Lang geleden dat we de ware nog veilig onder dezelfde kerktoren hoopten te vinden. Tegenwoordig komt het in relaties niet op een grens meer of minder. Maar kan Cupido wel een spagaat van duizenden kilometers aan ?

:: Marc Van den Herrewegen : 09 253 20 87.

Gescheiden worden van je geliefde : het geldt al langer als een diepmenselijk drama en hield smachtende harten wel al vaker in een wurggreep. Al de verbannen Romeinse dichter Ovidius goot de tragiek van zijn gescheiden liefde in tijdloze verzen als Ik spreek je, noem je naam, al zijn we ver gescheiden. Geen dag breekt aan, geen nacht valt zonder jou. Tweeduizend jaar later zijn we hoogstens verder geraakt dan enkele varianten op het thema : When I need you, I just close my eyes and I’m with you maakt de ‘immer reizende’ crooner Leo Sayer zichzelf wijs en wanneer een hartverscheurde John Denver nog maar eens on a jet plane moet vertrekken, geeft hij zijn lief volgend zoethoudertje mee : When I get back, I’ll bring your wedding ring. Akkoord, we lijken het tegenwoordig met minder grootse elegieën te moeten doen dan in Ovidius’ tijd, maar de slotsom blijft dezelfde : een dag zonder hem of haar, dat is een verloren dag.

Of niet ? Want steeds vaker lijken we de tragiek gewoon zelf vrijwillig op te zoeken. Nu de wereld een dorp geworden is, veel en ver reizen als een bijna verplichte hobby geldt, en we in naam van Erasmus massaal een jaar over de grens studeren, slaan de vonken onvermijdelijk al eens over voor iemand die lijfelijk minder nabij is. Langeafstandsrelaties zijn lang geen uitzondering meer. Grofweg gaat het daarbij om twee categorieën : koppels met verschillende nationaliteiten voor wie de ‘lange afstand’ van in het begin een harde realiteit is, en koppels die elkaar in eigen land vonden, maar van wie een van de twee verdere oorden moet opzoeken – meestal om professionele redenen, natuurlijk.

Doenbaar, maar eindig

Thomas en Chiara, late twintigers, behoren tot die eerste categorie. Allebei academici – hij uit Brussel, zij uit het Italiaanse Bologna – ontmoeten ze elkaar op een congres in Parijs. Er volgt een fijne babbel, die ze wat later voortzetten op een feestje van een gezamenlijke kennis in Brussel. Intussen zijn ze bijna twee jaar samen, ook al leven ze op een autorit van 10 uur of een vliegreis van twee uur van elkaar. Al klinkt dat volgens Thomas dramatischer dan het is. “Goed, we zien elkaar veel minder dan andere koppels, voor de rest zijn we ook maar gewoon twee mensen die elkaar graag zien. En daar gaat het toch om, nee ?”

Maar voor we verder praten, loopt Thomas vlug nog even naar boven “om Chiara te zeggen dat je hier bent en dat ik dus even niet on line zal zijn”. Ziedaar, een koppel uit de 21 ste eeuw. “Zeker, zonder de moderne communicatiemiddelen zou een relatie als de onze minder kans maken natuurlijk. Nu horen we elkaar elke dag, zonder ons blauw te betalen. Meestal bellen we via het internet. Dat kost ons niets, waardoor we vaak, of meestal zelfs, gesprekken hebben van minstens anderhalf uur. Op die manier lukt het heel goed. Ook omdat we elkaar zien – de webcam is intussen onmisbaar. Voorlopig spreken we Engels met elkaar. Maar daar moet verandering in komen : ik wil met haar in haar moedertaal kunnen spreken. En omgekeerd. Maar net als andere koppels sluiten we de dag dus pas af nadat we elkaar alle leuke en minder leuke ervaringen van die dag hebben verteld. Misschien praten we zelfs meer dan veel andere paren.”

Knuffelen met een klavier is dan weer minder fijn. Elkaar zo vaak mogelijk proberen te zien is een must, vindt ook Thomas. In hun geval lukt dat gemiddeld om de maand, meestal voor één week. “In de vakantieperiodes is dat langer. De hele vorige zomer is Chiara trouwens in België gebleven. Misschien is zo’n langere periode tussendoor wel noodzakelijk. Alleen al om met elkaars kleine en minder aangename kantjes te leren omgaan, die pas naar boven komen als je dag in dag uit samen bent.” Maar dat de relatie vlot standhoudt, betekent nog niet dat de situatie ideaal is. “Er zijn ook moeilijke momenten. Dat ik haar moet missen wanneer ik ze net hard nodig heb bijvoorbeeld. Of omgekeerd : mooie ervaringen niet kunnen delen. Eeuwig kan het zo niet duren : een relatie kun je niet ten gronde uitbouwen als je niet samen bent. En zeker als er kinderen in het spel komen, móét je een beslissing nemen. Al is dat voor ons geen drijfveer : we hebben gewoon zin om meer samen te beleven, te ontdekken en te kunnen thuiskomen bij elkaar.” En dus verhuist Chiara wellicht over een klein jaar naar België. “Maar dat neemt niet weg dat we later misschien samen naar Bologna terugkeren. We zien wel. En zit er ook daarna nog eens een langeafstandsperiode tussen : geen probleem. Afstanden krijgen ons niet klein.”

IJzersterk engagement

Anna en Ruben, prille twintigers, hebben hun langeafstandsfase intussen achter de rug. Ze leerden elkaar drie jaar geleden kennen via een gemeenschappelijke vriend die bij Anna in Finland studeerde. Nadat de vonk was overgeslagen, leefden ze vijftien maanden gescheiden. “Het lukte, maar op de duur kreeg ik wel het gevoel een relatie met de computer te hebben”, zegt Anna, die intussen een jaar bij Ruben in België woont. “Elke avond uren chatten : Ruben werd mijn dagboek. We zagen elkaar alleen tijdens de vakanties, en soms tussendoor voor een lang weekend. Toen ik later met mijn familie naar Zweden verhuisde, besloot Ruben om zijn erasmusjaar in mijn stad af te werken. En daar was hij dan : plots zo heerlijk tastbaar en dichtbij. Na dat jaar heb ik beslist om mee naar België te komen. Het zou voor mij te moeilijk geweest zijn om hem weer zo vaak te moeten missen.”

En niet dat ze zou willen terugkeren naar de tijd van toen, maar Anna beoordeelt hun vijftien maanden langeafstandsrelatie best wel als een goed vertrekpunt. “Ruben en ik hebben heel goed leren praten door ver van elkaar te leven. Ook, en misschien vooral, over onze diepste twijfels en onzekerheden. Dat was toen trouwens een noodzaak om vol te houden. Na die vijftien maanden weten we ook dat onze gevoelens eerlijk zijn. En we hebben elkaar leren vertrouwen. Want dat is een voorwaarde bij een langeafstandsrelatie : jaloersheid is dan een nóg wredere vijand. En ten slotte : je sterkt je persoonlijkheid als je vaak alleen staat voor beslissingen. En dat is altijd welkom natuurlijk.”

Moedige verhalen uit de praktijk die lijken aan te tonen dat op liefde geen strikte houdbaarheidsdatum staat. En toch ziet psycholoog en psychotherapeut Marc Van denHerrewegen de langeafstandsevolutie veeleer somber in. “Er zijn toch veel voorwaarden voor een goede relatie die volgens mij niet ingevuld worden als je elkaar maar om de twee maanden ziet. Hoe praat je conflicten uit zonder elkaar in de ogen te kijken ? Hoe neem je samen ontspanning ? Hoe pomp je genegenheid over via de telefoon ? En wat met seks ? Een relatie heeft voedsel nodig. Je kunt niet oogsten zonder te zaaien. Om het toch te doen slagen moet je inderdaad enorm bewust met de situatie omgaan : veel tijd nemen om te praten en elkaar extra aandacht geven wanneer je elkaar wél ziet. In de hier aangehaalde voorbeelden staan de koppels honderd procent achter de relatie. Het engagement moet wellicht nog sterker zijn dan in andere relaties. Alleen dan kan het lukken.”

Een tros extra aandachtspunten

En wat met die andere categorie : geliefden uit hetzelfde land, maar van wie iemand voor lange periodes naar het buitenland moet trekken ? Celebrity’s, die zich nu eenmaal vaak in de situatie bevinden, zetten alvast geen hoopgevend beeld neer. Carol wuifde onlangs nog Helmut Lotti voor het laatst en definitief uit, omdat hij 240 dagen per jaar van huis was. TomCruise en Nicole Kidman zagen elkaar te weinig om het vuur levend te houden. En ook BradPitt was Jennifer Aniston op de duur iets te letterlijk uit het oog verloren, waarna hij in ruil oog kreeg voor Angelina Jolie. “Ik begrijp niet waarom we tegenwoordig zo onvoorwaardelijk voor de carrière kiezen”, zucht Van den Herrewegen. “Nog eens : een relatie loopt echt niet vanzelf op wieltjes. Het is niet iets wat je er zomaar even bij neemt of krijgt. Als toemaatje. Relaties mogen tegenwoordig blijkbaar vooral de carrière niet in de weg staan. Ik vind dat een rare redenering. Een goede relatie speelt een heel grote rol in je geluk : waarom willen we er dan zo weinig in investeren ?”

Een wat minder sombere visie klinkt bij psycholoog en opleider in de relatie- en gezinstherapie aan UZLeuven Lieven Migerode. “Welke relatie je hebt, hoe vaak je elkaar ziet, en hoe je het aanpakt, daar beslist iedereen tenslotte zelf over. En elkaar heel weinig zien is natuurlijk geen evidente basis voor een relatie. Maar dat wil niet zeggen dat dat onuitwisbare nefaste gevolgen hoeft te hebben. Als je het op een goede manier aanpakt en enkele extra aandachtspunten respecteert, dan kan dat volgens mij geen probleem zijn.” Extra aandachtspunten ? “Erop letten dat je doorgaat met de dagelijkse ontmoetingen bijvoorbeeld : mij lijkt het noodzakelijk elke dag te bellen of te mailen. En specifiek in het geval van partners die geregeld voor hun werk naar het buitenland op en af moeten : ga zorgvuldig om met de overgangen. Dat wil zeggen : vertrek mentaal al niet op reis vóór je ook fysiek weg bent. Probeer thuis je volledige aandacht aan je gezin te geven. Al moet je jezelf ook nog altijd genoeg eigen ruimte gunnen wanneer je thuis bent : sluit je niet samen op. Aanvaard, als afwezige, bovendien je positie in het gezin : diegene die thuis blijft, moet willens nillens enkele van jouw taken op zich nemen. Pas je daaraan aan, in plaats van je positie op te eisen. En vooral ook : gun elkaar sociale netwerken en motiveer de andere in zijn zelfstandigheid. Sommige van die aandachtspunten klinken misschien evident, maar als je als koppel erin slaagt alvast daarmee rekening te houden, dan ben je toch al een heel eind op weg.”

Blijven of volgen ?

De praktijk dan. Inge en Tom bijvoorbeeld. Als productplanner voor een internationaal bedrijf moet Tom alles samen zowat de helft van het jaar het land uit. Intussen weet Inge hoe ze een huishouden met twee kinderen – van vijf en drie – ook alleen draaiende kan houden. Zelf klinkt ze vastberaden. “Ikzelf kan er best wel mee overweg. Vooral ook omdat hij zelden langer dan tien dagen aan een stuk weg blijft. Ik geef fulltime les en heb een rijk gevuld leven, dus die tien dagen zijn vaak zo voorbij. Een vrij zelfstandige en sterke persoonlijkheid is in mijn geval misschien wel belangrijk. Al komt die zelfstandigheid er na een tijdje vanzelf en wordt ze ook almaar sterker. Daar ben ik blij om.”

Waar het schoentje wél knelt : de kinderen. “Die missen hun vader enorm. Maar wanneer hij thuiskomt, is er voor hen dan ook altijd reden om te feesten. En dat is wel fijn. Intussen heeft Tom ook enkele spelletjes bedacht om hun gemis op te vangen. Leuk vind ik de tekeningen die hij maakt voor hij vertrekt : evenveel tekeningen als dagen dat hij wegblijft en waarop ze kunnen zien wat hij elke dag doet. We hangen de tekeningen achter elkaar op in hun kamer en elke dag die voorbij is, mogen ze er een wegtrekken. Zo volgen ze wat hij doet, terwijl ze de dagen aftellen. Ze vinden dat geweldig.”

En toch. Niet alle partners hebben er zin in om alleen achter te blijven. Of toch zeker niet als de andere voor meerdere maanden naar de andere kant van de aardbol moet. En dus laten ze die langeafstandsrelatie liever voor wat ze is : ze gaan gewoon mee. “Een langeafstandsrelatie was voor mij nooit een optie”, vertelt Sophie vanuit Hongkong, waar haar vriend als ingenieur werkt aan een project voor een Vlaams bedrijf. Ze zijn er nu een tweetal weken, en zullen er negen maanden blijven. Daarvoor woonden ze vijftien maanden in Singapore. “Toen David na zijn studie vrij snel het voorstel kreeg om in het buitenland aan de slag te gaan, waren we het er allebei over eens : ofwel doen we dit samen, ofwel niet. Dat ik mijn eigen carrière aan de kant zou hebben geschoven voor die van David, zo voel ik het niet aan. Akkoord, mijn diploma handelswetenschappen heb ik nog niet gebruikt, maar de ervaringen die ik hier opdoe, had ik voor geen geld willen missen. Bovendien zit ik heus niet elke dag stil te wachten tot David ’s avonds thuiskomt. In Singapore heb ik onder meer zes maanden in de Belgische ambassade gewerkt, hier in Hongkong hoop ik iets soortgelijks te kunnen doen.”

Hoe lang ze zo nog kunnen doorgaan ? “Nog een hele tijd, wat mij betreft. Onze relatie wordt er alleen maar hechter door, en intussen vinden we het heerlijk om de wereld te zien. Ook als er kinderen komen, kunnen we dit de eerste jaren wel nog even volhouden. De keerzijde van de medaille ? Onze familie : die heeft het er wel moeilijk mee. Maar uiteindelijk is ook dit maar tijdelijk.”

En tijdelijk blijkt een sleutelwoord in het hele verhaal van langeafstandsrelaties. Hoe rekbaar dat ’tijdelijk’ soms ook blijkt. Maar weinig minnaars die tot in de eeuwigheid liefkozingen willen fluisteren tegen het computerscherm, liever dan in een levensechte oorschelp : liefde moet ooit definitief tastbaar worden. Tijdelijk dus, de meeste langeafstandsrelaties, maar hoe dan ook niet te stuiten in deze geglobaliseerde wereld. En dat het makkelijk is, hoor je niemand zeggen. Dat het boeiend en zelfs sterkend kan zijn, wel. Geen zee te diep, geen berg te hoog ? Mooi is dat.

Tekst Guinevere Claeys I Foto Guy Kokken

“We sluiten de dag pas af nadat we elkaar alle leuke en minder leuke ervaringen van die dag hebben verteld. Misschien praten we zelfs meer dan veel andere paren.”

“Elke avond uren chatten : Ruben werd mijn dagboek. Het lukte, maar op de duur kreeg ik wel het gevoel een relatie met de computer te hebben.”

“Hoe praat je conflicten uit zonder elkaar in de ogen te kijken ? Hoe neem je samen ontspanning ? Hoe pomp je genegenheid over via de telefoon ? En wat met seks ?”

“De kinderen missen hun vader enorm. Maar als hij thuiskomt, is er voor hen dan ook altijd reden om te feesten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content