Annemie Verbeke lanceert een tweede lijn die “cooler, jonger en beter geprijsd” is. Verbeke werkt daarvoor samen met FNG, de Belgische groep achter merken als Fred & Ginger en Van Hassels.

Enkele weken nadat het bericht in onze mailbox is beland over de samenwerking tussen Annemie Verbeke en FNG Group, komt er nog een mail van het bedrijf binnen : ook Tim Van Steenbergen gaat in zee met FNG. “Het biedt me de mogelijkheid om me volledig te focussen op wat ik graag doe, en dat is design en creatie”, zegt Van Steenbergen. “Dankzij de kruisbestuiving met FNG, die de productie, logistiek en distributie van mijn collectie zullen optimaliseren, zal ik mijn projecten tot een hoger niveau kunnen tillen.”

“FNG wil zijn platform ter beschikking stellen van designers”, zegt Dieter Penninckx, managing director van FNG Group. “Belgisch design heeft de reputatie van een zeer hoog niveau te zijn. Zowel Annemie als Tim bevestigt dat. Wij investeren heel bewust in creativiteit, omdat we geloven dat het een antwoord is op de massaconsumptie. We willen producten in de markt zetten die eruit springen en duurzaam zijn, anders gezegd : de moeite om te kopen omdat ze ook langer meegaan. Daarvoor moet je ook een tikkeltje eigenwijs zijn. Het kan dus goed zijn dat we binnenkort investeren in een jong talent uit pakweg Japan of Taiwan. We zijn echt op zoek naar frisheid en eigenheid, wars van alle massaproductie, omdat we geloven dat er behoefte is aan wat rust in al het modegedruis, aan minder maar beter.”

Annemie Verbeke stapte vorig jaar zelf naar FNG met de vraag haar nieuwe, tweede lijn te financieren. “Ze beschikken over de middelen en de knowhow”, zegt Verbeke. “Bovendien is het de filosofie van het huis om de ontwerper alle vrijheid te geven, rekening houdend met de timing en het vooraf bepaalde budget uiteraard. Als je die beperkingen aan de basis legt, voor de ontwerper begint te tekenen, dan kan die er vormelijk toch iets genereus insteken. Het is de eerste keer dat ik zo werk en ik houd van de compacte aanpak. Ik ben trots op het resultaat. Het is geen plat commerciële collectie geworden.”

Waarom lanceert u een tweede lijn ?

Annemie Verbeke : Omdat mijn eerste lijn te exclusief is, zeker ? Te duur. Te moeilijk om op grote schaal te verdelen. Te, te, te… Deze collectie ligt in de lijn van het DNA van het merk, maar is cooler, funkier, gemakkelijker. Omdat de prijzen aanzienlijk lager liggen, kan ik een jonger publiek bereiken. Waar mijn eerste lijn start, rond 250 euro, stopt de tweede. Dat wil niet zeggen dat de afwerking daarom minder is : die moet even goed zijn, de stofjes moeten even leuk zijn en de kwaliteit moet bewaard worden. Hoe dat kan ? De materialen zijn bijvoorbeeld goedkoper, maar niet veel. Het is de afzet die het verschil maakt.

Voor uw eerste lijn werkt u altijd rond één inspirerende vrouw. Bent u op dezelfde manier te werk gegaan ?

De aanpak is helemaal anders. Ik vertrek nog altijd vanuit een buikgevoel, een intuïtie, maar ga veel pragmatischer te werk. Het is ook maar een kleine collectie van twintig stuks. Het is simpel, straight to the point. Timing is ontzettend belangrijk : ik haat het als ik te vlug of ’s nachts moet werken. Ik ben daarom heel georganiseerd. Ik schrijf neer wat ik verlang van een collectie qua vorm en gevoel en dan ga ik daar naar op zoek. Heel spontaan. Eerst pak ik het tricot aan en daarna de geweven stoffen. Ik had ook een aantal patronen liggen waarop ik kon verder bouwen. Het ging allemaal vrij vlot. Ik heb natuurlijk een pak ervaring. Als er al een voordeel is aan ouder worden, dan is ervaring er één. (lacht)

Een tweede lijn is vaak een vereenvoudigde, ‘best of’ versie van de eerste. Klopt die omschrijving ?

Nee, helemaal niet. Het mag geen concurrentie zijn met je eerste lijn. Je ziet natuurlijk dat ik de collectie ontworpen heb. Het blijft mijn smaak en mijn visie. Ik heb er geen jong team opgezet, omdat ik echt het DNA van het merk wilde bewaren. Het mooiste compliment vind ik als mensen mijn werk herkennen. Dan is het geslaagd. Dat gezegd, er zitten heel wat nieuwe elementen in de collectie die ik nog nooit eerder gedaan heb, zoals de gevilte wol in twee kleuren of de zichtbare stiksels.

Denkt u dat uw vaste klanten ook hun gading vinden in deze lijn ?

Zeker, ik heb de collectie ook aangekocht voor mijn eigen winkel. Daar hangt ze tussen mijn hoofdcollectie, omdat die twee volgens mij complementair zijn. Jonge mensen tussen 25 en 35 die graag meer zouden kopen maar de middelen niet altijd hebben, kunnen nu ook in mijn winkel terecht. Om dan later eventueel door te groeien naar de eerste lijn. Dat gebeurt nu ook al. Ze kopen een stuk tijdens de stockverkoop, waardoor ze zin krijgen naar meer. Als je modegevoelig bent, koop je toch graag iets van dit seizoen en niet van een jaar geleden.

Tim Van Steenbergen laat zijn collectie vanaf volgend jaar volledig door FNG maken. Zou u dat ook overwegen ?

Dat zou een mogelijkheid kunnen zijn. Het wil zeggen dat ze bereid zijn om in een ander segment te werken dan ze nu doen : de high fashion. Je geeft deels de touwtjes uit handen, maar dat geldt bijvoorbeeld ook voor A.F. Vandevorst (de Antwerpse ondernemersfamilie Cigrang heeft sinds vorig jaar een meerderheidsbelang in en de zakelijke leiding over het label van Ann Vandevorst en Filip Arickx). Als je wil blijven groeien, dan is dat vandaag de dag zeer moeilijk zonder een externe investering.

Ziet u ook veranderingen in het koopgedrag van uw klanten ?

Ik merk dat maat 0, een 36, minder wordt verkocht dan tien jaar geleden. Zijn vrouwen zwaarder geworden of heeft het iets met leeftijd te maken, ik weet het niet. Wat ook opvalt, is dat onze Brusselse middenklasse minder koopkracht heeft, maar dat wordt gecompenseerd door de instroom van Françaises, expats, die in Brussel komen wonen en graag shoppen. Ze hebben niets anders te doen. (lacht)

DOOR ELLEN DE WOLF

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content