Piratenschipuit een jongensboek

Een historische viermaster, vijfsterrenluxe, zes havens en de zeven levens van een zeilende legende : de ideale mix voor een nostalgische zeereis langs Griekse eilanden.

V liegensvlug kruipt een dozijn matrozen in het want, een ogenschijnlijke wirwar van touwen en lijnen, als marionetten die door een onzichtbare hand naar de hemel gehesen worden. Opwinding aan boord ; voor het eerst op deze cruise langs de Griekse Cycladen geeft de kapitein van de Sea Cloud het bevel om de zeilen op te sjorren, een operatie die bij de bemanning van de historische bark een koortsachtig halfuurtje veroorzaakt.

We varen tussen de Griekse eilanden Kythera en Santorini, aan boord van wat een piratenschip uit een jongensboek lijkt. Duidelijk een luxe uitvoering, met rechthoekige zeilen aan vier masten, bewonderd door vijftig passagiers die met stijve nek kijken naar de bedrijvigheid in het want en aan dek. Voor iemand die bakboord nauwelijks van stuurboord onderscheidt – zoals ik – komt het mierengewriemel van de matrozen chaotisch en onbegrijpelijk voor, maar trefzeker spannen ze brassen en lijnen, terwijl hun maats hoog in de masten naar de volgende opdracht kruipen onder het veiligheidsmotto : één hand voor het schip, één hand voor zichzelf.

Anders dan bij de meeste moderne grote zeilschepen, met langsscheepse zeilen die met een eenvoudige druk op een knop automatisch gehesen of gevierd worden, blijft zeilen op een oude windjammer een machtig spektakel van mankracht en touwen, precisie en wind. Een windjammer zeilt à l’ancienne, met ouderwetse en arbeidsintensieve rechthoekige zeilen. Als spinnen in een strak gespannen web, kruipen de matrozen in het want naar een ra, een dwarshout waaraan een zeil hangt. Als ze het canvas losknopen, valt wapperend het ene zeil na het andere open. Dan, als ook de mars- en bramzeilen vijftig meter boven het dek torenen, keert de rust langzaam terug. Aan de drie voorste masten drijven vijf verdiepingen zeilen maagdelijk wit in de wind. Alleen aan de bezaansmast, op het achterdek, blijven de zeilen toe. Hier toasten de passagiers met champagne ; het gaat de Sea Cloud voor de wind, zes knopen snel.

Dame aan stuurboord

Gisteren, toen we even ten zuiden van Athene de haven van Isthmië verlieten en langs de Peloponnesus voeren, was er van zeilen geen sprake. Een stijve bries – in zeemanstermen zes tot zeven beaufort – uit de verkeerde richting, verplichtte ons op de motor naar het zuiden te varen. Voor de kust van Khytera, een hoofdzakelijk door Griekse toeristen bezocht eiland, gooit de Sea Cloud voor het eerst de ankers uit. Maar met een select gezelschap van amper vijftig passagiers die in motorbootjes aan land gaan, leidt dit niet tot een overrompeling van de terrassen langs de kade. Begin juni ligt Kythera er heerlijk rustig bij, met een stille kasteelruïne op een heuvel, witgekalkte orthodoxe kerkjes her en der verspreid en een hagelwit centrum van smalle steegjes waar helblauwe raamkozijnen de hemel weerspiegelen.

Tegen theetijd keren we terug aan boord. Toch blijkt de rust van het dorp een snaar geraakt te hebben : na een halfuur varen keren we terug naar Khytera. Een dame heeft de boot gemist, telefoneerde naar het schip en wacht nu op de kade. Het is haar vierde reis op de Sea Cloud, ze is bijna familie. De purser en cruisedirecteur Silva bijten op hun tanden, passagiers met een slecht karakter maken zich vrolijk, anderen kijken bezorgd. De kapitein, een grijzende Pool met een staat van dienst die hem Brits flegma toestaat, maakt zich er met een kwinkslag van af. Na de welkomstcocktail schuift de missing lady aan de kapiteinstafel aan.

Terwijl de wind ons van Khytera naar Santorini voert, kijk ik nu eens naar het eeuwige water met zijn vluchtige schuimkoppen, dan weer naar de bolle zeilen die de Sea Cloud geruisloos door de golven doen klieven. Aan de horizon schemeren de bergruggen van de Cycladen. Maar aan boord van de Sea Cloud geldt meer dan ooit dat de bestemming minder belangrijk is dan de reis.

Het schip brengt zijn winters door in de Caribische Zee, de zomers in de Middellandse Zee. Na elk seizoen steekt de Sea Cloud de oceaan over, een tocht van twee weken.

“Ik verveelde me geen moment tijdens de grote oversteek”, vertelt Kurts, voor de zevende keer passagier aan boord. “Varen op de Sea Cloud drijft op nostalgie. Nostalgie naar het tijdperk van de windjammers, de laatste generatie van de grote zeilschepen uit een tijdperk dat eindigde met de opkomst van de stoomschepen.”

Deze keer viert het gezin Kurts’ zeventigste verjaardag, de vorige keer die van zijn echtgenote, en zo is elke reden goed. Hun meereizende zoon klaagt niet. De Sea Cloud, die vijfenzeventig jaar geleden in de vaart kwam, is een luxe zeiljacht zoals ze niet meer gemaakt worden, een levende legende als eerbetoon aan het eind van de negentiende eeuw. Elke gelegenheid om aan boord te zijn, is er één.

De gebroken vulkaan

Omdat een groot cruiseschip met duizenden passagiers in Santorini zal aanmeren, gaan we al vroeg in de ochtend voor anker.

“Vanaf negen uur ontschepen de tweeduizend passagiers van die mastodont”, weet onze cruisedirecteur Silva. “Om hen voor te zijn, vaart onze eerste tender al om halfnegen naar de wal. Zo vermijden we lange wachttijden aan de kabelbaan die van de kade naar het dorp hoog op de kraterrand leidt.”

Op de Sea Cloud, met meer personeels-leden dan passagiers aan boord, blijft de sfeer er één van exclusiviteit en flexibiliteit. Je kunt terugkeren wanneer je wilt, of je kunt een volledige dag doorbrengen op Santorini. Als steeds meer dagjesbezoekers flaneren door de straten van Thira, de hoofdplaats van het eiland, huur ik een quad.

Santorini, de maansikkelvormige restant van een gigantische vulkaanuitbarsting waarvan de vloedgolf de vroeg-Kretenzische beschaving wegveegde, is schitterend. Ik volg de kustlijn naar het uiterste noorden, naar het pittoreske dorp Ia, schilderachtig gelegen op het vulkanische klif. De blauwe koepels, witte kerktorens en huisjes in pasteltinten zijn hoogst fotogeniek, daarover zijn ook de Vlaamse cameralui die op het dorpsplein een aflevering van Beste Vrienden draaien het eens. Ik geef mijn quad de sporen en leef mij uit op de kronkelige verlaten weg langs de lage oostelijke rand van het eiland, langs stille dorpen met koepelkerken en trappensteegjes. In Pirgos, het hoogst gelegen dorp van het eiland, moesten de concentrische straten bescherming tegen zeerovers bieden.

Op de terugweg naar Thira proef ik droog wit en typisch rood in wijnhuis Santo, naar verluidt de beste wijnboer van Santorini. Tijd voor een vergelijkend marktonderzoek heb ik niet, maar het panorama vanaf het terras is fenomenaal ; een perfect symmetrisch uitzicht over de kraterrand, de vulkaan in het centrum, de eilanden in de verte en een diepblauw, waarin ferryboten witte schuimlijnen trekken.

Als ik na zonsondergang terug aan boord ga, verwelkomen enkele medepassagiers me als een verloren zoon. We varen pas weg om middernacht, maar het avondmaal aan boord missen ? En had de scheepsdokter mij niet zien rondrijden op een motor ? John uit Dallas en An die met in permanente verwondering geblokkeerde wenkbrauwen de wereld aanschouwt, benijden de in hun ogen roekeloze avonturier. Zelf beperkten ze zich vandaag tot window-shopping in Thira, maar “andere passagiers huurden een wagen en reden heel het eiland rond, can you imagine ?”

Misschien dat de Texanen dat bij een volgende landing eens zullen proberen, of misschien per taxi ?

“We hadden vijf gangen, heerlijk”, kirt de Finse Kaatrina, een Dolce&Gabanna-grootmoeder die la dolce vita op Scandinavische wijze interpreteert. Haar gezelschap maakt geen uitstappen, maar geniet met volle teugen van de geneugten van het jacht.

“Een aantrekkelijke dame”, weet Murray, een kwieke tachtiger die het zich beklaagt dat het schip vertrekt als discotheken op Santorini hun deuren openen. De geboren New Yorker reist alleen, want een cruise langs de Griekse eilanden kon zijn Atheense vrouw niet bekoren. ” Ze was ooit scheepsdokter, voor haar geen cruises meer.”

Meisjesspeelgoed

Het mag dan zo lijken dat sommige mannen eigenlijk jongens met duur speelgoed zijn, de Sea Cloud was het speeltje van een meisje. Voor Majorie Merriweather Post, al jong erfgename van een imperium dat haar vader met ontbijtgranen en een zekere Dr. Kellog opbouwde, was enkel het beste goed genoeg. Vier huwelijken bewijzen dat geen man voldeed aan haar hoge eisen. Met haar tweede echtgenoot Hutton bouwde ze het luxejacht, de Hussar. Het zeilschip moest niet zomaar een plezierjacht zijn voor een weekend op zee, maar een zeilende mansion met alle comfort dat de New Yorkse high society zich aan het begin van de twintigste eeuw – vóór de crash van Wall Street – kon veroorloven.

De uitspraak : “Wie zich afvraagt hoeveel een zeiljacht kost, kan er zich geen permitteren”, was hier meer dan terecht. Toen de Hussar in 1931 door de Krupp Germania Werft in Kiel te water gelaten werd, was de viermaster een parel van moderne techniek, met Duitse dieselmotoren, overdadige luxe en traditionele zeemanskunst. Hoewel… Met de oorspronkelijk voorziene drie masten had het schip een betere zeilkwaliteit, maar toen opdrachtgeefster Majorie Merriweather Post vernam dat haar buren op Fifth Avenue een viermaster bouwden, kon ze daar niet voor onderdoen en kwam er een vierde mast.

Tijdens het eerste leven van de viermaster zeilde het echtpaar Hutton-Merriweather Post soms maandenlang over de wereldzeeën. De maidentrip van de Hussar telde ruim 11.000 zeemijl. Via telex en telegraaf bestuurden de miljonairs General Foods, hun zakenimperium. “Wat zouden ze van internet via satelliet gehouden hebben”, bedenk ik in hun eikenhouten bibliotheek annex leefruimte, nu de eetzaal aan boord. Een draaitrap langs de piano leidt naar de riante eigenaarvertrekken en zes originele gastenkamers, elegante hotelsuites in Louis XVI-stijl en ander antiek.

Zeven levens

Na haar scheiding van Ed Hutton doopte lady Merriweather Post het schip Sea Cloud, de eerste van een lange rij naamsveranderingen en identiteitscrisissen. Toen ze voor de derde keer getrouwd was, met de Amerikaanse ambassadeur in bolsjewistisch Moskou, werd het teakhouten dek een podium voor diplomaten en regeringsleiders. Bij de overplaatsing van de ambassadeur naar Brussel, vlak voor de Tweede Wereldoorlog, haalde zijn echtgenote opgelucht adem : ” My God, gelukkig hebben ze een koningshuis !” Maar tijdens de Tweede Wereldoorlog vervingen kanonnen en telecommunicatiemateriaal de masten.

Slechts in 1951 kreeg de opgeknapte Sea Cloud opnieuw zijn vooroorlogse glorie, maar de moeilijke jaren van de boot braken nu pas aan. Trujillo, de dictator die veertig lange jaren de Dominicaanse Republiek onder de knoet hield, herdoopte het jacht in Angelita en maakte er een partyboot van. Zsa Zsa Gabor, Kim Novak en de onvermijdelijke Joan Collins deelden er champagne en véél meer met de dictator en zijn zoon Ramfis, die later met het stoffelijk overschot van zijn vader en de staatskas op de vlucht sloeg. Als staatseigendom van de nieuwe Dominicaanse regering verviel het legendarische jacht tot een ruïne.

Na mislukte pogingen om het schip in gebruik te nemen als zeilende school of als cruiseschip Antarna, rotte het in het Panamakanaal weg terwijl het ten prooi viel aan langdurige juridische betwistingen en houtzwam. In 1978 sleepten reders uit Hamburg de vervallen viermaster naar de bouwwerf in Kiel, schraapten het mos van de masten en investeerden zeven miljoen dollar in het herstel. En dat houdt nooit op : voortdurend krijgt wel ergens het metaal een nieuwe laag verf, schuurt een matroos een houten reling of boent het dek. Na vijfenzeventig jaren dienst ziet de Sea Cloud er onberispelijk uit, maar haar zevende leven is bedreigd.

“Vanaf 2010 gelden nieuwe veiligheidsnormen”, vertelt Silva. “Omdat het jacht voor 85 procent uit hout bestaat, kan de Sea Cloud daar onmogelijk aan voldoen. Het hele schip ombouwen en de ziel ervan vernietigen lijkt zinloos. Als er geen oplossing komt, wordt de Sea Cloud na 2010 misschien een museumschip.”

De volgende dagen zeilen we via Naxos, de geboorteplek van wijngod Dionysus, naar Mykonos, een van de drukst bezochte Griekse eilanden. Ergens halverwege surfen dolfijnen op onze golf en verdwijnen buitelend onder de boeg. Op Delos bezoeken we de overblijfselen van het tempeleiland voor Apollo, nà het orakel van Delfi het belangrijkste heiligdom van de klassieke Grieken.

Theetijd, de cocktails en natuurlijk de dinners bieden tijd zat om kennis te maken met de medepassagiers, waaronder veel vaste klanten. Ondernemers, bankiers of welgestelde gepensioneerden, ongeveer de helft Duitsers, een flinke Finse delegatie, enkele Zwitsers en Amerikanen. De sfeer is informeel, maar op de gala-avond verschijnen dure juwelen en manchetknopen, stropdassen en avondjurken. Dit is de kledij die bij de statige sfeer van de Sea Cloud past. Zo opgedirkt mogen ook de gewone passagiers een kijkje nemen in de acht originele luxe passagiershutten met marmeren badkamers en gouden kranen die glimmen als vanouds. Nummer 1, de originele kajuit van de vrouw des huizes, heeft de tijdloze charme van een smetteloos wit boudoir. De champagne bruist, de kaviaar smaakt. Ook de modebewuste Kaatrina betreurt het einde van de cruise. “Weet je, ik kon nog niet de helft dragen van alle kleren die ik bij me heb.”

Praktisch

De Sea Cloud vaart van 8 december tot 7 april in de Caribische Zee en tijdens de zomer in de Middellandse Zee. Het modernere zusterschip Sea Cloud II verkent ook de Noord- en Oostzee.

Er zijn grote prijsverschillen : de hutten van de eigenaars kosten het dubbele van de basishutten. Vanaf 2500 euro per persoon per week, exclusief vluchten.

Tekst en foto’s Jo Fransen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content