label (foto’s met rode achtergrond) is de prêt-à-porterlijn, Gold Label (andere foto’s) de duurdere lijn met couture-allures.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier