ONDER REDACTIE VAN GRIET SCHRAUWEN

In de gedaante van een beer (De Bezige Bij, 27,50 euro) is het derde boek van Engelse schrijver LawrenceNorfolk. In de eerste honderd vijftig bladzijden van deze roman vertelt Norfolk het verhaal van koning Meleagros van Kalydon, die met zes manschappen jaagt op het vernielzuchtige zwijn dat de godin Artemis hem stuurde. In een aansluitend verhaal wordt de vertaler een ik-persoon die in zijn eigen leven parallellen met zijn tekst vindt.

Herinneringen aan de jacht op een SS-er tijdens de Tweede Wereldoorlog worden een confrontatie met morele codes bij de jacht op het kwade. De mythische lagen en de verwijzingen naar de donkere grot waarin een prooi op zijn jager wacht, zijn meesterlijk verwerkt. Het doorworstelen van het eerste klassiekere deel is een opgave, maar het tweede deel is des te wervelender. (GVdB)

Julian en zijn zus Paula delen hetzelfde huis. Hun vader is als een gebroken man uit een concentratiekamp teruggekomen en hun moeder is jong gestorven. De vader is er nooit in geslaagd onder woorden te brengen wat hem tot aan zijn dood zulke vreselijke nachtmerries bezorgde. Julian leeft erg teruggetrokken en is in de war als er ook maar iets verandert in de dagelijkse sleur. Zijn venster op de wereld is een aantal televisietoestellen die hij naar believen kan aan- en uitzetten. Voor de rest is hij in niemand geïnteresseerd. Paula daarentegen is een begaafde zangeres die geniet van haar succes en nergens bang voor is. Als ze voor een tournee naar Europa vertrekt, vraagt ze haar werkster Sola een beetje voor haar broer te zorgen. Sola is een vluchtelinge en blijkt Julians angst heel goed aan te voelen. In De snelheid van het licht (Cargo, 18,94 euro) beschrijft ElizabethRosner op een heel poëtische en indringende manier hoe deze drie getraumatiseerde en beschadigde mensen op de hun omringende wereld reageren. Zo ontdekt Paula de verschrikkelijke waarheid over haar vader en ze voelt zich als iemand die uit elkaar is gehaald. Rosner is dichteres en dat merk je in dit ontroerende debuut over de wonden die de holocaust nalaat, ook bij kinderen die na de Tweede Wereldoorlog geboren zijn. (FB)

Toevallig botste André Capiteyn op zijn fascinerende naamgenoot Jacobus Capitein, een zwarte predikant uit het midden van de 18de eeuw. Capiteyn ontdekte hem bovendien in het kasteel Sint-George d’ Elmina in Ghana, waar deze eerste Afrikaanse predikant, in dienst was van de Nederlandse West-Indische Compagnie die van daar goud, ivoor en slaven verscheepte. Maar de predikant was zelf niet zuiver op de graat en speelde een duister rolletje in de Hollandse slavenhandel. André Capiteyn beschreef zijn historische trouvaille als een dubbel reisverhaal, Ivoorzwart (Stichting Mens en Cultuur, 16 euro) dat zich deels afspeelt in de 18de eeuw en deels in de 20ste. Deze originele invalshoek is goed voor een meeslepend historisch verhaal. (PS)