POP
VELVET
Er is in de geschiedenis van de rock vermoedelijk geen enkele band die dermate door critici en kollega-musici op handen werd gedragen en terzelfder tijd door het grote publiek zo werd miskend als de Newyorkse Velvet Underground. Alleen toen een paar jaar geleden een reünietoernee werd opgezet een van de onzinnigste ideeën ooit trouwens , was er een houding van “je moest erbij geweest zijn”. Met het overlijden van Sterling Morrison een paar weken geleden zal daar tenminste geen vervolgverhaal aan gebreid worden : Lou Reed en John Cale hoeven zich niet eens meer te verzoenen, dood is over.
Hun cd’s werden een tijdje geleden al eens geboxt en vanuit Australië is ook al een voortreffelijke verzameldoos gekomen (“What’s on”), maar derde keer, goeie keer : de 5cd-box “The Velvet Underground-Peel Slowly and See” (* * * * * Polydor) is de definitieve. Iemand vermoedelijk de band zelf, want deze doos is in nauw overleg met de artiesten samengesteld heeft bijvoorbeeld het lumineuze idee gehad om vier van hun elpees als ruggegraat te nemen voor vier cd’s (de vijfde bestaat uit boeiende demo’s), waarbij telkens de integrale plaat is opgenomen, voorafgegaan en gevolgd door eerder onuitgebracht materiaal. “The Velvet Underground & Nico” en “White Light/White Heat” in hun bekende vorm, en “The Velvet Underground” in de zogenaamde closet mix : toen het werkstuk oorspronkelijk af was, bleek Lou Reed niet gelukkig met de mix en heeft hij de plaat eigenhandig onder handen genomen. Het is zijn remix die gebruikt is : de plaat zoals ze door de Velvets indertijd bedoeld was.
De briljante mengeling van de loeiharde, fuzzy nummers en ingetogen, pakkende ballads ; de kreatieve oorlog van de tegengestelde karakters binnen de groep ; de indringende, grootsteedse teksten die onderwerpen aansneden die toen visionair waren want vandaag realiteit…, er zijn duizend en een argumenten aan te dragen voor de klassieke status van de band. Misschien moest u gewoon eens luisteren.
Ongeveer gelijktijdig is ook een overzicht verschenen van Love, de bijna even baanbrekende, maar nog altijd miskende band van Arthur Lee. In de tweede helft van de sixties en het begin van de seventies heeft dit genie geleefd en gemusiceerd naast Westcoast-bands als Grateful Dead of Jefferson Airplane, zonder ook maar in de verste verte hun commerciële status te kunnen benaderen. Te eigenzinnig, te geniaal, wie zal het zeggen ? “Story 1966-1972” (* * * * Rhino) is de perfekte gelegenheid om alsnog kennis te maken met dit werk. Nog een parallel met de Velvet-box is dat ook op deze dubbelaar dé klassieker van Love, “Forever changes”, integraal is opgenomen en dat beide uitgaven een lezenswaardig én bekijkenswaardig boekwerkje hebben meegekregen.
PRINCE
Na maanden van al dan niet artificeel gecreëerde herrie/hype heeft Prince (of zijn platenmaatschappij) “The gold experience” (* * * Warner Bros/NPG) dus toch uitgebracht en er geen “Black album II” van gemaakt. Het kan aan ons liggen, maar wij vragen ons af waar de commotie voor nodig was. De cd steekt weliswaar in een modieus internet-konceptje (dat na één keer mateloos op de zenuwen werkt) waarbij tracks worden aan- en afgekondigd, maar er staat niéts op dat wij al niet vaker, vroeger én beter gehoord hebben. Bij Prince zelf met name. Wij voorspellen ‘m nog jaren aan de top als live-performer, maar als recording artist heeft hij drie stappen teruggezet.
BELGIE
The Scabs hebben een nieuwe. Hij heet “Sunset over Wasteland” (* * Pias). Op de helft klinken ze als de RollingStones de dato “Some girls”, op de andere als een band die krampachtig probeert z’n tweede jeugd te vinden. Jammer. Tweede jeugden bestaan niet.
Op “Spelers & drinkers” (* * EMI) wordt Johan Verminnen gehuldigd door een handvol kollega’s. Trefzekerst zijn daarbij Isabelle A (aardig “De hemel vol sterren”), Bram Vermeulen (“Tussen spelers en drinkers”), Jan Leyers (charmant-poppy “Een of andere dag”), Roland (slordig-sfeervol “Rue des bouchers”) en met kop en schouders er bovenuit stekend Sarah Bettens (loom-sensueel-jazzy “M’n broer & ik”). Bericht voor de fans van Frank Vander linden (“Tien jaar”) : uw idool heeft een paar maanden geleden twee platen van Charlélie Couture gekocht.
Ere-Belgische Beverly Jo Scott heeft haar hele hebben en houden op de live-cd “The wailing trail” (* * Columbia) gegooid. Maar hoe sympa en professioneel ze ook is : wij vrezen dat het hoogste schavotje nooit voor haar bestemd zal zijn. Ook niet voor Burns, trouwens, een Brussels metalbandje rond Patty Burns dat met “Ready for duty” (- RoughTrade) een schijfje heeft gemaakt zoals er élke dag in élk buitenland zevenhonderd worden gemaakt. Elke voormiddag.
JACKY HUYS
De derde van de Velvets, gemixt door Lou Reed.
1. (2) Not an addict K’s Choice
2. (1) All over you Live
3. (5) Loose Therapy ?
4. (3) Violet Hole
5. (6) Hope St. Levellers
6. (9) Warped Red Hot Chili Peppers
7. (10)Countryhouse Blur
8. (7) Help Channel Zero
9. (4) Maybe an angel Heather Nova
10. (8)Just Radiohead
11. (11)Hey man, nice shot Filter
12. (13)Truth be known Neil Young
13. (12)Do what I say Clawfinger
14. (25)Low tide Jason Rawhead
15. (19)Swallow Crumb & Fun-Da-Mental
16. (18)Downtown Neil Young
17. (27)You oughta know Alanis Morisette
18. (-) Sky is blue Sands
19. (-) Strike it Dub War
20. (17)Tongue R.E.M.
21. (16)Welcome to paradise Green Day
22. (-) I’ll stick around Foo Fighters
23. (29)Gotta get away Offspring
24. (23)Dagenham Dave Morrissey
25. (22)Summer Buffalo Tom
26. (14)You do something to me Paul Weller
27. (-)Diamond sea Sonic Youth
28. (-)Lowdown Electrafixion
29. (24)I don’t want to grow up Ramones
30. (-) Cry love John Hiatt
(24/09/95)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier