Antoine Pinto creëerde Belga Queen: de mooiste brasserie van België. Jammer dat de bediening lamentabel is en voor het eten hoef je ook niet speciaal te gaan. De toeloop is echter massaal!

PIETER VAN DOVEREN FOTO JAN CAUDRON

Antoine Pinto kwam als politiek vluchteling uit Portugal naar België en kluste in de horeca om zijn studies aan de Luikse kunstacademie te bekostigen. Later schiep Pinto beroemde eethuizen zoals Quincaillerie, Pasta Commedia, Majestic (Brussel), Dock’s Café (Antwerpen), Pakhuis (Gent) en Alcantara Café (Lissabon). Pinto’s creaties zijn bijzonder omdat hij bijna alles zelf ontwerpt. Hij vult ruimtes, zoals een kunstschilder een doek vult: weldoordacht en met gevoel voor schoonheid. Belga Queen is de meest recente creatie en er is geen ander restaurant waarover in de aanloopperiode zoveel uitbundigs in de pers verscheen. Wij waren hoffelijk en wachtten drie maanden: zo’n groot eethuis als Belga Queen heeft tijd nodig om uit de kinderziektes te groeien. Voor ons kwamen duizenden bezoekers en toch was onze ervaring desastreus. U bent gewaarschuwd: naar Belga Queen ga je niet om je te laten verwennen, wel voor het decor en vooral om te zien en gezien te worden.

Wij belden op voorhand voor een tafeltje op zaterdagavond en werden in het Frans te woord gestaan.Wij konden kiezen tussen de eerste shift, die om 19.30 uur van start gaat, en de tweede service die om 21.30 uur begint. Het werd de eerste shift.

Aan de indrukwekkende ingang bevindt zich rechts een bierbar en links een schaal- en schelpdierenbar, die fonkelen tussen pastelkleurige zuilen. Wij meldden ons aan de receptie en werden door de imposante eetzaal naar een ovaal retrotafeltje geloodst. Wij waren onder de indruk van de prachtige omgeving en het chique, kosmopolitische publiek, maar geraakten al snel in gevecht met het meubilair. Eten was slechts mogelijk door op de punt van de clubzetels te zitten. Het Hôtel de la Poste, zoals de koetsiers het pand anno 1908 voor de reizigers omschreven, heeft nog onderdak geboden aan de verboden liefdes van Victor Hugo. De achttiende-eeuwse woning was ook het toneel van internationale geldhandel: de kluisjeskamers, waar nu de sigarenclub gehuisvest is, dateren uit die tijd. De grote troonzaal werd door Pinto met respect voor het verleden heringericht. Centraal aan de hemel staat een majestueuze koepel in glas en lood. De opulente omgeving reflecteert de tijd dat Belgisch Congo nog bestond. Pinto heeft het vakkundig aangepakt: de door hem ontworpen decorelementen zijn in grote oplagen geproduceerd. Wil je thuis ook genieten van het Belga Queen-sfeertje, dan zijn de lampen te koop bij Modular en de zetels bij Durlet.

De jonge mensen die ons bedienden waren echter onbekwaam en waarschijnlijk zo uit de discotheek geplukt en de eetzaal ingestuurd met de boodschap ‘vriendelijk lachen’. Wij vroegen ons af waar al die afgestudeerden zijn van de meer dan honderd horecavakscholen die ons kleine land rijk is. Op de smoezelige spijskaart prijken heruitgevonden Belgische gerechten. Dat er ook heel wat biergerechten staan vermeld, is geen toeval: Pinto ging voor Belga Queen in zee met Jan Toye, de grote baas van de Palm-brouwerijen (Palm , Rodenbach, Brugse Tripel, Geuze Boon,…). De wijnkaart vermeldt vooral wijnen van Belgische wijnbouwers in binnen- en buitenland. Wij bestelden een Portugese wijn, die nooit kwam. Na herhaaldelijk vragen verscheen halverwege het hoofdgerecht eerst de verkeerde fles. Na nog eens vijf minuten wachten kregen we te horen dat de bestelde Portugese wijn niet in huis was. Wij kozen een andere fles en toen die op tafel stond, bleek het etiket niet overeen te komen met de vermelding op de wijnkaart. Wij zeiden niets meer en de ober schonk de wijn in de verkeerde glazen. Ook het brood, dat overal rondom op de tafels stond, ging aan ons voorbij. Voorgerechten waren: een kegelvormige garnaalkroket met mislukt peterseliekoekje (12 euro) en een plak bladerdeeg met een miezerig stuk gebakken eendenlever, grijze garnalen, een gefrituurde wang van zeeduivel en champignon-roomsaus (12 euro). Hoofdgerechten waren: kalfskop en tortue met tot soep verkookte groenten en een zak slappe, halfkoude ‘handgesneden frieten’, die aan tafel in een standaard werd gezet (15,25 euro) en zwak gekruide kabeljauw met aardappelpuree en chips van selder (20 euro). Bij het buitengaan stonden de mensen voor de tweede shift al in de rij. Ons zien ze voorlopig niet terug!

Belga Queen: Wolvengracht 32, 1000 Brussel. 02 217 21 87. Dagelijks open tot 24 uur. Menu’s vanaf 22 euro.

Categorie: luxebrasserie

Beoordeling:

Keuken: 5/10

Decor: 9/10

Sfeer: 6/10

Service: 0/10

Prijs/kwaliteit: 5/10

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content