Harald Vanherf ( 27) is de spil van de Hoodoo Club, een Limburgse rockgroep die een imponerend debuut uit heeft : ?… a just temporary loss of masculinity?.

Jacky Huys / Foto Hypnovisuals

Bij mij is het allemaal begonnen toen ik 11 was met Tattoo you van de Rolling Stones. Toen wist ik : voor mij is het rock, geen voetbal. Ik mocht niet naar de Stones in het Feyenoord-stadion, en ik heb thuis drie weken niet gesproken.

Ik was al een hele tijd bezig te proberen om nummerkes te schrijven, samen met gitarist Thierry Geens. Hoewel er in Genk ontelbaar veel werklozen zijn, vonden wij maar geen bassist. Op een avond zaten we in het café en we zagen aan de andere kant van de toog Luc Schreurs staan, ook een gitarist. Met onze zatte botten zijn we op hem toegestapt en hebben we gezegd : ?Wilt gij niet beroemd worden met ons ?? De week erna stond hij in ons repetitielokaal met een bas die hij ergens geleend had.

We waren niet echt een coverbandje in het begin, toch zeker niet uit vrije wil : we wisten alleen niet hoe je nummers moet schrijven. En dus speelden we The Passenger van Iggy Pop om de tijd te doden. Geleidelijk aan begon ik beter met een gitaar om te kunnen, en als je dan ook nog luistert naar de juiste platen, kom je een beetje verder. In het begin hadden we geen enkele ambitie, behalve op een festivalleke in Genk te mogen spelen. We hebben ondertussen al ongeveer overal gespeeld, en deze zomer, jawel, ook op dat festivalleke in Genk.

In tegenstelling tot wat sommigen denken, is onze naam geen samentrekking van de Hoodoo Gurus en de Gun Club. Ik heb me eens laten wijsmaken dat voodoo betekent dat je het kwaad uit iemand drijft en hoodoo in iemand. Da’s interessant en mooi meegenomen, maar eigenlijk zocht ik gewoon iets wat goed klonk. Overigens, ik zit hier nu wel alleen te praten en ik schrijf ook bijna al onze songs, maar ik ben de leider van de groep niet. We kennen elkaar al te lang om het over leiders en ondergeschikten te hebben.

Toen we onze eerste mini in eigen beheer uitbrachten, hoorden veel mensen daar de Triffids en Nick Cave in. We hadden toen ook al ballads, maar we durfden ze niet opnemen. Met de nieuwe heb ik het gevoel dat we steeds meer op eigen benen beginnen te staan. Het is zo slaafs niet meer, maar meer de Hoodoo Club, en als we nog een of twee cd’s mogen maken, zullen we staan waar ik wil dat we staan.

Ik schrijf vooral over het verliezen van je onschuld, over je jeugd moeten opgeven en het daar moeilijk mee hebben. En over relaties natuurlijk, daarom is Jugstories zo’n donker plaatje geworden : ik had net een relatie van vijf jaar achter de rug. De titel … a just temporary loss of masculinity komt uit een naturalistisch boek van Joris-Karl Huysmans : Tegen de keer. Ik heb dat boek ooit gelezen, en ik herkende mezelf daarin. Ik heb ook een periode gehad dat ik niemand wou zien, dat ik alleen maar op mijn kamer een boek wilde lezen of naar muziek luisteren. In dat boek geeft het hoofdpersonage een feest, en op de uitnodiging staat dat het ter gelegenheid van een slechts tijdelijk vergaan van mannelijkheid is. Ik heb er ooit een songtitel van willen maken, maar het is uiteindelijk een cd-titel geworden.

Ik heb altijd een afkeer gehad van een machosfeertje. Ik zat vroeger op een technische school en daar was het verschrikkelijk : macho’s en racisten. Ik heb mijn best gedaan om daartegen te vechten : op een bepaald moment gedroeg ik me zo nichterig als ik kon. Daar zijn macho’s veel banger voor dan voor gespierde taal.

Als ik zou moeten kiezen tussen werk en muziek, dan koos ik zonder twijfel voor de muziek. En ik wil hiermee doorgaan zolang ik het plezant vind. Ik word alleen kotsmisselijk van die Belgische ex-sterren die nu in cafeetjes Born to be wild staan te spelen. Ik rén dan naar buiten. Ik hoop dus dat iedereen me tegenhoudt, mocht ik ooit zo diep dreigen te zakken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content