Interieurarchitect Tom Callebaut verbouwde net buiten Brugge een voormalig buitenverblijf tot dagdagelijkse setting voor zijn gezin. Zelf noemt hij het een uitvergrote studentenkamer of een permanente vakantiewoning.

Als interieurarchitect heeft Tom Callebaut de missie “mensen bij te staan en te stimuleren in de realisatie van hun droom”. Voor Tom zelf en zijn vrouw Véronique Lievens was die droom een plek te creëren waar ze met het gezin dicht bij elkaar zouden kunnen leven maar waar ze ook met vrienden in een open sfeer zouden kunnen feestvieren. Op het eerste gezicht een contradictie.

“Het allermoeilijkste aan het ontwerpen van je eigen huis is dat je tegelijk dromer en ontwerper bent, én dat je met z’n tweeën droomt, terwijl er slechts één is die ontwerpt. In het begin vonden we dat moeilijk, geleidelijk aan lukte het wel. Anderzijds is het fijn om voor jezelf te ontwerpen omdat je creativiteit nooit geremd wordt. Als interieurarchitect sta ik in functie van de opdrachtgever en is het een uitdaging om de droom van een klant in ruimte om te zetten. Ontwerpen is voor mij een sociale opdracht, waarbij creativiteit een middel is en geen doel. Wij zijn een soort ruimtelijke vertalers, waarbij we vooral goed moeten kunnen luisteren naar de behoeften van de opdrachtgever. De creatieve invulling is uiteraard belangrijk, maar speelt geen hoofdrol. In mijn eigen woning kon ik, als ontwerper én bewoner, hierin heel ver gaan. Vandaar dat je hier muurschilderingen aantreft, of dat de badkamer, de slaapkamer en de zitkamer eigenlijk één open ruimte zijn.”

Circulaire wandeling

Oorspronkelijk was de woning een vakantiehuisje dat in de jaren zeventig aan de rand van het natuurdomein Ryckevelde was gebouwd. Het had weinig architecturale kwaliteiten, maar bezat wel charme. “De architectuur van de woning trok ons niet meteen aan. Wel de ligging tussen het groen en ook de liefde die de bewoners voor het huis koesterden.” Aan de architectuur van de woning werd niet getornd. “Dit is een typische interieuropdracht. Structureel werd niets veranderd, maar door slimme ingrepen hebben we een ander huis weten te bouwen.” De gevel, bijvoorbeeld, is helemaal in het zwart geschilderd, alleen de doorgangen zijn wit. Op die manier verdwijnt de architectuur als het ware. “Wat het interieur betreft, hebben we ons laten inspireren door onze studententijd. Drie jaar lang woonden we samen op 35 vierkante meter. Het was een fantastische tijd en we wilden die fysieke nabijheid op een bepaalde manier behouden. Uiteraard iets groter, nu onze dochter Lemoni er ook is.”

De woning is als een soort slakkenhuis ingericht. Het is een circulaire wandeling, vertrekkend van de open hal, waar je onmiddellijk zicht hebt langs de vier assen van het huis. “In één oogopslag begrijp je de structuur, heb je het gevoel dat je het huis kent. Logischerwijs kom je dan in de zitkamer, vanwaar je langs een smalle doorgang via de keuken, naar de eetkamer gaat, om uiteindelijk, afhankelijk van het tijdstip, te stuiten op een dramatisch rood theatergordijn, of op de alkoof waarin wij slapen en baden.”

De wandeling gaat van publieke naar intieme zone. Door ingenieuze details, zoals de rode gordijnen, communiceert de architectuur zeer duidelijk naar de gebruiker. Wanneer het gordijn gesloten is, is het duidelijk voor de bezoeker dat deze meest intieme zones niet toegankelijk zijn. Wanneer het gezin alleen is, zijn de gordijnen open, en is de kleine zitkamer een soort suite van de slaapkamer en wordt het huis in omgekeerde richting een soort luxehotel.

Slimme ingrepen

Een andere geniale vondst is het thuisbureau van Tom. In de zitkamer zat oorspronkelijk een zitput, typisch voor de jaren zeventig. In plaats van deze te dempen, maakte Tom er zijn bureau. De put is afgedekt door een lage, schuifbare tafel. Wanneer deze open is, kan de gebruiker in de put op de tafelhoogte gaan zitten en wordt de lage salontafel een bureaublad.

“Ook in de eetkamer heb ik gezocht naar een extra functie. Rond het raam is een kastenwand gebouwd, waarop we als in een nis kunnen zitten. Het is een kleine speelkamer geworden, met zicht op de tuin. Dit soort ingrepen is zeer eenvoudig, maar biedt een zeer grote ruimtelijke meerwaarde.

De keuken is nog zo’n voorbeeld. Eigenlijk is hij niet meer dan een gang met langs beide zijden werkruimte. Toch heb je niet het gevoel dat dit een kleine keuken is, integendeel. Het is een soort arendsnest geworden, van waaruit je zicht hebt over het hele huis, de tuin en de ingang. Ruimte is in de eerste plaats iets dat we beleven en valt niet simpelweg te reduceren tot het aantal beschikbare vierkante meter.”

Flexibele kamers

Onder het dak bouwde Tom de kinderkamer. Een grote witte zone, waar de kleurrijke kinderspullen goed tot hun recht komen. Wanneer er nog kinderen zouden komen, kan de zolderkamer gemakkelijk opgesplitst worden in meerdere kamers. “Voor mij is het belangrijk dat we op een bewuste manier met ruimte omgaan. Bij veel mensen is een huis vijftien jaar te klein, vijftien jaar te groot en slechts tien jaar op maat. Vandaar dat een interieur en de functies van kamers flexibel moeten kunnen zijn. En als we beslissen om vijf kinderen te hebben, dan wordt dit huis wellicht te klein, maar ook daar hebben we al een oplossing voor. Dan doen we huizenruil met mijn ouders. Een fantastisch idee, toch ? Mensen hechten veel te veel belang aan één plek, waardoor de meeste grote huizen voor het merendeel van de tijd slechts voor de helft gebruikt worden.”

Tom Callebaut geeft les aan Sint-Lucas Gent en Brussel, heeft een eigen interieurbureau en werkt ook als consulent voor creatieve processen. (www.tcct.be)

Door OWI I Foto’s Verne

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content