Verwennerij in het hooi

In de watten gelegd worden, hoort natuurlijk tot de mogelijkheden. Maar de belangrijkste opdracht luidt : doe het zelf.

Wellness betekent voor iedereen iets anders”, zegt Bille, officieel Sybille Wiedenmann, marketingdirecteur van de dienst voor toerisme van Beieren. “Lang slapen , sporten, schoonheidsbehandelingen, lekker eten… Het kan hier allemaal.” Sterker nog : deze hoek van de wereld zou de bakermat zijn van de wellnessbeweging. ” Dr. Alfred Vogel was een Zwitser”, zegt Bille. ” Rudolf Steiner woonde en werkte in Oostenrijk, Sebastian Kneipp was een Duitser uit deze streek.”

“Hier leven de mensen in harmonie met de natuur. Je ziet zelden gejaagde wezens zoals je die in grote steden aantreft.” Afgezien dan van Bille, die zich opwindt over wat de Duitse minister van Toerisme zegt : hij vindt Beieren ouderwets. In deze tijden van bar minimalisme, dat het westerse design beheerst, zie ik ook wel wat de minister bedoelt. De dreiging van kitsch : Beieren wemelt van cafés, hotels en restaurants die Goldener Hirsch heten. Ook binnenshuis is alles zo Beiers en barok als het maar kan. Kwikken en strikken alom, aan de bedden, de stoelen, de kadertjes. Restaurants zijn van plafond tot vloer bekleed met hout en beschilderd met pastorale tafereeltjes. Ramen bestaan uit ondoorzichtige venstertjes als jampotbodems. Luchters van hertengeweien. Diensters dragen een Dirndlkleid, obers een Tiroler jasje. Ook veel hotelgasten hullen zich in Trachten, zodat je soms je afvraagt in welke operette je terechtgekomen bent. “Het hééft iets”, zeg ik. “Amerikanen en Japanners zijn er ongetwijfeld dol op.” “O ja ?” vraagt Bille cynisch en triest. “Die denken dat Schloss Neuschwanstein een kopie is van Disneyland, terwijl het andersom is.”

Sterke kerels

Beieren is trots op de titel ‘romantisch Europa’, het land van de sprookjeskoning Ludwig II, neef van keizerin Elisabeth ‘Sissi’van Oostenrijk en bedenker van Neuschwanstein. Ook de plaatselijke Anwendungen mogen er zijn. Het Sissi-bad, om maar iets te zeggen, dateert uit háár tijd en is een variant op het Cleopatra-bad : aan melk en honing zijn nog koudgeperste olie en essentiële oliën toegevoegd. Het meest typische voor de streek is een Heubad of hooibad, dat goed zou zijn voor hart en bloedvaten en cholesterol, voor maag en spijsvertering, heilzaam tegen reuma en bovendien onspannend.

Lang geleden stelde men vast dat mannen die in het ongerepte hooggebergte maaiden en hooiden, sterke kerels waren. Men haalde dus massa’s hooi naar beneden en droogde die. Vóór de kuur wordt een hoop hooi gedurende één uur te weken gelegd. In het bad komt een matrasje, daarop een rubber laken, daaroverheen één van katoen. Een laagje hooi, dan het slachtoffer, dan weer hooi – als beleg tussen een boterham, zeg maar. Het geheel wordt strak dichtgevouwen. Je bent ingepakt als een mummie, alleen je gezicht blijft vrij, als het bad gevuld wordt. Je blijft droog, maar het water rondom verhit het hooi en je krijgt het weldadig warm, de geur van vers gemaaid gras vult de ruimte. De tijd staat stil, tenminste : zolang je neus niet begint te kriebelen…

Nadat ik uit de cocon bevrijd ben, brengt een mevrouw – met blonde vlechten maar niet in dirndljurk – me naar een kamertje als uit Roodkapje en stopt me onder in grootmoeders bed, met rood-wit geruite lakentjes, een hemeltje erboven. Ik dommel weg in een diepe slaap, zo in mijn Biedermeier-wiegje.

Vetverbrander en cellulitiskiller

Bij een andere gelegenheid krijg ik een keizersbad, met essentiële olie van hooi en een kruidenaftreksel. Daar is niets van te zien, maar alles van te ruiken, alsof ik op een hooizolder lig. Het bad bubbelt als een jacuzzi, maar dan zeer gericht. Eerst wordt mijn nek gemasseerd, dan daalt de straalstroom naar mijn schouders, langzaam van rug naar benen. Onder water gaan lichtjes aan. Wit, groen, blauw, geel, roze en paars gaan in elkaar over. De koepel boven het voeteneind van het bad weerspiegelt de kleuren en de bubbels. Het is te psychedelisch, te stroboscopisch en te boeiend om in slaap te vallen.

Als ik na een klein halfuur weer op het droge ben, word ik een uur lang ingewreven, bepoteld en gekneed met rozemarijnolie en Javaanse munt. Daarna, languit op een zonnige alpenwei onder een blauwe hemel, tel ik wat madelieven en klaprozen om me heen. Te loom om één vin te verroeren.

Tja, Javaanse munt : het eerste oosterse ingrediënt is gevallen, en die zijn tegenwoordig talrijk. Judith geeft me bijvoorbeeld een Pantei Luar Massage. Dat is een ayurvedische behandeling met gigantische theezakjes vol citroen en kokos, die even in een frituurpan op 120 graden pruttelen en die Judith daarna snel en licht over mijn huid strijkt, van top tot teen. “Niet afspoelen”, zegt ze. “Laten intrekken tot morgen.” Geurend naar pina colada, verrijkt met een scheut Mr. Proper, begeef ik me enigszins gegeneerd naar het restaurant.

Feinsmecker komen aan hun trekken met uitgebreide menu’s als selderroomsoep, reebout in jeneverroom met vossebessen, cantharellen en zelfgemaakte macaroni. En daarna nog moeten kiezen tussen mascarponecharlotte of champagnetaart.

Gelukkig ligt de beste vetverbrander en cellulitiskiller voor de deur. De volgende ochtend staat Sven nog voor het ontbijt klaar voor een Nordic Walking. Dat is zoals skilopen maar dan zonder latten of sneeuw : snelwandelen met stokken. “Daardoor loop je zoals een dier, op vier poten. Je armen dragen een derde van je gewicht. Maar je oefent niet alleen armen en benen, ook buik en billen. Nordic Walking spreekt het gehele spierstelsel aan, is een ideale vetverbrander en een prima cardiovasculaire training”, en hij gaat er als een haas vandoor, terwijl ik toch nog moet wennen aan mijn twee extra poten.

Op de tast

’s Middags heb ik het al aardig onder de knie en dat komt goed uit : we zwoegen verder met onze stokken, in een decor van groene weiden en besneeuwde alpentoppen. Het valt nog mee : ons traject is tamelijk vlak, ideaal om te fietsen en te stappen. Toch slaken we een zucht van verlichting als er eindelijk, om halfacht, een eind komt aan de uitstap. Bij een berghut wacht een groepje muzikanten – in Lederhose ! – met fris bier om de gasten te verblijden met gejodel, mondharmonica en accordeon. We eten hausgemachte Maultaschen mit Speck und Zwieblschmelze ; Kalbshachse mit Bayrisch Kraut und Knödel ; Apfelstrudel mit vanillesauce. Na deze ‘eenvoudige’ maaltijd, gul voorzien van bier en muziek, zijn we ontspannen vrienden die arm in arm terugwandelen naar het dal.

Tekst Griet Schrauwen

“Amerikanen denken dat Schloss Neuschwanstein een kopie is van Disneyland, terwijl het andersom is.”

Daarna, languit op een alpenwei, tel ik wat madelieven en klaprozen om me heen. Te loom om één vin te verroeren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content