STEPHANIE MANASSEH

Mensen vinden het vaak moeilijk om me te plaatsen. Een Canadese expat die via Praag en Milaan in Brussel belandde, een dochter van Joods-Marokkaanse immigranten die in de jaren veertig naar Israƫl en vervolgens naar Montreal trokken, getrouwd met een Brit met Libanese voorouders en een vreemde naam, dat vergt wel wat uitleg. Zeker als ze ontdekken dat ik een vrijgevochten vrouw ben en weinig boodschap heb aan religie en regels. Met zulke vragen heb ik geen moeite. Canadezen voeren diversiteit hoog in het vaandel, ik ben trots om tot verschillende gemeenschappen te behoren.

Thuis ontwikkelde ik een oog voor kunst en creativiteit. Mijn moeder was altijd aan het schilderen en nam me mee naar musea en tentoonstellingen, en mijn vader ontwierp zoals veel andere Joodse immigranten textielstoffen. Artistieke kriebels hield ik daar niet aan over, al deed mijn moeder wel haar best. Mijn talent lag meer op het organisatorische en het zakelijke vlak. In Milaan stopte ik als docente Engels en ging ik medische conferenties in goede banen leiden, en dat was helemaal mijn ding. Mensen samenbrengen, en dingen in beweging krijgen.

Veel kunstenaars weten niet hoe ze zichzelf aan de man moeten brengen. Ze hebben geen contacten met galeriehouders of talentenjagers, en dus worden ze niet opgepikt. Dat gold ook voor mijn moeder, en dus probeerde ik in Milaan de nodige contacten te leggen voor haar. Toen ik mijn man negen jaar geleden naar Brussel volgde en al gauw zwanger werd, ging ik daarmee door. Ik organiseerde thuis bijeenkomsten waarop andere expats haar werk konden ontdekken. Daaruit is de Accessible Art Fair gegroeid. Aan de ene kant waren er kunstenaars die een platform nodig hadden, en tegelijk was er een publiek dat zich niet aangesproken voelde door traditionele kunstgalerieƫn, maar wel openstond voor nieuw talent.

Ik was de eerste telg van de familie die buiten de Joodse gemeenschap trouwde. Dat zorgde voor behoorlijk wat deining. Niet iedereen was aanwezig op de ceremonie, en in Israƫl wordt ons huwelijk niet erkend. Twaalf jaar geleden nam ik dat enorm persoonlijk en leed ik daaronder, maar later heb ik me erbij neergelegd. In Frankrijk is er nu het huwelijk van Charlotte Casiraghi, de dochter van prinses Caroline van Monaco, met humorist Gad Elmaleh, een Marokkaanse Jood die enkele jaren in Canada verbleef. Zulke gemengde high profile huwelijken geven anderen moed om eveneens hun hart te volgen.

Familie is een klankbord. Mijn echtgenoot en ik hebben de afgelopen jaren veel vrienden en kennissen gemaakt in Brussel, maar verder is er niemand. Daardoor zijn we heel close, maar soms voel ik wel een gemis. Met wie bespreek je huis-, tuin- en keukenprobleempjes ? Een overbezorgde Joodse moeder in huis is evenmin ideaal, maar af en toe ben ik blij dat we kunnen skypen (lacht).

Stop twee Joden in een kamer, en je hebt drie meningen. In dat gezegde zit veel waarheid. Het is een volk met een complexe geschiedenis, en met gemeenschappen die uit de vier windstreken stammen. Niet iedereen beleeft religie bijvoorbeeld op dezelfde manier, en zelfs de Joodse humor is niet overal hetzelfde. Die rijkdom mis ik soms in het beeld dat verslaggevers schetsen. Tot wie ik mezelf reken ? Noem mij maar een anomalie (lacht).

Ik heb het niet op de kunstwereld gemunt. Ik beoordeel niemand, ik heb werk genoeg met mezelf. Maar ik weet wel dat evolutie dialoog vergt. Zonder open te staan voor andere meningen stagneren we. Ook ik. Een jury selecteert sinds kort de deelnemers aan de Accessible Art Fair, en dat ervaar ik als een verrijking. Enkel naar jezelf luisteren, is nooit een goed idee.

Stephanie Manasseh (38) organiseerde in 2007 de eerste Accessible Art Fair in Brussel. Later introduceerde ze het concept onder andere ook in Antwerpen, Wenen en Tel Aviv. Van 10 tot 13 oktober vindt de tiende editie plaats in het Steigenberger Grandhotel op de Louizalaan in Brussel. Info : www.accessibleartfair.com.

DOOR WIM DENOLF & FOTO DIEGO FRANSSENS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content