Fauteuils, winkelinterieurs, parfumflacons, een Playstation : voor Curiosity, de in Tokio gevestigde praktijk van Gwenaël Nicolas en Reiko Miyamoto, heeft design geen grenzen. Portret van een veelzijdig bureau in een wervelende stad.

:: In 2002 verscheen het naslagwerk Curiosity : 30 Designs For Products and Interiors, Frame / Birk-häuser, 46 euro, – ISBN 3 7643 6743 1.

Designer Gwenaël Nicolas en marketingspecialiste Reiko Miyamoto leiden samen het bureau Curiosity, een zeldzaam voorbeeld van een Japanse designpraktijk met internationale uitstraling : het paar kreeg de afgelopen zeven jaar opdrachten van merken als Issey Miyake, Tag Heuer, Jean Paul Gaultier, Sony, Guerlain en Van Cleef & Arpels. Nicolas was onlangs in Milaan om promotie te voeren voor een onlangs in Europa geïntroduceerde meubellijn, een reeks lichte, beslist poppy zitbanken met de naam Boomerang. Hij ontwierp ze voor IXCEdition, het meubelmerk van een distributiegroep die onder meer de Italiaanse designreus Cassina in Japan verdeelt. Strikt genomen behoort Boomerang niet tot het repertoire van Curiosity : Nicolas tekende de zetels in opdracht van Water Studio, de praktijk van zijn mentor Naoki Sakai, een legendarische marketeer die auto’s als de Nissan B1 en de Figaro concipieerde (Sakai bedacht ook het Emotional Program, een marketingmethode die consumenten onderverdeelt in negen groepen volgens hun levensstijl en hun kennis van modelabels). “Ik kwam voor het eerst in Japan toen ik een prijs won met een ontwerp voor een vliegtuigzetel in opdracht van British Airways”, vertelt Nicolas. “Ik kreeg een retourticket naar een bestemming van mijn keuze. Het werd Tokio.” Niet veel later besloot de toen pas afgestudeerde designer naar Japan te emigreren. Hij stuurde zijn portfolio en een hele reeks brieven naar Sakai bij Water Studio, maar kreeg nooit antwoord. Uiteindelijk kreeg hij de man toch te spreken. De correspondentie bleek weggegooid omdat niemand op het bureau het Engels machtig was.

Nicolas kon er zes maanden later aan de slag, als freelancer. Hij ontwierp er onder meer telefoontoestellen en audioapparatuur voor de Koreaanse fabrikant LG en het Japanse Pioneer en automobielprototypes. Sakai leerde hem het belang van marketing. “Design volstaat niet”, zegt hij. “De manier waarop een ontwerp gepresenteerd wordt, is net zo belangrijk.” Op een feestje bij Water Studio ontmoette Nicolas Miyamoto. Zij werkte op de marketingafdeling van een voornaam reclamebureau. Bij Curiosity hamert ze op het belang van conceptueel en doelgericht werken. Als Nicolas en Miyamoto tien dagen hebben om een project voor te bereiden, werken ze gewoonlijk vijf dagen aan het ontwerp en nog eens vijf dagen aan de presentatie. Soms komt het ontwerp niet eens ter sprake tijdens de eerste presentatie aan een klant. Dan focust het duo volledig op het concept.

Spraakmakend

Nicolas ondervond het voorbije decennium, tot zijn groot genoegen overigens, dat Japanners minder in hokjes denken dan Europeanen. “Je kunt in Japan gemakkelijk verscheidene dingen doen”, zegt hij. “In Europa wordt er van een designer verondersteld dat hij een bepaald werkterrein kiest en daar mag hij dan eigenlijk niet meer van afwijken. In Japan kun je alle richtingen uit. Ik heb een fototoestel ontworpen, een auto, showrooms en boetieks, parfumflacons.” Zelf bracht hij uit Frankrijk diploma’s productdesign en inte-rieurarchitectuur mee. Wat niet alleen verklaart waarom hij zo veelzijdig is, maar ook waarom hij opvallend geïnteresseerd is in de manier waarop producten gepresenteerd worden. Hij is wellicht net zo trots op de Playstation die hij voor Sony ontwierp als op de showroom die hij voor het elektronicamerk mocht inrichten in de wijk Ginza. Die tentoonstellingsruimte heeft trouwens bijna de status van toeristische attractie in Tokio en is dus een prestigieuze opdracht.

“Ik beschouw interieur als een product”, zegt hij in het boek dat de journaliste Carolien van Tilburg enkele jaren geleden aan Curiosity heeft gewijd. “De eerste stap is kijken hoe de ruimte eruitziet van buitenaf. Licht en de effecten die ermee kunnen worden gecreëerd zijn het belangrijkst. Ik gebruik licht, volume en textuur om emoties op te roepen bij de mensen die in de ruimte staan. Architectuur is fantastisch. Je creëert als het ware een ervaring.”

Zijn spraakmakendste interieurs ontwierp hij voor Issey Miyake, die bijna even beroemd is voor zijn geëxperimenteer met materialen, technologie en fabricatiemethodes als voor de inrichting van zijn winkels. Nicolas verleidde het oog van Miyake met een interpretatie van de butsudan, een miniatuuraltaar dat in bijna elk Japans huishouden een vaste plek heeft. De tempel van Nicolas, overigens zijn eerste project in opdracht van Water Studio, is een strenge houten doos die kan worden opengevouwen. Binnenin zit traditioneel Japans timmerwerk. “De buitenkant is modern, maar hoe dieper je gaat, hoe ouder het allemaal wordt, alsof je terugkeert in de tijd.”

Miyake, die op een doorsneewerkdag waarschijnlijk tientallen curriculums en portfolio’s krijgt toegestuurd, vond de tempeldoos geweldig. Nicolas kreeg onmiddellijk een audiëntie, 24 uur later kreeg hij zijn eerste opdracht : een winkel langs boulevard Saint-Germain in Parijs. De zaak heeft twee gezichten. Tijdens de openingsuren is de collectie van Pleats Please duidelijk zichtbaar, ’s avonds wordt de winkel door middel van verplaatsbare kolommen getransformeerd in een theatertje. Op de kolommen worden beelden geprojecteerd, van de kleren is dan geen spoor meer. Na Parijs concipieerde Curiosity nog winkels voor Pleats Please in de rue des Rosiers in Parijs, in de wijk SoHo in New York en in Aoyama, Tokio. De Amerikaanse zaak heeft geen vitrine en binnen is op het eerste gezicht geen koopwaar te bekennen : de kleren zitten weggestopt in een grote glazen doos waarvan de wanden bekleed zijn met Lumisty-film, ze zijn alleen transparant voor wie er vlak voor staat. De winkel in Tokio wordt gedomineerd door een roze gordijn en een heuse brug. Die moeten klanten oversteken als ze tot bij de kleren willen geraken. De brug is voor Nicolas een middel om dynamiek te creëren, een ruimte waarin mensen zonder aarzelen willen rondkijken.

Dynamiek van Japan

Curiosity ontwierp ook de verpakkingen van Le Feu d’Issey. Miyake suggereerde zelf de vorm van de flacon, een glazen bol. Nicolas en Miyamoto stopten de bol in een jasje van half doorzichtig rood plastic. Zowel de kleur als het materiaal verwijzen naar het vuur in Le Feu, want het plastic voelt nooit koud aan. De flacon oogt erg eenvoudig, maar blijkbaar was het een erg complex project. Er is bijvoorbeeld geen afneembare stop. De verstuiver is in de bol geïntegreerd en verschijnt vanzelf wanneer men de flacon vastneemt. Le Feu leidde tot andere opdrachten uit de schoonheidsindustrie, met name flesjes en verpakkingen voor een travelsize versie van Zanzibar voor Van Cleef & Arpels, de lijn Equilir voor het Japanse merk Kanebo en een speciale versie van Jean Paul Gaultiers Le Male, die tevens gebruikt kan worden als miniatuurgymtoestel (de opdracht van de licentiehouder was in het laatste geval letterlijk ‘een ontwerp zonder abstractie of subtiliteit’). Van recentere datum is een veel grotere flacon, de nieuwjaarsfles van Evian.

Had Curiosity net zo goed in Parijs gevestigd kunnen zijn ? Wie Nicolas bezig hoort, vermoedt van niet. Chaotisch, ongedefinieerd Tokio is een onuitputtelijke bron van inspiratie voor Nicolas. Hij vindt de Europese steden vervelend, openluchtmusea met allemaal dezelfde oude gebouwen. Japan, dat weinig of niet gehinderd wordt door urbanistische regels, is veel stimulerender. Hij leert er ook elke dag bij. Dat Japanse interieurs andere proporties hebben dan Europese, bijvoorbeeld, of dat westerse sofa’s statisch zijn. “In Japan draait alles om dynamiek, om beweging. De uitdaging is het creëren van beweging in alle aspecten van een product.” Hij wijst naar de Boomerang : “Deze bank staat wel op de vloer, maar je hebt de indruk dat hij elk moment kan wegvliegen.” In Japan, zegt hij, “koop je meubilair voor je plezier, als een vorm van zelfbevrediging. Elk voorwerp moet een zekere genoegdoening geven. Dat heeft niet alleen met comfort te maken. Comfort heb je, dat is een basisfunctie. Je kunt niet langer op de proppen komen met een mooie bank die aanvoelt als een plank. Consumenten zijn veeleisender geworden. Ze zijn ook meer op de hoogte van wat er voorhanden is, ze zijn dus selectiever. Voor een designer impliceert dat denkwerk over de noodzaak van voorwerpen. Hebben we al die meubels nog nodig ?”

Interieurs, gaat hij voort, worden in Japan heel anders beleefd dan in de rest van de wereld. “De persoonlijke ruimte is in het Westen erg belangrijk. Je herkent een persoon aan zijn ruimte : zijn huis, zijn auto. In Japan is het feit dat je verschillende telefoons hebt belangrijker dan een huis. Communiceren is essentiëler dan bezitten.” Nicolas : “Japanners zijn hyperindividualistisch. In het Westen heeft iedereen dat beeld van een massa mensen die allemaal hetzelfde doen. Maar in werkelijkheid is dat geheel het tegenovergestelde. Japan is ten slotte ook een land van beslissers. Als er geen beslissingen worden genomen, dan gebeurt er niets. Terwijl er in Europa veel meer met compromissen wordt gewerkt.”

Jesse Brouns

Nicolas vindt de Europese steden vervelend, openluchtmusea met allemaal dezelfde oude gebouwen. Japan is veel stimulerender.

“In Japan is het feit dat je verschillende telefoons hebt belangrijker dan een huis. Communiceren is essentiëler dan bezitten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content