Sisterhood, dat is het thema van deze eerste Black. Het mocht in dit hoofdstuk verder gaan dan de trends en actualiteit uit modeland. Verder dan “geel is het nieuwe roze” en “de lange rok wordt de eyecatcher van de zomer.” Het mocht een trap hoger, maar moest tegelijk verweven blijven met de vrouwenmode van zomer 2011 die we in New York, Milaan en Parijs hadden gezien.

Gemakkelijk, piece of cake, het was zo klaar als de dag : door sisterhood te bombarderen tot thema, kon het gaan over de vrouw zélf voor wie de mode vandaag gemaakt wordt. Het ging op de catwalk niet alleen over bananenprints en seventieskleuren. We namen ook de muzen, rol-iconen en vrouwenbeelden mee naar huis, in ons rugzakje vol impressies. De muzen werden door de modeontwerpers letterlijk benoemd na hun defilé : Josephine Baker bij de ene, Tilda Swinton bij de andere. Soms moesten we een naam stiekem googelen, wat had Susan Sontag ook alweer te zeggen over kitsch en seksualiteit ? Het ging echt alle kanten op, daar op de catwalk. De sexy bimbo, de poëtische nomade, het meisje-meisje, de coole hipster. De hamvraag drong zich op : welke vrouw willen we vandaag zelf zijn ? Er moet toch meer zijn dan de Paris Hiltons en oh-my-god-meisjes van deze wereld als rolmodel (p. 98). Wie biedt tegengewicht en inspireert, op een ander niveau ? In wiens buurt zouden we wel willen rondhangen omdat ze zo grappig / lief / ontwapenend / sterk / gepassioneerd / slim / stout / knap / creatief / avontuurlijk is ?

Onder de vlag sisterhood gingen we op zoek. Van de catwalk en de kleerkast over naar stijl. Levensstijl. In New York spraken we Debra en Tzirorah aan op straat (p. 121), twee zestigers vol joie de vivre en levenswijsheid. We zochten inspiratie in boeken (p. 124), in de bioscoop (p. 140) en in de keuken (p. 162). We gingen op de koffie bij een hele hoop Vlaamse vrouwen (p. 130), en lieten hen meedenken over sisterhood.

Het Engelse woord liet ons toe om vrijuit te freewheelen. Iedereen kon er lustig haar associaties in projecteren. Want sisterhood, dat was meer dan bloedverwantschap. Verwante zielen, dat kwam al dichter in de buurt. Het moest gaan over inspireren en de vele impulsen die vrouwen elkaar kunnen geven. Want er zat ook een sterk gevoel van kracht en empowerment in die Engelse klank. “Hoezo, sisterhood heeft vele gezichten”, zei mannelijk collega X. “Kun je niet kiezen misschien ? Kies eens één definitie !” Ja, zucht, neen. Niet de bedoeling. Dat gevoel van herkenning en uitdaging, dingen doen voor jezelf en anderen en daar blij van worden : dát was de enige leidraad. Daar kon het praktische, doelgerichte mannelijke brein ons niet van afleiden.

Toegegeven, dat van dat mannelijk denken was even kort door de bocht. Ze waren nog zo curieus, die mannelijke collega’s, de deugden en triomfen van het vrouw-zijn te ontdekken. Dus mochten ze, in hun artikelen en foto’s, zichzelf tonen als geboren en getogen feminist. Want met sisterhood kom je al snel in het vaarwater van drie golven feminisme terecht. Dan durft het romantische beeld van vrouwen die elkaar inspireren al eens wazig te worden. Of giftig. Waar loopt de grens tussen liefdevolle samenhorigheid en het harde imago van feminisme ? Voer voor een heel andere Black. Want een stand van zaken rond feminisme, dat vraagt een heel andere voorbereiding dan te vertrekken vanuit honderd modedefilés.

Hoe ook, de wereld is aan zijn vervrouwelijking begonnen. Neen, dat betekent niet een wereld zonder mannen. Zot gij. Maar wel een emotionelere wereld, voor man én vrouw. Dat onthouden we van de dames van communicatiebureau Fé (p. 130). En uit de stapels boeken, magazines, films, muziek, nieuwsberichten en studies die we toegestopt kregen door alle sisters die ons pad kruisten voor het maken van dit nummer. Jongens toch. We zijn nog lang niet uitgepraat.

elke.lahousse@knack.be

Elke Lahousse

DE HAMVRAAG DRONG ZICH OP: WELKE VROUW WILLEN WE ZIJN?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content