Sommige kantoren lijken tegenwoordig op een living en er zijn woningen die net een kantoor zijn. Drie toonaangevende ontwerpbureaus geven hun visie op deze evolutie.

:: Dervichian en De Cort realiseerden onder meer de kantoren van Vedior, de directiekantoren van de groep Vandemoortele, de Royal Automobile Club van België en het Europees Parlement. Info : www.dc-d.be

:: Conix Architecten realiseerden onder meer kantoren voor Creyf’s Interim, Reynaers Aluminium, Fortis, Gemeentekrediet en Gimv. Info : www.conixarchitecten.be

:: Het architectuurbureau Winderickx realiseerde onder meer kantoren voor Marie’s Corner, Bellerose, Haweka, Goodwill en Xares. Info : www.arch-winderickx.be

Design en gezellige hoekjes

De interieurarchitecten Dervichian & De Cort zijn van oordeel dat zelfs hun associatie de huidige trend weerspiegelt. Bernard De Cort is een technicus die vroeger alleen kantoren en bedrijven inrichtte, Nicolas Dervichian komt uit de woningsector : “Vroeger was een kantoor een verzameling metalen bureaus en kasten. Nu staat er design in gezellige hoekjes. De werkgever beseft dat hij het verschil kan maken met een aangename werkomgeving. Bij de sollicitatie kijken nieuwe medewerkers in welke omgeving ze terechtkomen. Wie topmensen aantrekt moet er iets voor doen. Zij wensen een omgeving met design, zoals thuis. De inrichting straalt de dynamiek, welvarendheid en stabiliteit uit van een bedrijf. Nieuw is ook dat er minder onderscheid wordt gemaakt tussen de kantoren van de directie en van andere niveaus. Directeurs hebben vandaag meer schroom, ze wensen geen rijker kantoor dan hun personeel. Het personeel heeft meer inspraak dan vroeger. Samen met hen wordt het functioneren van een bedrijf eerst nauwkeurig in kaart gebracht, om te zien wat de mensen echt nodig hebben. Tegenwoordig zijn bedrijven kleiner gehuisvest. Grote directiekantoren bestaan niet meer en mensen met een lage aanwezigheidsgraad krijgen minder plaats. Ze hebben geen eigen desk, maar beschikken over een ruimte waar ze makkelijk kunnen inloggen.

De materialen en meubels evolueren mee : ze zijn warmer, hout is in. Het typische bureau verdwijnt, populair is de gewone tafel, niet zelden dezelfde design-eettafel als thuis ! In kantoren zien we meer en meer ‘huisdesign’. Wij richten ook bureaus in met dezelfde materialen als in een wooninterieur, met dezelfde tapijten, deuren, wandkasten…, noem maar op. Let wel, niet iedereen heeft nu een huis in kantoorstijl. We kennen bedrijfsleiders die in een klassieke cottage wonen. Voor hun bedrijf kiezen ze echter voor een moderne look.

Er zijn ook inhoudelijke parallellen tussen het woon- en werkinterieur. De rol van de gewone grote tafel is belangrijk. Net als op kantoor wordt die tafel in de woning voor van alles gebruikt. Hij staat in de woonkeuken en er wordt aan gelezen, gegeten en de kinderen maken er zelfs hun huiswerk aan terwijl iemand kookt. De verschillende functies worden dus, net als op kantoor, ‘samengeklit’. De kantoortafel mag er dan weer niet als een bureau uitzien, je moet er ook van alles aan kunnen doen, van werken tot vergaderen en koffie drinken.

Er is nog een parallel. Zowel in de woning als in het kantoor zie je minder deuren. Toch zijn landschapsbureaus uit den boze. We zijn, net als in het interieur, ge-evolueerd naar een tussenfase met halfopen structuren waar het mogelijk is om zich af te zonderen om te vergaderen of om te telefoneren. Kantoren hebben eigenlijk iets van een loft.”

Meer gemeenschappelijke ruimtes

Voor Christine Conix, An Steylaerts en Sylvie Bruyninckxvan Conix Architecten hangt er in een hedendaags kantoor een ‘goedgevoelsfeer’ die aantoont dat de medewerkers gelukkig zijn en het bedrijf dynamisch is. “Er heerst een ontspannen ambiance die bevestigt dat men op kantoor anders dan vroeger met elkaar omgaat : communicatiever en informeler. De tijd is voorbij dat iedereen in een apart bureau zat. Ook intern is er flexibiliteit. Sommige bedrijven bouwen daar een heel concept rond met flexibele meeting rooms, ook letterlijk want het meubilair staat op wieltjes. Die ruimtes kunnen worden afgeschermd, maar dat hoeft niet per se met wanden, het kan, zoals in huis, met gordijnen. De meer huiselijke aankleding maakt dat medewerkers het gevoel hebben ’thuis te komen’ op kantoor. Onze slagzin is ” making an office is making a second home”. Daarom zijn er, net als in een woning, enkele rustige plekken nodig. Het is belangrijk dat die een ander uitzicht krijgen. Zo hebben we pas een kantoor afgewerkt voor Sibelga waarvan de middenzone, tevens vergaderruimte, in tegenstelling tot de burelen errond, een organische vorm heeft met veel kleur. Dat contrast is nodig voor een ontspannen loungesfeer. Wie er binnenstapt voelt dat daar het creatieve hart van het bedrijf ligt. Deze middenruimte is uitermate geschikt voor informelere contacten, die steeds belangrijker worden : twee, drie medewerkers gaan even samen zitten om iets te bespreken. Grote vergaderingen worden steeds minder georganiseerd. Technische vernieuwingen bieden meer mogelijkheden : een laptop kan je zo verplaatsen. Informatica maakt het flexoffice mogelijk, waardoor het aantal vierkante meters wordt beperkt. In een modern kantoor gaat meer oppervlakte naar collectief gebruik, en minder naar het archief, want door een verstandig gebruik van technologie kunnen veel gegevens worden gecondenseerd. Meer informatie wordt ook gemeenschappelijk gestructureerd, niet langer individueel, en is toegankelijk voor meerdere mensen op verschillende plaatsen. Het is dus logisch dat we gemeenschappelijke ruimtes ontwerpen met schuivende wanden, geheel flexibel dus. Dat wil niet zeggen dat moderne kantoren er hypertechnologisch uitzien. Veel technologie zit verstopt. In de afwerking zijn warme materialen, zoals hout, in trek.

Maar onder invloed van het kantoor verandert ook het privé-interieur. Om te beginnen werken we meer thuis. Zoals op kantoor is ook de stijl van het interieur versoberd en rustiger geworden. In een huis dat volgepropt is, voel je je onrustig. Terwijl in kantoren de persoonlijke hoekjes verdwijnen, worden er ook in het privé-interieur minder persoonlijke souvenirs uitgestald en ook hier nemen de gemeenschappelijke ruimtes toe. Het bureau in huis is verdwenen, er kwam een ruimte in de plaats waar bijvoorbeeld ook de kinderen van de computer kunnen gebruikmaken. Deze multifunctionele plek ligt net naast de leefruimte, de keuken en woonkamer. We zien ook dat kantoren en woningen op dezelfde manier en met dezelfde materialen worden afgewerkt. Veel kantoren kan je zo tot woningen veranderen en vice versa. Het bewijst hoe duurzaam we nu met architectuur omspringen. We houden rekening met een veranderde functie”.

Leefkeuken wordt het hart van het kantoor

Uiteraard zullen niet alle kantoren binnen afzienbare tijd zo functioneren. Het gebeurt vooral in kleine en middelgrote bedrijven en bij enkele grotere organisaties. Zo hebben we in Nederland meegewerkt aan de kantoren van een grote verzekeringsfirma, met vergaderruimtes waarin de haard brandt. Maar dat blijft uitzonderlijk. Zo’n inrichting heeft vooral succes in bedrijven waar creatieve jobs een belangrijke rol spelen. Anderzijds ben ik er wel van overtuigd dat de echt saaie burelen van vroeger straks verleden tijd zullen zijn. Alle kantoren worden stemmingsvoller en huiselijker. Dat heeft onder meer met technische mogelijkheden te maken. Je kunt nu bijvoorbeeld gashaarden installeren die perfect zijn voor de sfeer. En de computer zorgt uiteraard voor een grote flexibiliteit.

Ik denk dat de grote werkkeuken over enkele jaren in tal van bedrijven een centrale ruimte zal zijn waar mensen ook effectief in kunnen werken, vergaderen, en – why not ? – met de webcam met thuis zullen communiceren. In de leefkeuken van de privé-woning en van het bedrijf zullen min of meer dezelfde dingen gedaan worden. Ik zie dat zelfs nog verder evolueren. Grote bedrijven die nu bijvoorbeeld incentives organiseren tijdens het weekend, zouden, eenmaal ze over de infrastructuur beschikken, een grote chef-kok kunnen uitnodigen om ’s middags voor een deel van het personeel te koken. Dan wordt die leefkeuken echt een plaats waar mensen elkaar beter leren kennen en waar de band met het bedrijf en de medewerkers wordt versterkt. Op die manier wordt het nuttige met het aangename verenigd.”

Piet Swimberghe

Wie topmensen wil aantrekken moet zorgen voor een extra boeiend interieur, liefst met design zoals thuis.

In een hedendaags kantoor hangt een ‘goedgevoelsfeer’ die aantoont dat de medewerkers gelukkig zijn en dat het bedrijf dynamisch is.

Voor architect Steven Winderickx van Architectuurbureau Winderickx en partners, heeft de nieuwe symbiose van huis en kantoor onrechtstreeks te maken met de evolutie van de ‘leefkeuken’ die ook onze werkomgeving beïnvloedt. “In de woning is de leefkeuken het nieuwe verschijnsel van de afgelopen jaren. Je ziet hem nu zowel in appartementen als in villa’s. Vroeger was dat ondenkbaar, maar nu worden er zelfs gasten in ontvangen. De aparte eetkamer is verdwenen, in de plaats kwam een grote ruimte met loftsfeer. De weinige tijd die we samen doorbrengen, spenderen we daar en we gebruiken de plek ook als bureau : we versturen e-mails aan de keukentafel, terwijl er wordt gekookt en de haard brandt. Ook visueel is er een evolutie : we kunnen van de ene hoek van het huis naar de andere kijken, van de woonkamer tot in de keuken. Precies de ingrediënten van die leefkeuken, het vermengen van een aantal functies, vinden we nu ook in kantoren terug. In sommige worden er zelfs leefkeukens gebouwd ! Mensen willen geen kantine meer, ze willen een keuken met een lange tafel waarrond een Pain Quotidien-sfeer hangt. Ook de inrichting moet gezellig zijn, ’s middags wordt er gegeten en is de ambiance vrij huiselijk. Ik ben nu met twee projecten bezig waarbij de keuken als vergaderruimte kan worden gebruikt. Je merkt duidelijk dat die twee werelden, kantoor en privé, naar elkaar toe groeien.

Mensen willen geen kantine meer, ze willen een keuken met een lange tafel waarrond een Pain Quotidien-sfeer hangt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content