Eén zondag per maand herleeft ?de tijd van toen? in de Beursschouwburg. Ouderen worden vergast op taart en dansmuziek, en op een reportage van Sven Tuytens(29) en Erik Lamens.

KAREN DE POOTER / FOTO HYPNOVISUALS

De eerste reportage die ik voor TV-Brussel maakte, speelde zich af in een bejaardentehuis. Ik wilde tonen hoe vreselijk het leven daar is. Elke week sterft er wel iemand, de overblijvers zijn constant depressief. Als je zo’n 200 oudjes op elkaar gepakt ziet, vraag je je af waar onze maatschappij naartoe gaat. Ouderen worden opgesloten en uitgerangeerd. We vinden de meest ingewikkelde communicatiesystemen uit en tegelijk gaat de meest elementaire communicatie verloren. Maar er was ook een mooie kant aan. In mijn reportage stond een Zaïrese bejaardenhelpster centraal. Hoe zij met haar Afrikaanse mentaliteit omgaat met die westerse bejaarden, dat is echt knap. In het tehuis zitten heel wat ex-kolonialen. Hun eigen kinderen zien ze bijna niet meer, wie wel voor hen zorgt, zijn de dochters van hun vroegere boys.

In het kader van het Taverniers-project van de Beursschouwburg ben ik nu terug bij dat onderwerp beland. Taverniers was een Brussels café waar de mensen ’s middags kwamen dansen. Daar speelde zich het sociale buurtleven af. Nu zijn de oude cafés gesloten, verkrotting en leegstand kwamen in de plaats. De Beursschouwburg wil proberen de ouderen weer bijeen te brengen in een sfeer die echt voor hen is, met muziek, koffie, taart. In de maandelijkse reportages die er getoond worden, laat ik ouderen het verhaal van hun buurt vertellen. Over vroeger en nu. Via de kruidenier of de apotheker, of gewoon op straat, ga ik op zoek. Contact leggen is niet makkelijk. Oude mensen zijn zeer argwanend. Vrouwen zijn meestal iets opener. Waarschijnlijk speelt charme een beetje mee. Ze voelen dat ik me echt in hen interesseer. Ik probeer de camera zoveel mogelijk op de achtergrond te houden. Het belangrijkste bij een reportage is mensen op hun gemak te stellen, het gevoel te geven dat ze hun verhaal gewoon kunnen vertellen.

Je voelt in de gesprekken hoe verbitterd ouderen vaak zijn omdat niemand nog hun mening vraagt. Ze voelen zich afgesloten van de wereld. Eens ze hun angst overwonnen hebben, willen ze alles kwijt. Terwijl ze over het verleden praten, staan ze plots op en laten hun medicijnen zien. De interviews springen in alle richtingen. Vaak worden de mensen heel emotioneel, beginnen zelfs te huilen. Soms voel je dat onze aanwezigheid hen aan hun kinderen doet denken die nooit de vragen stellen die wij wel stellen.

In alle reportages die ik gemaakt heb, probeer ik iets positiefs te tonen. Maar tot hiertoe kreeg ik alleen negatieve dingen te horen. Veel racisme ook. Toch ben ik ervan overtuigd dat er meer genuanceerde verhalen zijn. Maar soms hoor je de geïnterviewden denken : het is voor tv, dus moeten we gevaar en problemen aankaarten, want politici hebben het daar ook over op tv. Het is moeilijk hen over andere dingen te laten praten. En dan is er het vertekende beeld van het verleden. Velen zien alleen nog de mooie dingen.

De ouderen zijn niet onverdeeld positief over het Taverniers-project. Sommigen vinden de muziek, de hele opzet te hip. Ze hebben al die show niet nodig, zijn tevreden met een plek waar ze kunnen samenkomen. Anderen zien het als weer een tijdelijke stunt of trend binnen de jongerencultuur. Ouderen hebben iets blijvends nodig waar ze zich kunnen aan vastklampen.

Bij TV-Brussel heeft iedereen zijn stokpaardje. Voor mij zijn dat die persoonlijke reportages. Het liefst zoek ik mensen op die zelden aan het woord komen. Zo kom ik vaak bij minderheden terecht : de Poolse of Zaïrese gemeenschap in Brussel, ouderen, doven. Dat boeit mij. Of wat mensen vertellen nu altijd historisch juist is, daar gaat het mij niet om. Het is de manier waarop ze het vertellen. Hun intonatie, de emotie, wat maakt hen kwaad of gelukkig ? Kanalen om een wetenschapper of politicus te horen, zijn er voldoende. Maar het contact tussen gewone mensen, tijd nemen, praten in de straat, daar schort wat aan. Veel mensen zijn verwonderd na het zien van zo’n reportage : ze wisten niet dat dit ook in Brussel leeft. Dat doet me veel plezier. Alleen is het natuurlijk erg dat we daarvoor een medium als tv nodig hebben.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content