Toen Knack-collega Dirk Draulans vorige week in De klas van Frieda verloor van acteurs Carry Goossens en Danni Heylen, weet hij de nederlaag lachend aan het feit dat zijn team – met NVA’er Jan Peumans – geen sterk merk was. Tot voor hooguit tien jaar geleden zou het woord merk nooit in die context worden gebruikt. Mensen waren geen merken.

Ondertussen heeft marketing de wereld veroverd en is het bon ton om te spreken over mensen als merken. In 2007 schreef communicatieadviseur Fons Van Dyck er al een interessant boek over, Het merk Mens, een titel die toen nog heel wat controverse uitlokte, al stond er als ondertitel bij : Consumenten grijpen de macht.

Van opinion leaders en beroemdheden zijn we het al gewoon dat ze zichzelf als een merk in de markt zetten en daaromheen een promotie- of communicatieplan opbouwen. Personal branding heet dat in het jargon en de een doet het al beter dan de ander. Barack Obama werd er president van de Verenigde Staten mee.

Maar nu moeten ook modale mensen, werknemers allerhande, eraan geloven. Omdat er recent verschillende doe-het-zelfboeken over personal branding op de Vlaamse markt kwamen, maakte Wim Denolf in ‘Koop mij’ (p. 20) een stand van zaken op. Hij zag dat een stevige personal brand goud waard is op de arbeidsmarkt van de toekomst. En vergeet niet dat je nooit gedaan hebt met werken aan dat merk, want zo verklaart Stef Verbeeck, een van de geïnterviewde auteurs, het promoten van je merk doe je zeven dagen op zeven.

Ik moet denken aan een decennium of wat geleden, toen imagoconsulenten in zwang waren. Een beetje kleuradvies, een beetje stijladvies en voor vrouwen nog een vleugje make-up en hop, je was presentabel voor de arbeidsmarkt. Nu lijkt het allemaal veel complexer en tijdrovender en je moet niet alleen zorgen voor je verschijning in reallife, maar vooral ook voor je onlinepersonage. Het is trouwens voor iedereen interessant om eens te checken hoe het met dat virtuele leven en de merkwaarde zit. Het volstaat je eigen naam in Google in te tikken. Geheel terzijde : dat heb ik natuurlijk ook gedaan en afgaand op de foto’s ben ik een vrolijk maar gelimiteerd merk, alleen gesignaleerd op allerlei recepties en prijsuitreikingen.

“Ik heb het toch nog altijd moeilijk met het concept van mensen als merken”, vertel ik een collega, een veertiger. Hij zucht bevestigend. Een stagiaire van 24 bekijkt ons olijk vanachter haar computer en ik wed dat ze haar best doet om niet hardop te denken dat we zo vorige eeuw zijn.

Ze gaat intelligent bloggend, twitterend en facebookend door het leven. “Het is simpel, ik ben een kind van mijn tijd. Mijn blog en mijn twitter hebben me trouwens al veel opgeleverd, qua jobs dan.” Met de Blackberry bijna met haar hand vergroeid, kan ze haar merk goed uitleggen. Ze creëerde via haar sociale netwerkkanalen voor zichzelf een type en blijft binnen dat concept, hoewel dat soms beperkend kan zijn. Zo zal ze nooit toegeven stress te hebben, haar on-line alter ego bekijkt de wereld met humor. Ze geniet er wel van om professioneel en privé via sociale netwerken contacten te leggen. Ze noemt het fun, verslavend en zelfbevestigend. Maar vooral : ze vindt zichzelf positioneren als merk noodzakelijk in de zoektocht naar een job. “Er zijn zoveel journalisten en zo weinig jobs. Ik wil wel dat ik eruitgepikt word. Ik zie trouwens dat veel jonge dertigers in mijn omgeving minder aandacht besteden aan het uitbouwen van ‘hun merk’, gewoon omdat ze dan al meer werkzekerheid hebben.”

Het interessante aan trends is dat er bijna altijd een reactie komt. Bij Wim Denolf relativeert Fons Van Dyck de voor velen afschrikkende zelfpromotie. Hij wijst erop dat de meeste gebruikers hun sociaal mediagebruik organisch vorm geven en hun multimediatijd afbakenen. Het nieuwste statussymbool ? Tijdelijk onbereikbaar zijn, want dat wijst op een grote mentale vrijheid. Misschien een inspirerende gedachte voor de zomervakantie die er snel aankomt.

trui.moerkerke@knack.be

Trui Moerkerke

“HET NIEUWSTE STATUSSYMBOOL? TIJDELIJK ONBEREIKBAAR ZIJN, WANT DAT WIJST OP EEN GROTE MENTALE VRIJHEID.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content