Tien jaar lang zochten ze een evenwicht tussen concept en commercie. Nu zijn Viktor & Rolf klaar om de wereld te veroveren. En ze pakken het meteen groots aan met een parfumcontract bij L’Oréal en in november een vrouwen-, mannen- én accessoirelijn voor H&M in vierentwintig landen.

In hartje Amsterdam, recht tegenover het Rijksmuseum, staat een imposante villa van begin vorige eeuw. Een gigantisch gouden zegellogo met de initialen V&R aan de voorgevel verraadt dat dit de heimat is van Viktor & Rolf, Nederlands modetrots die internationaal steeds hogere toppen scoort. Binnen staan kunstige gebakjes uitnodigend te wachten in een elegante salon. Geblaf kondigt de komst van het duo aan. Nieuwsgierig steekt Vicky, de teckel van Viktor Horsting, haar neus om de deur, komt even snuffelen aan de bezoekers en kijkt afwachtend naar de deur, waar haar baasje verschijnt. Op foto’s in modebladen lijken ze steevast een tweeling : altijd in dezelfde stijl gekapt, gegroomd, gekleed en bebrild. In levenden lijve vallen de verschillen meteen op : Viktor Horsting lijkt spontaner en antwoordt meestal als eerste, Rolf Snoeren is eerder van het zwijgzame, denkende type. Wanneer Viktor praat, bekijkt Rolf onderzoekend zijn bezoekers. De eerste vraag ligt dan ook voor de hand.

Hoe zien jullie jezelf : als een soort broers, tweelingen, of beste vrienden ?

Viktor Horsting : Beste vrienden. Uiteraard brengen we veel tijd samen door. Het is niet altijd gemakkelijk om aan een buitenstaander uit te leggen wat er gebeurt. We werken samen als één designer. Hoe we dat juist doen, is iets wat veel mensen zich afvragen, maar voor ons is dat vanzelfsprekend. Je kunt met een schets beginnen en hem samen afmaken, maar dat is een erg simpele manier om het te beschrijven. We praten gewoon veel en denken op een gelijkaardige manier.

Rolf Snoeren : We zijn complementaire persoonlijkheden, we zeggen altijd dat één plus één drie is. We hebben er nooit aan gedacht om alleen te werken en zullen dat ook nooit doen. Onze samenwerking is de essentie van het merk.

Viktor : Er was geen plan of strategie, behalve dan dat we modeontwerper wilden worden. De beste, van het hoogste niveau. Dat was een gemeenschappelijke ambitie.

Is er sprake van een soort van telepathie tussen jullie ?

Viktor (lacht luid) : Vandaag dragen we toevallig hetzelfde shirt en dat gebeurt regelmatig.

Rolf (droog) : Dat komt natuurlijk omdat we veel dezelfde kleding hebben.

Viktor : Maar toch, we hebben een grote kleerkast…

Rolf : Zoiets gebeurt vanzelf als je zoveel tijd samen doorbrengt.

De wintercollectie van 2006 bleef wars van de gebruikelijke excentrieke blikvangers en grote stunts. Is dit een keerpunt : wordt Viktor & Rolf minder ‘intellectueel’, draagbaarder ?

Rolf : Onze shows zijn vaak reacties op de vorige. De Upside Down-show (voorjaar 2006) was zo overweldigend dat het moeilijk was om naar de kleren te kijken. Dat wilden we nu vermijden. In mode zijn de deadlines zo waanzinnig : je moet zoveel keer per jaar presteren en dan is het logisch dat een collectie voortvloeit uit de vorige. Ik zou graag denken dat het een evolutie is, maar het komt vanzelf.

Viktor : We wilden een show die herinnerde aan haute couture, waar er meer ruimte is voor het poëtische en het tempo trager ligt. Het ging niet alleen om de beweging, maar ook om stilstaan : erg gestileerd allemaal. Draagbaarheid lijkt altijd een issue te zijn, en dat heeft onze pret-à-porterlijn altijd in zekere mate gehad. Maar het showelement en het theatrale zijn ook erg belangrijk voor ons en wij vinden dat perfect te combineren.

Rolf : Het is onze ambitie om iets te maken dat én draagbaar is én waarde en inhoud heeft. Veel mensen nemen creativiteit niet echt au sérieux.

In deze collectie (winter 2006) zat ook minder humor, nochtans een essentieel element van jullie werk.

Viktor : Die show was erg serieus, maar dat zijn wij ook. Zelfs als we lol trappen.

Rolf : Uiteraard is ironie een deel van ons werk. Onze mode is altijd een commentaar, een manier om afstand te nemen van het modewereldje.

Viktor : Ironie is ook een middel om dingen te relativeren, om jezelf niet al te serieus te nemen. Dat is het leuke aan samenwerken : er is altijd de mogelijkheid om na te denken en te lachen. Ik kan me voorstellen dat het erg anders moet zijn als je alleen werkt.

In Parijs had men het over de ‘moslimisering’ van de mode : in veel shows werd alles weer meer bedekt en ook jullie werkten met een sluier.

Viktor : Dat hadden we absoluut niet voor ogen. Ik weet niet wat andere designers dachten, maar bij ons was het een referentie naar couture, naar het maniërisme van hoedjes en sluiers. Maar we verdraaiden het tot iets surreëels, we gebruikten de sluier alsof hij een deel van het kapsel was.

Rolf : Het was gewoon voor de show, het is niet iets dat we vrouwen zouden suggereren om aan te doen. Dat is een groot verschil.

Viktor : Onze collecties zijn een soort therapie. Het zijn zelfportretten, ze tonen een facet van onze persoonlijkheid, een fase in ons leven. Deze show ging over introvert zijn, de waarheid in jezelf vinden en je afsluiten voor te veel externe invloeden. Het is niet de eerste keer dat we gezichten bedekken of transformeren : we hebben de modellen al geblinddoekt, helmen doen dragen en hun gezichten zwart laten schilderen. We gebruiken de modellen als een soort canvas. Natuurlijk doen andere designers dat ook, maar we gaan graag een stap verder.

Rolf : Door de gezichten te bedekken ga je automatisch meer naar de kleding kijken. Dat geldt ook voor het campagnebeeld van Flowerbomb : het gaat er niet om wie het model is of welke ster, het is eerder een idee dat je kunt grijpen.

Viktor : Het maakt het beeld toegankelijker voor iedereen : het gaat nog altijd om een mooie vrouw maar gesluierd en omgetoverd in een bloem. We vonden dat mysterieuze veel aantrekkelijker dan de kant-en-klare persoonlijkheid van een icoon. We willen inspireren, iets aanreiken om over te fantaseren.

Zijn er mensen in kunst, mode of film die jullie stijl belichamen ?

Viktor : Ik denk dat ons werk altijd erg cerebraal is, in de zin dat het een show is waar kleding een deel van is. Het universum dat we proberen te creëren is nogal hermetisch : het is onze wereld en het is dus niet altijd vanzelfsprekend om andere mensen binnen te laten. Daarom is de relatie met Tilda Swinton of Tori Amos zo speciaal. Tilda’s persoonlijkheid en uiterlijk sluiten nauw aan bij ons werk. Met Tori Amos (die het defilé winter 05/06 muzikaal begeleidde) was het iets erg fysieks : haar muziek en persoonlijkheid smolten samen met de show en met de kleding en dat zorgde voor een magische ervaring. In dergelijke uitzonderlijke momenten klopt het dat een beroemdheid een deel wordt van onze wereld. Maar vaak voelen we dat er geen logica in zit en daarom vinden we het moeilijk om namen te noemen. Natuurlijk zijn er mensen die we mooi vinden en we zijn pragmatisch genoeg om te erkennen dat celebrity dressing belangrijk is, maar het is geen fetisj, niet iets waar we actief achteraangaan.

Het begin van jullie carrière verliep erg moeizaam. Jullie kregen meer aandacht van de kunstscene dan van de modewereld. Hebben jullie het ooit willen opgeven ?

Rolf : Ja, we zijn toen in staking gegaan. We hadden een kunstinstallatie gemaakt met alle aspecten uit het glamourleven van een topdesigner en uiteraard een eigen parfum,…

Viktor : Het visualiseren van onze ambities zorgde voor een keerpunt. Het was een belangrijke oefening in het vooropstellen en durven realiseren van onze doelen.

Via haute couture naar pret-à-porter lijkt niet meteen de gemakkelijkste manier om een modecarrière te starten.

Rolf : Haute couture was geweldig om te starten en te tonen dat ideeën voor ons het belangrijkst zijn. Het was een perfect platform, omdat er geen commerciële beperkingen waren. Maar applaus krijgen is niet genoeg, je moet ook communiceren met je publiek en een business opbouwen.

Begin dit jaar openden jullie de boetiek in Milaan waar alles ondersteboven is. Meteen ook het thema van de zomercollectie 2006. Alles andersom aanpakken lijkt wel een concept ?

Viktor : Ja, onze hele carrière verloopt volgens dat stramien.

Rolf : Dat geeft aan dat voor ons alles mogelijk is. We willen een wereld creëren waar er geen limieten zijn en geen regels. Als wij iets ondersteboven willen aanpakken, dan doen we dat. En het werkt. We hebben de vrijheid om te zeggen wat we willen en onze eigen regels te maken. Dat vinden we heel belangrijk.

Is mode dan een manier om jullie eigen regels te maken ?

Rolf : Het fantastische aan mode is dat ze gebaseerd is op regels. Er zijn er zoveel dat je ermee kunt spelen. Het is heel gemakkelijk om ze te verdraaien.

Vrijheid is essentieel in jullie werk. Hoe staan jullie dan tegenover grote groepen ? Zouden jullie daarin kunnen functioneren ?

Viktor : We hebben wel wat ervaring met grote firma’s : voor onze parfums werken we samen met L’Oréal, het grootste cosmeticabedrijf ter wereld. En ook H&M heeft een enorme economische macht.

Rolf : We zijn niet tegen een overname, want we willen een groot label worden met een ruim publiek, en we beseffen dat je daarvoor een belangrijke partner nodig hebt. Zolang we maar alle creatieve vrijheid krijgen…

Zijn een parfumlicentie en een collectie voor H&M het hoogtepunt of het eindpunt in deze democratische evolutie ?

Viktor & Rolf : Geen van beide, gewoon een fase, een moment in de tijd.

Viktor : Deze projecten zijn echt een buitenkans om onze visie te verspreiden. We begonnen met kunst, daarna haute couture en later pret-à-porter. Maar het was nooit het een of het ander : onze ontwerpen hebben nog altijd iets van haute couture, we maken nog altijd kunstinstallaties… We houden van al die verschillende aspecten : het ontwerpen, de shows, een tentoonstelling, maar we amuseren ons ook met een parfum en een collectie voor H&M.

Rolf : Het is een grote uitdaging om je lijn naar een veel breder publiek te brengen : niet alleen naar jongere, maar vooral naar méér mensen, vrouwen én mannen. Het is niet onze bedoeling om een goedkopere versie te maken van wat we het laatste seizoen deden. Het is een concept specifiek voor H&M, al zal het natuurlijk de Viktor & Rolfsignatuur dragen.

Wat heeft L’Oréal overtuigd om van jullie een cosmeticamerk te maken ?

Viktor : Onze inspiratie. Wat hen interesseert is het feit dat we verhaalvertellers zijn, dat we voorbij de kleren communiceren. Ze hebben eerst verschillende shows bijgewoond voor ze een contract voorstelden.

Jullie waren erg betrokken bij de creatie van het parfum : jullie gingen zelfs naar Grasse om er een opleiding te volgen. Is dat interesse, perfectionisme of controledrang ?

Viktor : Alles tegelijk. Het is voor ons evident dat we zo betrokken zijn bij de creatie, het is niet gewoon iets waar we onze naam op plakken. Net zoals voor alle andere zaken, zijn wij de ultieme test.

Rolf : We zijn wel controlefreaks. Het is een deel van onze wereld dat we met dezelfde liefde en ambitie aanpakken als de rest. Dat alleen kan de reden van succes zijn.

Wanneer zullen jullie het gevoel hebben dat jullie het gemaakt hebben ?

Viktor : Dat is een interessante vraag, daar hebben we het al over gehad. Het zijn bepaalde momenten waar je naar streeft, maar het is niet ‘echt’. Zoals wanneer je naar een groot feest gaat en je gefotografeerd wordt ; maar dat duurt maar even en daarna ga je naar huis. Het is leuk om zulke momenten te verzamelen, omdat ze deel uitmaken van ons werk. Maar het gaat niet om de bestemming, het gaat om de reis. Het is leuk om je even te mengen met de modemensen en het wereldje, maar uiteindelijk is het ons werk dat belangrijk is.

Wat is het belangrijkste in jullie werk ?

Viktor : Wat voor ons het belangrijkste is, niet alleen in ons eigen werk maar ook in dat van anderen, is de originaliteit. Ernaar streven om iets te maken dat ervoor nog niet bestond. Het is niet omdat iets er spectaculair uitziet en in een museum staat, dat het kunst is. Of dat alles mode is wat op de catwalk loopt. Mode kan zoveel dingen zijn.

Door Sofie Albrecht I Foto’s Etienne Tordoir

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content