Eén Belg op drie krijgt te maken met haaruitval. Een echt middel om dat tegen te gaan, is nog niet gevonden. Gelukkig worden de haarprothesen steeds natuurlijker.

Linda Raats

Al eeuwen verkondigen kwakzalvers op tijd en stond dat ze het definitieve haargroeimiddel gevonden hebben. Maar telkens weer blijken de beloften niet of niet helemaal te worden ingelost. Minoxidil-oplossingen bijvoorbeeld, werken in specifieke gevallen vrij goed, maar eens men de toepassing stopt, valt het haar bij bosjes uit. Bovendien klagen sommige mannen over allerlei bijwerkingen. Haarlotions, ampullen en andere smeersels lijken in sommige gevallen in eerste instantie resultaat te hebben, maar blijkbaar gaat het om een toename van donshaartjes, op het hoofdhaar hebben dergelijke middeltjes weinig invloed. Maar een operatieve ingreep als de galea-operatie, waarbij het peesvlies van de schedel wordt doorkerfd om de bloeddoorstroming te bevorderen, kan wel tot resultaten leiden als de haaruitval nog niet te ver gevorderd is. En met de reductietechniek, waarbij men een stuk van de kalende schedelhuid wegsnijdt, kan een kale plek (zo groot als een handpalm), worden weggewerkt zonder dat dat al te zeer opvalt. Haartransplantaties met micro-greffes worden steeds verfijnder en preciezer, maar het blijft een tijdrovend en duur systeem en tot een volle bos haar leiden deze inspanningen nooit.

Op het vlak van de haarwerken wordt gelukkig veel vooruitgang geboekt : toupetjes of haarstukjes, haarwaving… het zijn allemaal manieren om kaalheid of dunner wordend haar te verbergen.

Reinhart Van Rooy, van opleiding grimeur en haarwerkspecialist, bedacht een haarwerksysteem dat er bijzonder natuurlijk uitziet en waarmee probleemloos kan worden gezwommen en gesport. De haarprothese is licht en de verankering niet voelbaar, omdat het haar op een kunsthuid-gaas wordt bevestigd. De randen van de kunsthuid zijn gemaakt van polyurethaan en in het midden bestaat de huid uit fijn geweven teflon. De haartjes zelf, een mengeling van kunsthaar en natuurlijk haar, worden afzonderlijk op de huid bevestigd met een dichtheid die schommelt van 40 tot 240 haartjes per cm², afhankelijk van de plaats op de schedel en het model, zodat een trouwe nabootsing wordt verkregen van natuurlijk haar. Omdat de haren in de groeirichting worden bevestigd, kunnen ze achteraf in alle richtingen worden gekamd. De bevestiging zelf gebeurt met de huidvriendelijke silliacri vloeistof. Tape, clips of draden komen er niet meer aan te pas. Elke haarprothese is uiteraard maatwerk. Eerst wordt op een kunststof de vorm van het kapsel getekend, vervolgens wordt een gipsafdruk van de schedel gemaakt. Bij het ontwerpen worden dikte, kleur, lengte en krulsterkte van het haar bepaald. Dan gaat het ontwerp met de afdruk naar de ateliers (duur : 12 weken). Er worden steeds twee haarprothesen geleverd, die na aanpassen nog in model worden geknipt. Een haarstukje wordt bevestigd, het andere blijft in het haarcentrum omdat de haarprothese om de vijf weken voor onderhoud terug naar het atelier moet. In die tijd draagt de klant de tweede prothese. De prothesen gaan ongeveer anderhalf jaar mee en kosten samen 100.000 frank, voor het onderhoud om de vijf weken betaalt men telkens 3000 frank. Dergelijke haarwerksystemen zijn ook geschikt voor vrouwen. Een goede raad : wie van plan is om zich een haarstukje te laten aanmeten, doet er goed aan op verschillende adressen informatie in te winnen.

Info bij :K33 Hairhotel (Reinhart Van Rooy), Oude Bareellei 122, 2170 Merksem, tel. (03) 644.71.71.Smedts Haarwerken, Antwerpsestraat 444, 2850 Boom, tel. (03) 888.00.94.Theo Zantman, Gen. Le Manstraat 2, 2600 Berchem, tel. (03) 230.03.33.Galea-operatie en microgreffes, bij Hairclinic, Louisalaan 112, 1050 Brussel, tel. (02) 649.10.10.

De resultaten van de methode K33.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content