Piet Swimberghe

Om het vijftigjarig bestaan van het Rubenshuis te vieren, wordt Rubens als textielontwerper belicht. De tentoonstelling loopt in het Hessenhuis : wegens plaatsgebrek kon dat niet in zijn eigen stadspaleis.

Piet Swimberghe

R ubens was een kruising van Picasso en Starck : hij heeft zowel de schilderkunst als de architectuur, de beeldhouwkunst, de weefkunst en bijna alle overige takken van de toegepaste kunsten beïnvloed. Hij is ook alomtegenwoordig : van Antwerpen tot over de Franse grens in Rijsel. Zelfs in afgelegen dorpen bots je op barokke kerkinterieurs waarin je zijn hand herkent. Geen enkele hedendaagse ontwerper oefent zo’n invloed uit op alle kunsttakken.

Rubens is beroemder als schilder dan als tapijtontwerper. Ten onrechte, want hij liet de tapijtwevers nieuwe paden bewandelen. Hij ontwierp zijn tapijten met borstel en verf, dus met heel fijne kleurschakeringen die voor een sterk reliëf zorgen. Tot grote ergernis van de wevers, die extra kleur moesten gebruiken : het weven werd nog ingewikkelder. Jammer genoeg kunnen we veel door Rubens ontworpen tapijten niet in hun volle glorie bewonderen. De schilder hanteerde zoveel kleurnuances dat er duchtig met kleurstof moest worden geëxperimenteerd, waardoor de kleurvastheid van het palet te wensen overlaat. Nogal wat Rubenstapijten zien er nu grauw en grijs uit, maar waren oorspronkelijk erg kleurrijk. Voor de tentoonstelling worden vanuit het buitenland enkele zeldzame ontwerpen, zogenaamde kartons, naar Antwerpen gebracht. Deze olieverfschetsen hebben frisse en frêle kleuren met sprankelend licht. Rubens tekende vier imposante reeksen wandtapijten, waarvan er uit elke reeks enkele in het Hessenhuis worden getoond. Daarnaast zijn andere tapijten rechtstreeks geïnspireerd op zijn schilderijen. Rubens bleef tot lang na zijn dood, zelfs tot aan de vooravond van de Verlichting, beeldhouwers, grafici, meubelmakers en wevers beïnvloeden.

In Antwerpen zelf werden er gek genoeg geen Rubenstapijten geweven. De kunsthistorici hebben daar nog geen precieze verklaring voor. Zijn kartons en schilderijen werden vooral door Brusselse en in mindere mate door Brugse ateliers gebruikt. De Antwerpse tapijtkunst kwam pas tot bloei na de dood van de schilder. Blijkbaar verkozen zijn stadsgenoten een beroep te doen op eigentijdse meesters, die weliswaar minder begaafd waren. Misschien kregen de Antwerpse manufacturen, die niet zo groot en belangrijk waren, de kartons van de Brusselse ateliers niet in handen.

Het tweede luik van de tentoonstelling over Rubenstextiel laat kant en borduurwerk zien, geïnspireerd op gravures van de meester. Een domein van de textielkunst dat nog niet heel grondig werd bestudeerd. Hiervoor werden hele reeksen kazuifels, altaarvoorhangen en zelfs tafelkleden opgediept uit diverse kerkschatten.

Vergeet ook niet een kijkje te nemen in het Rubenshuis zelf, dat na de heraanleg van de tuin mooier is dan ooit. Rubens bouwde dit Italiaanse palazzo na zijn lang verblijf in Rome, de stad waar hij dol op was. Het gebouw zelf is niet meer helemaal origineel : het werd destijds te hard gerestaureerd. Zo heeft de beroemde buitengevel vol beeldhouwwerken vermoedelijk nooit bestaan, en was deze façade op zijn Italiaans getooid met een enorme trompe-l’oeil. Dat neemt niet weg dat het er heerlijk toeven is, zeker in de tuin met oranjebloesems, waar de mediterrane sfeer is blijven hangen.

Rubenstextiel, Hessenhuis, Falconrui 53, Antwerpen, tel. (03) 232.84.28. Van 28 juni tot 5 oktober.

Tafelkleed met Christus en de Emmaüsgangers, midden 17de eeuw. Eigenares is de koningin van Denemarken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content