Pierre Darge
Pierre Darge Freelancejournalist

Geen blote borsten op de Pirelli-kalender dit jaar, maar vrouwen met uitstraling. Geen topmodellen bovendien, maar jonge, aankomende actrices. De fotograaf verantwoordelijk voor deze kleine revolutie is de Duitse Parijzenaar Peter Lindbergh.

I was totally free”, zegt hij vriendelijk. “Maar laten we daar straks over praten, na de lunch. Anders wordt mijn vrouw onrustig.” Peter Lindbergh is een boom van een vent, in alle opzichten. Een minzame reus en tegelijkertijd één van de grootste modefotografen van deze tijd. Een man die vijf jaar geleden door het vak gehuldigd werd met een Fashion Award voor de beste modefotograaf, en dat is niet niks in een wereldje waarin de concurrentie groot is en de afgunst moordend. Een man die de mooiste vrouwen in beeld heeft gebracht, en verrassende scènes heeft opgebouwd waarin modellen evolueren tegen industriële achtergronden. De achtergronden waartegen hij is opgegroeid in de Duitse industriestad Duisburg. Een man die reclameclips heeft geregisseerd, voor de allergrootste designers heeft gewerkt, van Armani tot Calvin Klein, en twintig jaar geleden het publiciteitsimago van Comme des Garçons heeft gecreëerd.

Bovendien blijkt Lindbergh een man van zijn woord. Na de lunch vragen velen voor een gesprek, maar hij laat zich niet van zijn stuk brengen. Tegen een wat opdringerige Duitssprekende journaliste zegt hij, vriendelijk: “Er geht zu erst.” Lindbergh is vandaag een gevierd man: voor de tweede keer in zijn carrière werd hij gevraagd om de beelden voor de prestigieuze Pirelli-kalender te schieten, een uniek kleinood dat niet te koop is maar jaarlijks wereldwijd aan enkele duizenden gegadigden cadeau wordt gedaan. Hij heeft de gelegenheid aangegrepen om op zijn manier een monument te slopen. Een monument van een traditie die wil dat in de Pirelli-kalender naakte vrouwen in beeld worden gebracht.

“Ze lieten me helemaal vrij,” zegt Linbergh, “ook toen ik vertelde dat ik helemaal niet van plan was in de Pirelli-traditie te stappen van stereotiepe foto’s supposed to be sexy. Omdat zoiets je meteen in zo’n keurslijf dwingt. Fotografen die in het verleden aangezocht werden voor de kalender, anticipeerden wat al te nadrukkelijk op die invalshoek, terwijl ik met een heel ander idee speelde. Ik wilde jonge, verfrissende gezichten die karakter uitstralen en niet in de eerste plaats incredibly big tits. Dat karakter en dat enthousiasme vond ik uiteindelijk bij jonge actrices.”

Eén van hen is Shannyn Sossamon. Een spring-in-’t-veld van 22 die de dag nadat ze afstudeerde van haar geboorteplaats Reno naar Los Angeles afreisde. Toen ze een diskjockey een handje hielp op het verjaardagsfeestje van Gwyneth Paltrow, werd ze door een casting director voor A Knight’s Tale ontdekt. Zes audities later kreeg ze de rol van Jocelyn, met Heath Ledger als tegenspeler. En nu speelt ze in 40 days and 40 Nights met Josh Harntett. Ze vertelt dat ze bijna flauwviel toen ze hoorde dat ze voor de Pirelli-kalender was gevraagd. Kan ze Peter Lindergh in twee woorden omschrijven? Even speelt ze alsof ze hard nadenkt, trekt dan de ogen wijd open en geeft het verlossende antwoord: “Magically instinctive.”

Het lijkt nochtans bijna een provocatie: een man die zo vertrouwd is met de modellenwereld, en voor wie alle deuren opengaan, gaat in de filmwereld naar vrouwen met karakter zoeken. Een statement dat modellen een beetje passé zijn? Lindbergh: “Modellen zijn niet passé omdat ze nu eenmaal de working base voor de modefotografie vormen. Maar tegelijkertijd is er ook een leegte aan het ontstaan, zie ik niet meteen opvolgers voor de kleine groep van modellen die personalities zijn geworden. Mijn keuze is ook bepaald door de confrontatie met de inspanningen die mijn zoon levert, die in Parijs een acteursopleiding volgt. Ik ben gewoon onder de indruk van de moeite die die jongelui doen en ik ben verrast door de motivatie die ze opbrengen om hun doel te bereiken. Je kunt niet anders dan heel sterk zijn om daaruit te komen en daarom wilde ik die jonge vrouwen, op de drempel van een carrière, in beeld brengen. Al had ik aanvankelijk maar één echt beeld voor ogen: dat van Mena Suvari in American Beauty.

Met de hulp van twee redactrices van Vanity Fair ging Peter Lindbergh op zoek naar een dozijn jonge, sterke, gemotiveerde vrouwen. Vrouwen die vaak maar één rol hadden gespeeld, maar dan wel een hele sterke. Wat hij vooral niet wilde, waren briljante modellen in een slechte rol. De fotograaf lacht: “Niemand gelooft me als ik zeg dat ik vooraf zelfs hun gezichten niet wilde zien. Omdat ik wist dat, als ze karakter hadden, ze ook mooi zouden zijn.”

Is karakter dan een vorm van schoonheid? “Zeker, en de reden zal duidelijk zijn. Als je voor een carrière als acteur kiest, moet je zoveel meer karakter bezitten dan als model. De uitdaging is helemaal anders. Ik mag niet zeggen dat het gemakkelijk is om een groot model te worden, maar de inspanning ligt zover af van het acteurswerk. Nu wist ik dat wel, kende ik de sterkte van die mensen, maar ik had totnogtoe alleen met bekende actrices gewerkt. En dan word je geremd door de hele entourage. Je krijgt altijd drie personen extra op je dak: de manager, de agent en de publicist, die het onderling niet eens geraken over wat er precies moet gebeuren. Dat is geen lol voor iemand als ik die min of meer gewend is zijn eigen ding op zijn eigen manier te doen. Dit was zo’n verschillende situatie: iedereen wilde de kalender doen, de inzet was ongelooflijk. Het was een prachtige ervaring. Ik kreeg ook zoveel meer dan ik gevraagd had: op de set heerste een merkwaardige, uitbundige sfeer. Op de foto’s en op de film van de shooting blijkt dat ten volle. They had fun, their freshness was so nice. Ik zocht niet nadrukkelijk naar onbezoedeld talent, ik kreeg het er gewoon bij als bonus.”

“Toen ik ze leerde kennen en de foto’s schoot,” vervolgt hij, “begreep ik eens zo goed waarom ik die keuze had gemaakt: ik was verlost van het loodzware juk van de beauty-industrie, die in de eerste plaats op symmetrische gezichten mikt. Een verschrikkelijk vervelend criterium dat al te lang gehanteerd wordt. Kijk naar de foto’s die ik maakte en je snapt dat schoonheid niets te maken heeft met hoe je eruitziet maar alles met wat je doet.”

Lindberghs beelden zijn dus niet meteen stereotiep mode, altijd sterk, vaak eigenzinnig. Het hele verhaal illustreert trouwens niet alleen zijn karaktersterkte maar ook de voordelen van een late roeping. “Die late start heeft me gered. Ik was zevenentwintig toen ik voor het eerst een camera in handen kreeg en dan weet je ongeveer waar je heen wilt. Als je te jong in dit milieu komt, raak je bedwelmd door die hele industrie. Er wordt over je heen gewalst, je raakt zo weg van het hele gebeuren dat je alles slikt. Voor je het weet, ben je gebrainwasht en produceer je kritiekloos wat van je verwacht wordt.”

Toch doet het verhaal de ronde dat de Duitser helemaal geen kaas gegeten heeft van techniek. Dat de man, die er tijdens de zes dagen durende shooting van de Pirelli-kalender zo’n 350 filmrolletjes heeft doorgedraaid, zelf nooit in de donkere kamer heeft gestaan. “Klopt, ik heb nooit één film zelf ontwikkeld. Of toch, correctie. Op de kunstschool wel een paar, allemaal met hetzelfde waardeloze resultaat. Kleurloos grijs. En het is er met de jaren niet op verbeterd, ik kan nog altijd geen Polaroid-Panis ontwikkelen. Die ziet eruit als een diafilm en ik gebruik er elke week honderden van, zonder ooit maar een vinger uit te steken naar de ontwikkelmachine. Daar heb ik mijn assistent voor, die weet tienduizend keer meer dan ik. Als ik wat nodig heb, vraag ik het hem en hij kent altijd het antwoord. Ik wacht gewoon op de eerste afdruk en vertel hem wat ik anders wil, waar meer contrast hoort. Ik zou niet weten hoe ik dat er zelf in moet krijgen.”

Lindbergh is dus het vlees geworden bewijs dat alleen het oog telt. En dat oog ontwikkelde hij tijdens zijn jeugd, toen hij school liep aan de kunstacademies van Berlijn en Krefeld, waar hij leerde schilderen. De Duitser is bovendien niet alleen een uitmuntende fotograaf maar ook een briljante regisseur, die op onnavolgbare wijze een decor in elkaar weet te zetten. We bekijken samen de film The making of, waarin we hem aan het werk zien in de Paramount-filmstudio’s in Los Angeles, als fotograaf én als regisseur. Als een bezetene schiet hij beelden en danst hij met de actrices, terwijl hij ondertussen de hele achtergrond met kranen en lichttorens laat opbouwen en de figuranten laat plaatsnemen. Waarna hij de hele scène laat onderspuiten, zodat schitterende weerspiegelingen ontstaan. Hollywood op zijn best, met een filmset voor twaalf foto’s…

“Dat regisseren is mijn ding”, zegt de fotograaf. “Toen ik mezelf daarstraks bezig zag, dacht ik even dat er ergens ver weg een gefrustreerde regisseur in me zit. Die frustratie werk ik uit in commercials, en ik doe er nogal wat. (lachend) Zelfs als de commercial een beetje tegenvalt dan blijft de set nog altijd prachtig om zien.”

Als Lindbergh lacht, verdwijnen de pretoogjes bijna helemaal in zijn gezicht. Is hij een bon vivant?

“Misschien, maar ik ben toch sinds zes weken bezig zonder één enkele vrije dag. Vanmorgen ben ik uit New York hier in Londen toegekomen, morgen vlieg ik door naar Goa in India en dan weer naar Ibiza. Ik reis de hele tijd, alhoewel het nauwelijks als reizen aanvoelt. We lopen naar de luchthaven en laten ons meevoeren.

In principe woon ik in Parijs, en ik heb géén appartement in New York, wel twee hoteladressen. ’s Winters strijk ik neer in The Mercer, ’s zomers in de Soho Grand. Ze zijn totaal verschillend en toch vind ik ze alle twee schitterend. The Mercer heeft een prachtig interieur waar het ’s winters heerlijk toeven is. Het interieur van de Soho Grand is dan weer niks, maar dat geeft niet want er is een terras op het zeventiende waar je ’s zomers het mooiste uitzicht hebt van Soho en waar ik de hele dag buiten kan zitten. En ja, dan hebben we nog een kamertje bij de ouders van mij vriendin Petra in Keulen.

Wat ik echt graag een keertje zou willen doen is met een grote zeilboot wegvaren, zes maanden alleen met Petra. Maar eigenlijk kan het niet omdat er te veel kinderen bij betrokken zijn. Drie grote (uit een eerste huwelijk) en één kleintje dat hier bij ons aan tafel zit en dat je nog niet kunt zien.”

Petra, die ik 28 schat, heeft enige moeite om in een paar woorden de mens Lindbergh te omschrijven. “U bent de eerste journalist die me ooit een vraag stelde”, verweert ze zich. “Toen ik Peter leerde kennen, twee jaar geleden, was ik verrast. Ik kende hem van zijn reputatie en vond hem ontwapenend gewoon. We zijn nu een jaartje samen en ik weet zeker dat hij zich geen ster voelt, en zich er nog veel minder naar gedraagt. Hij kan je als geen ander op je gemak stellen.”

Pierre Darge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content