Toen de Beatles splitten, is de tijd hier blijven stilstaan. Ook de Turkse prins lijkt niet gehaast om de schone slaapster te doen ontwaken. Eindeloze verlaten stranden, stille dorpjes, ongeschonden vergezichten : dit is het laatste stukje eiland van de Middellandse Zee waar zoiets nog bestaat. Wie terug wil naar de sixties, heeft hier de laatste buitenkans.

Jules De Keersmaecker Foto’s Emmanuel Baeten

Op het eiland Cyprus wonen Grieken en Turken. Niet samen, maar apart. Al hadden deze volkeren eeuwenlang vreedzaam samengewoond, toch brak in 1974 een burgeroorlog uit tussen de Grieks- en de Turkstalige bewoners. Turkije kwam op het eiland tussenbeiden om voor de goed honderdduizend Turkssprekenden aan de noordkant van het eiland (vlakbij de Turkse kust) een ministaat of reservaat te creëren : de Turkse Republiek van Noord-Cyprus. De rest van het eiland vormt de republiek Cyprus, waar de Griekstaligen het voor het zeggen hebben. Vanuit de republiek in het zuiden of vanuit gelijk welk ander land behalve Turkije, geraak je onmogelijk in Noord-Cyprus. Voor de wereldgemeenschap is dit land een zuiver product van de Turkse verbeelding. De Turkse Republiek van Noord-Cyprus bestaat dus net zo min als het eiland Amoras of het Schatteneiland, en je kan er dan ook niet naar toe. Toch is de kleine omweg langs het Turkse vasteland de moeite meer dan waard, omdat de mooiste landschappen, steden en bezienswaardigheden van Cyprus in het noorden te vinden zijn, in de gouden driehoek tussen de steden Nicosia, Famagusta en Kyrenia.

Kyrenia is op zijn mooist wanneer het ligt te rusten in de ademloze stilte van de ochtendzon, omspoeld door het lichte azuur van hemel en zee. De mensen slapen nog, en de ober van hotel British kan zelf ook best een koffie gebruiken. Bovenop het bruingebrande Venetiaanse fort aan de havengeul strekt een meeuw aarzelend de vleugels uit, en tilt zich dan met enkele krachtige slagen naar het eindeloze blauw van de hemel. Beneden ligt de kleine baai, met de ranke masten van enkele pastelkleurige vissersbootjes, beschermd door een waaier verweerde gevels. Zo moet Capri er hebben uitgezien ten tijde van Byron, Shelley of Goethe (de grote romantische reizigers uit de vorige eeuw) : vrij van dat artificiële vieux nouveau of nouveau vieux waaraan zoveel toeristische trekpleisters vandaag lijden. Vóór de grote scheiding van Noord- en Zuid-Cyprus was Kyrenia dan ook zeer terecht het belangrijkste toeristische centrum van het eiland. Bovendien is het stadje de ideale uitvalsbasis voor een aantal boeiende dagtrips, want alle bezienswaardigheden van Noord-Cyprus liggen op enkele tientallen kilometers van de stad.

Halfweg tussen het stadje en de hooggelegen woeste ruïnes van de burchten Buffavento en Sint Hilarion ligt, midden de violetkleurige heuvels, de abdij van Bellapais. De weg naar dit meesterwerk van Cypriotische gotiek klimt langs een landschap uit Madame Butterfly : de hellingen zijn begroeid met fijnstammige sinaasappel- en citroenbomen. Lieflijke decors zijn opgebouwd met amandel- en perzikbloesems en jacarandabomen met felle paarse bloemen. De oude naam van de abdij was Abbaye de la Paix, wat later door de Italianen werd verbasterd tot Bellapais. De gestileerde gotische ramen kijken uit op een heerlijk vergezicht in de felle kleuren van Gauguin. Geen wonder dat de augustijnermonniken hier de ogen te weinig naar de hemel en te veel naar het aardse richtten, en naast de Heer ook Aphrodite en Bacchus dienden. De mediterrane geest met zijn ideaal van harmonie tussen lichaam, geest en omgeving, met zijn ongecompliceerd en onbezoedeld welbehagen zoals dat straalt van de antieke beelden, heeft moeite met een opvatting dat godsdienst onthechting, schuld en boete betekent. De vrolijke paters van Bellapais genoten met volle teugen van de schepping, zoals dat enkel kan op plaatsen waar de natuur mild is voor zijn bewoners. Rond de abdij groeide een dorpje, dat hoofdzakelijk werd bevolkt door de zonen en dochters van de monniken. In de kerk liggen nog enkele bestofte kerkboeken waar ze door de laatste Grieken werden achtergelaten bij de Turkse ?Vredesoperatie? uit 1974. Rusteloze zwaluwen en stille hagedissen zijn nu de enige bewoners van de oude abdij.

Dat de gotiek, de bouwstijl van de noormannen, in het uiterste oosten van de Middellandse Zee te vinden is, toont nog eens hoe vruchtbaar de kruisbestuivingen in dit gebied zijn geweest.

De Middellandse Zee is het echte vaderland van de mensen hier en de eilanden zijn de kruispunten. Romeinse steden in Libanon, Griekse nederzettingen in Italië, Arabische paleizen in Spanje, Venetiaanse palazzo’s in Cyprus : al duizenden jaren trekken galeien en galjoenen, stomers en fregatten hun sporen door de Middellandse Zee. Cyprus is één van deze eeuwenoude kruispunten op de wegen door dit hemelsblauwe continent. De Britse koning Richard Leeuwenhart, op zoek naar avontuur en op weg naar Jeruzalem, maakte er een westers koninkrijk van, en verkocht het aan de vechtende monniken, de tempeliers. Daarna kwamen de Franse Lusignans, die beslist een oscar verdienen voor de origineelste stamboom : Guy en Sibylla van Jeruzalem, Aimery en Isabella van Champagne, Henri de Dikke en Plaisance, James Lusignan en Louise Visconti, Jean de Bastaard

Cyprus heeft door de eeuwen een bijzondere aantrekkingskracht uitgeoefend op alle soorten levensgenieters, die vluchtten uit het reumatische noorden en hier gemakkelijk een nieuwe thuis vonden. Ook nu heeft een bezoeker nooit het gevoel een toerist te zijn. Hier bestaat nog een spontane gastvrijheid, zonder een overdreven of opdringerige belangstelling voor de consument. Dit komt voor een stuk omdat de Cyprioten geen moeite hebben om zichzelf te zijn, en ook de anderen zichzelf laten zijn. Veel van wat er de laatste twintig jaar over de aardbol is gewalst, is aan dit stukje eiland voorbijgegaan. Sinds 1974 is de regering van de dikke man Denktash aan de macht, en die heeft compleet niets gedaan, wat nu de hoogste troef wordt : geen Duitse vakantiedorpen, geen Japanners, geen discotheken, geen snelwegen, geen files, geen verkeerslichten, geen fastfoodketens, nauwelijks toeristen.

Helaas, dwars door het eiland loopt een prikkeldraad en dwars door de hoofdstad Nicosia een muur, die Griekse en Turkse eilandbewoners scheidt. De muur is amper twee meter hoog. Erbovenop staat een wachthokje, en door het raampje zie je een blauwe helm van een UNO- peacekeeper. De jonge man verveelt zich waarschijnlijk te pletter. De latente spanning tussen de twee landsdelen zal hem worst wezen. Als er af en toe al eens iets gebeurt aan de demarcatielijn, gaat het om een georkestreerde aanval van opgeklopt patriottisme, vooral bedoeld om de irritatie om het falend binnenlands beleid te richten op een buitenlandse vijand. Als de Turkse of Griekse premier wordt geciteerd in een of ander schandaal, kan je erop rekenen dat het binnen de kortste tijd hommeles is op Cyprus, kwestie van de aandacht wat af te leiden. Maar niemand heeft behoefte aan een nieuwe burgeroorlog, die alleen maar verliezers kan opleveren. Die van 1974 is er verantwoordelijk voor dat de mensen die eeuwenlang samenwoonden, elk een kant zijn uitgejaagd. Eigen volk eerst, ter wederzijdse verarming.

Noord-Cyprus telt verlaten dorpen en spooksteden. Sommigen zijn er verjaagd, anderen willen of kunnen er niet wonen. Enkele van de allermooiste dorpen, zoals Karmi en Trimithi in de bergen boven Kyrenia, worden nu bevolkt met welstellende Noord-Europeanen, vaak gewezen ex-pats uit de vroegere Britse kolonies. Karmi en Trimithi zijn erg klein, amper een handvol huizen rond een Grieks kerkje. Het is er ongelooflijk stil en het zicht op de bergen en de blauwe zee is adembenemend mooi. Jammer genoeg is met het verdwijnen van de Griekse bewoners ook de ziel van het dorp een stuk verloren gegaan. De Engelse bewoner van de gewezen Griekse dorps -taverna onthaalt er de zeldzame bezoeker nu op zijn favoriete cassette met Thevery worst of Julio Iglesias in autoreverse. Zijn Griekse voorganger zou dit ongetwijfeld beter hebben gedaan. Maar helaas, er zijn geen Grieken meer in Noord-Cyprus. De stad Varosha, vlak aan de demarcatielijn, is zelfs volledig leeg, en de 33 grote hotels langs de kustlijn zijn waarschijnlijk voor altijd dicht. Uit andere steden, zoals Famagusta, zijn de meeste bewoners vertrokken.

Boven Famagusta torenen nu de donkereruïnes van haar vele oude kerken en haar kathedraal, waarin ooit met middeleeuwse praal de koningen van Jeruzalem werden gekroond, en waar nu de spoken van vergeten ridders dolen. Vlamingen uit Brugge, Venetianen, Genuezen, Spanjaarden, Fransen, Levantijnen dreven hier ooit koortsachtig handel in de nauwe, overdekte straatjes die geurden naar de oriënt. De schitterende kathedraal vertoont een opmerkelijke gelijkenis met die van Reims. Dezelfde zuivere lijnen, speelse rondingen, vakkundige details. Alleen het decor is erg vreemd : een blauwe zee als achtergrond en wuivende palmbomen op het kerkhof. Van het prachtige paleis van de Venetiaanse gouverneur resten slechts enkele vage sporen. Wat verder binnen de indrukwekkende wallen, waar ooit Italianen en Turken bloedig slag leverden en de kanonnen wekenlang bulderden, staat het vergeten Byzantijnse kerkje van Aya Zoni : een kubus, een driehoek, een koepel en een kleine deur vormen een juweeltje van zuiver kubisme avant la lettre. En wat is het hier stil nu, wat is het hier rustig. Alleen een hond loopt bedachtzaam met mij mee langs de verlaten monumenten, tevreden met niets meer dan wat menselijk gezelschap.

De Turkse bezetting-bevrijding van Noord-Cyprus en het daaruit volgend isolement maakt dat zelfs de antieke ruïnes van Salamis nauwelijks bezoekers lokken. Onder de pijnbomen naast de ruïnes picknicken enkele families met hun kinderen, maar voor de rest is er geen enkele bezoeker voor deze uitstekend bewaarde Romeinse stad, waarvoor de toeristen in andere landen in dichte drommen zouden aanschuiven.

Cyprus heeft door de eeuwen een bijzondere aantrekkingskracht uitgeoefend op alle soorten levensgenieters. Ook nu heeft de bezoeker nooit het gevoel een toerist te zijn. Hier bestaat nog een spontane gastvrijheid.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content