Tim Van Steenbergen: poëtische roots
Zijn dada’s: toiles, voiles, maatwerk en drapages. Daarmee is Tim Van Steenbergen (24) de romanticus onder de Belgische nieuwkomers. Hij grasduint in de geschiedenis, flirt met de belle époque en dweept met ambachtelijke authenticiteit. Nostalgie met een hedendaagse touch.
Een traan op een wang. De traan wordt een kristal. Het kristal vormt een schakel van een halssnoer, dat dan weer wordt verweven in een kledingstuk. Tim Van Steenbergen gaat erg conceptueel te werk. Dat was te merken in Parijs, waar hij in het voorjaar zijn eerste presentatie gaf. Tim huurde een ruimte in het Carrousel du Louvre en vertelde er zijn verhaal. “Ik wou alle facetten tonen van wie ik ben, het huis voorstellen. Zeggen: dit ben ik en hier sta ik.”
Voor iemand van 24 is dat verhaal veelzijdig. Amper twee jaar geleden studeerde Tim af aan de Antwerpse modeacademie, als primus van de klas. Zijn show gooide hoge ogen, vooral wegens het theatrale dat er toen al in zat. En misschien ook omdat hij een van de weinigen was die wat vrolijkheid brachten in een eindejaarsdefilé dat stikte in de weemoed.
Na zijn studies ging hij werken bij Olivier Theyskens. Maar al snel zagen beiden in dat Tim zijn eigen ding moest doen. Hij werkte mee aan Framed, een tentoonstelling in het Groeningemuseum in Brugge. ” Framed ging uit van de vraag of kleding in een museum kon thuishoren. Kleding als object dus. Een totaal ander uitgangspunt dan wanneer je kleding ontwerpt om te dragen. Ik vind het wel een uitdaging: tonen dat kleding meer is dan iets wat je aandoet, dat het ook pure kunst kan zijn. Maar wat mij vooral aanspreekt in die installaties, is de samenwerking met andere kunstenaars. Die kruisbestuiving. Ik haal daar veel inspiratie uit voor mijn gewone collecties.”
Tim mag dan graag artistiek bezig zijn, zijn eerste prêt-à-portercollectie was verrassend draagbaar. “Een bewuste keuze. De dingen die ik maak om te dragen, moeten ook echt toegankelijk zijn”, vindt hij. “Dat eerste seizoen was een beetje een oefening. Ik wou de broek-Tim-Van-Steenbergen lanceren, het T-shirt, de pull. Er zat zwart in, maar ook heel veel kleur. Ik werkte toen veel met mannelijke stukken die ik vertaalde naar een vrouwelijk lichaam. Voor het volgende seizoen denk ik meer in vrouwelijke silhouetten. Ik ben bijvoorbeeld bezig met studies van wijde rokken met daarboven een heel fijn topje.”
Het experimentele en het toegankelijke, het zijn twee facetten die in Tims hoofd perfect kunnen samengaan. “Misschien heb ik dat complementaire juist nodig. Ik wil verscheidene mogelijkheden aftasten. Het eerste seizoen heb ik een gang opgebouwd met allemaal deuren die openstaan. Zodat ik dit seizoen vrij ben om te kiezen welke deur ik binnenga. Ik wil mij nergens op fixeren, ik ben daar nog veel te jong voor.”
Tim was altijd al gek op mode. Als kind maakte hij uit gordijnen de kostuums na uit de films die hij zag. “Ik begon gewoon te knippen: armen, schouders, tot grote paniek van mijn moeder. En ik volgde aandachtig wat mijn grootmoeder deed, die was couturière. Ze maakte bij haar thuis avondjurken op maat. Telkens ik haar bezig zag, wist ik: dit is het, dat wil ik later ook doen.”
En effectief, vandaag maakt ook Tim jurken op maat, voor dames die in het atelier voor de spiegel komen passen. Zoals dat vroeger bij oma thuis gebeurde. Een vleugje nostalgie misschien, dat is uitgegroeid tot een belangrijk onderdeel van zijn werk. “Een eigen collectie maken is leuk, het is een manier om je ei kwijt te kunnen. Maar in dat maatwerk zit nog meer dat ambachtelijke, dat integere. Met mijn prêt-à-porter wil ik ook in die richting evolueren, terug naar een vorm van esthetiek en vrijheid. Zoals er vroeger gewerkt werd, met respect voor het lichaam. Vandaag zijn we te veel het slachtoffer van een commercieel product. Het liefst zou ik terugkeren naar de tijd dat de mensen in de salons hun stoffen kwamen bestellen en alles tot in de details werd besproken.”
Voor een jongen van 24 klinkt dat erg romantisch, een beetje weemoedig zelfs. Maar Tim gelooft in het mooie, het positieve. “Mode is een sociaal gegeven. Als ontwerper vertaal je voor een stukje de tijdgeest. Vandaag levert dat geen al te fraai plaatje op. Het evidentste nu zou een pikzwarte collectie zijn, gothic bijna. Maar ik probeer daar toch tegenin te gaan met opgewekte kleuren, met een romantische toets. Dat is mijn antwoord op de wereld waarin ik leef. Als jonge ontwerper vind ik dat belangrijk om te doen. Ik wil een positief signaal geven, een geloof in de toekomst uitdrukken.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier