Wie Veneto zegt, denkt in de eerste plaats aan Venetië met zijn tientallen kanalen en gondels, en dan misschien ook aan Verona, het Mekka voor operaliefhebbers. Slechts weinigen weten dat ook het Venetiaanse hinterland enkele cultuurhistorische pareltjes herbergt zoals Padua, stad van Antonius en zijn verloren voorwerpen, en de Euganeïsche heuvels, een kuurcentrum met een naam die teruggaat tot in de Romeinse tijd.

Het is een grillige speling van de natuur waaraan de vijf dorpen – Abano, Montegrotto, Galzignano, Battaglia en Teolo – aan de voet van de heuvels hun reputatie danken. Sinds mensenheugenis kent men hier natuurlijke warmwaterbronnen. Afkomstig uit de bergen, de Dolomieten, heeft het water een ondergrondse weg afgelegd – kilometers lang en kilometers diep – door de diverse grondlagen, voor het met een temperatuur van zo’n 87° C en verrijkt met mineralen en micro-organismen weer aan de oppervlakte komt. Heel vroeg al werd de weldoende kracht ervan ontdekt en is men die gaan gebruiken. Getuige daarvan de restanten van een badhuis uit de 7de en 6de eeuw voor Christus in het centrum van Montegrotto. De reputatie van deze regio als kuuroord hield tot vandaag stand.

“Elke kuur begint met een doktersbezoek”, waarschuwde meneer Braggion, eigenaar van Hotel Miramonti in Montegrotto. En dus zitten we te wachten op de hotelgang, want een echte wachtkamer is er niet. Af en toe passeren er mensen in badjas, op weg naar een therapeutische sessie. Ik kan het niet helpen dat een lichte spanning mij bekruipt: heb ik wel goed genoeg gezorgd voor lijf en leden? Maar de Hongaarse dokter Parfimon, directeur van het gezondheidscentrum en tevens verbonden aan de universiteit van Bologna, is erg vriendelijk en zijn onderzoek vluchtig. Hij luistert naar mijn hart, meet mijn bloeddruk en vuurt vervolgens een resem vragen op mij af: last van hartkloppingen? Operaties gehad? Zwaar ziek geweest? Last van duizeligheid? Slapeloosheid? Hoofdpijn? Darmklachten? Maagproblemen? Als ik telkens ontkennend antwoord, vraagt hij quasi ten einde raad: cellulitis dan toch? Ontkennen heeft geen zin. “U moet wat vermageren”, voegt hij eraan toe terwijl hij verwoed begint te schrijven. Niet echt verrassend en als ik met mijn instructiepapiertje weer op de gang sta, zie ik dat ik voor deze drie dagen een combinatie van anticellulitis, dieet en relaxatie krijg voorgeschoteld.

Mijn minikuur begint met een fangoterapia azzurra per cellulite: een anticellulitisbehandeling met klei, volgens de instructies 15 minuten lang en op 38° C. Fango is dé specialiteit van de streek, hoewel je met de warmwaterbronnen in de buurt anders zou verwachten.

In Relilax Club, het healthcenter van dit hotel, heb ik niet meteen in de gaten dat ik word aangesproken – mijn Italiaans is lang niet meer wat het geweest is. Of ik meekom, wenkt een vrouw die Anna blijkt te heten. In het kleine kamertje ligt de dampende modder al uitgespreid op een doek op de bank. Anna duwt me een fles in de hand, wijst hoe ik mezelf daarmee moet insmeren – een anticellulitisproduct, hoor ik later. De glibberige klei voelt verrassend zacht en aangenaam aan. Ik word er helemaal mee bedekt en vervolgens ingepakt (alleen mijn gezicht is nog vrij) en toegedekt. Het effect laat niet lang op zich wachten: zweten. Vijftien minuten, denk ik, en ik voel de druppels kriebelen op mijn voorhoofd, mijn kin, mijn neus… Maar het valt allemaal mee. Anna komt af en toe binnen, drukt de cocon nog eens stevig aan en veegt mijn gezicht droog. Het kwartiertje is zo om. Een grondige douchebeurt en een borrelend ozonbad ronden deze sessie af. Ik voel me moe en begrijp perfect waarom mijn dagprogramma nu een halfuurtje rust voorschrijft. Een relaxerende après-massage maakt het helemaal af.

Door de eeuwen heen heeft de fangotherapie – in 70 na Christus al beschreven door Plinius de Oudere – zijn werkzaamheid bewezen. Er zijn tal van medische situaties waarin kleipakkings een weldadig en genezend effect hebben: osteoartrosis, jicht en fibromyositische reuma’s, maar ook bij traumatische letsel als gevolg van fracturen en ongevallen, orthopedische ingrepen en ziekten van het ademhalingsstelsel. Eerder van recente datum is de toepassing in een vermageringskuur. Hoeft het te verbazen dat deze klei, die zijn therapeutische kracht ontleent aan het water, zorgvuldig wordt geprepareerd? De blauwe klei is afkomstig uit de vulkanische meren in het gebied, waar de centra volgens een strenge beurtrol gaan scheppen. Vermengd met het hete water, dat bovendien regelmatig wordt ververst, ligt de klei vervolgens te rijpen in grote bassins. Het is een langzaam en gecompliceerd rijpingsproces, maar na een drietal jaren heeft de fango de thermale eigenschappen van het water geabsorbeerd en is de temperatuur teruggebracht tot zo’n 40 à 42° C. Pas dan is hij klaar voor gebruik. Na een fangobeurt wordt bovendien niet alles weggespoeld: aan je lijf blijft immers maar een dunne laag plakken, de rest wordt gerecupereerd en gerecycleerd. Het overschot wordt opnieuw in een bassin met thermaal water gelegd, om het na drie maanden weer in gebruik te nemen; een proces dat meerdere malen herhaald kan worden.

De meeste hotels in deze regio hebben ergens achter op het terrein hun eigen bassins. En putte men vroeger nog uit de natuurlijke warmwaterbronnen, tegenwoordig heeft elk hotel zijn eigen artificiële bron: het water wordt van een diepte van circa 1000 meter opgepompt. In zekere zin is dit logisch: hier vind je niet één groot kuurcentrum maar tientallen grote en kleine kuurhotels – in Montegrotto en Abano samen zo’n 140 – die elk eigen behandelingen aanbieden. En elk hotel heeft zijn eigen sfeer. In Hotel Miramonti is het bijvoorbeeld heel normaal om in badjas door het hotel te lopen en zelfs te gaan ontbijten: “Wij willen hier een sfeer creëren waar mensen zich thuisvoelen, relaxed”, zeggen de Braggions. Maar het is een gewoonte die niet in alle hotels zomaar kan.

Om zich van de anderen te onderscheiden, zijn de Braggions zich gaan toeleggen op beautybehandelingen met een eigen productenlijn. “De mensen die in Miramonti komen kuren, wonen meestal in de stad, hebben te weinig beweging en te weinig zuurstof”, zegt Elettra Braggion. “En dat heeft gevolgen voor de huid, die vaal en kleurloos wordt.” Mevrouw Braggion is de drijvende kracht achter het beautycentrum en de Relilax-producten. “We hebben onderzoek gedaan en samen met dokters en specialisten een eigen gamma samengesteld, gebaseerd op kruiden uit de bergen. De seizoenskruiden. Wat dus betekent dat de samenstelling van hetzelfde product anders is in de lente dan bijvoorbeeld in de herfst.”

Crèmes, tonics, maskers… ze worden exclusief voor haar aangemaakt en worden uitsluitend gebruikt in de Relilax Club. De werking ervan is dubbel: milderend – “het lichaam en de huid reageren sterk op het thermale water van de sterk” – en evenwicht herstellend.

Uitslapen is er hier in elk geval niet bij. Om 6 uur ’s ochtends een eerste behandeling? Doodnormaal. Maar ik ben niet echt een ochtendmens, zeker niet als ik om halfacht al op de tafel lig voor een massaggio speciale. En laat Fabrizio, de masseur, gewoon onmenselijk opgewekt zijn. Veel kans om nog wat te soezen, krijg ik niet want hij gaat er stevig tegenaan. En als ik vraag waar deze massage goed voor is, word ik uitvoerig ingelicht over bloedcirculatie, lymfedrainage en het verbeteren van de toevoer van voedingsstoffen. “Van massage zul je niet meteen afslanken”, zegt hij. “Wat we wel doen, is het lichaam leren welk vet eerst te verteren.” Dat is een geweldige geruststelling, alleen vraag ik me af of één sessie voldoende is, want ik vrees dat mijn lijf wat dat betreft hardleers is.

Nee, dan een hydromassage, zalig drijvend in een grote badkuip terwijl je lichaam met een harde waterstraal wordt gemasseerd, of een bendaggi. Voor deze inpakbehandeling krijg ik opnieuw producten om me in te smeren: tegen cellulitis op buik en billen en een beschermende gel voor borsten en gezicht. Daarna word ik helemaal ingewikkeld met een soort verband – ik voel mezelf redelijk lachwekkend – en de sauna ingestuurd. Die is 55°, heerlijk ontspannend, en moet bovendien een vermindering van mijn cellulitis teweegbrengen.

Wie echt op dieet wil, hoeft in dit hotel in elk geval niet te vrezen voor een water-en-broodbehandeling. Het zou een vloek zijn in een land als Italië, waar het culinaire genot hoog in het vaandel wordt geschreven. Nee, dieetmaaltijden – die vreesde ik nog het meest – worden hier met de grootste zorg samengesteld en smaakvol geserveerd. Als lunch kreeg ik bijvoorbeeld een luchtige salade vooraf, dan een stracciatella alla fiorentina, gevolgd door een gebraden kalfslapje met gegrilde aubergines. Een diner kan bijvoorbeeld bestaan uit een salade, courgettensoep en een vismoot met worteltjes. Afschuwelijk vond ik wel de tisana dimagrante: een vreselijk bittere thee die je verondersteld wordt na de lunch te drinken. En ik moet het bekennen: ik heb me ’s avonds wel bezondigd aan een glaasje wijn, zeer tot ongenoegen van de kelners die perfect weten wie een dieetmenu voorgeschreven kreeg en op een vriendelijk manier van geen wijken willen weten. Je komt hier om beter te worden en als diëten daarbij hoort, zullen zij er alles aan doen om het opzet te doen slagen.

Hilde Verbiest

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content