Raad van Shakespeare

© Damon De Backer

Nathalie Le Blanc staat stil bij de frappante feiten die ze al lezend opmerkte.

Middlemarch moet worden uitgeroepen tot beste Engelstalige roman ooit.” Er zijn zo van die zinnen waardoor ik meteen weet dat ik met de auteur – Ibe Rossel in dit geval – graag eens een avond op cafĆ© zou willen. Ik las het 900 pagina’s tellende boek van George Eliot op een reis door China, Tibet en Nepal en ook al was er wat cognitieve dissonantie door het contrast tussen mijn bestemming en het kleine Engelse stadje waar de roman zich afspeelt, mijn conclusie was dezelfde als die van Rossel. Geniaal. Als blijkt dat ze On the Road van Kerouac een onbevredigende roman vindt (terecht) en een hekel heeft aan Dostojevski-jongens die graag toeteren over hoe geweldig de Rus is, maar nooit luisteren naar wat anderen te vertellen hebben, weet ik het zeker: Ibe en ik worden goede vriendinnen, als we elkaar ooit ontmoeten.

We zijn het vaakst jaloers op mensen die erg op ons lijken, maar van wie wij zelf vinden dat ze het net iets beter doen

Waarom een prille twintiger over oude Engelstalige boeken van dode auteurs schrijft? Omdat ze ervan houdt, zo blijkt, en ook omdat literaire klassiekers lezen doodgewoon nuttig is als je jong bent. Terwijl Instagram en andere sociale media ons dagelijks eindeloze inkijkjes gunnen in andermans gecureerde leven, lichten boeken een tip van een andere sluier op. Die over onze hoofden en harten. “Hoe ik leef kan ik toepassen op wat ik lees en wat ik lees kan ik toepassen op hoe ik leef. Uit een stapel stoffige Engelstalige romans leerde ik een pak concrete lessen die perfect toepasbaar zijn op mijn leven.” De drie vrouwelijke hoofdpersonages van Middlemarch Ć©n George Eliot zelf tonen haar hoe je op verschillende manieren je zin krijgt, bijvoorbeeld, terwijl ze leert procrastineren van Herman Melville (leg nooit iets uit) en J. D. Salinger (bedenk eindeloze excuses). Jane Austen, de Bennet-dochters en Darcy leren je om in de liefde niet te weinig maar ook niet te veel te zeggen, maar Rossels inspiratie komt ook uit haar dagelijkse leven. Rossels vrienden figureren als voorbeelden, en ze citeert naar hartenlust en zeer divers. Zowel Cher als Rebecca Solnit, Nietzsche als F.C. De Kampioenen passeren de revue.

Uiteraard mag Shakespeare niet ontbreken. Van hem leerde Rossel hoe je met jaloezie omgaat, het groene monster dat af en toe bij elk van ons de kop opsteekt. “Jaloezie wordt nog schadelijker als we het verdoezelen”, schrijft Rossel. Kijk naar Othello. Die had zijn Desdemona misschien niet vermoord als hij haar gewoon verteld had welke smeuĆÆge roddels zijn generaal Iago over haar verspreidde, roddels die hem razend jaloers maakten maar die zij makkelijk had kunnen ontmijnen. Je gaat ook beter niet uit van het worstcasescenario, leert Shakespeare ons. Niet alleen omdat waar we jaloers over zijn, meestal helemaal zo erg niet is, maar ook omdat het misschien wel het slechtste in ons naar boven haalt. Zie alweer Othello, al bij al een aimabele mens tot zijn zinsbegoocheling hem tot femicide dreef. Onzekerheid is de sleutel tot veel jaloerse reacties, leert Shakespeare ons, en we zijn het vaakst jaloers op mensen die erg op ons lijken, maar van wie wij zelf vinden dat ze het net iets beter doen. Niet op BeyoncĆ© dus, maar wel op iemand met een net iets leukere job, slimmere vrouw, behulpzamere man of bravere kinderen. De oplossing? Beseffen dat je waarschijnlijk ‘genoeg’ bent helpt bij onzekerheid, en je houdt best voor ogen dat jij helemaal zelf bepaalt wat de acties van anderen bij jou teweegbrengen.

Het gebeurt weleens dat pseudo-intellectuelen zichzelf interessant proberen maken door te roepen dat ze geen romans lezen. Normaal heb ik daar een soort standaardpreekje voor in mijn arsenaal, maar nu kan ik hem – het is bijna altijd een hem – gewoon Ibe Rossels boek aanraden.

Shakespeare kent me beter dan mijn lief. Levenslessen van dode auteurs, Ibe Rossel, uitgeverij Borgerhoff & Lamberigts, 2021.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content