Eén op de drie huwelijken in ons land eindigt in een echtscheiding. Eén op de vijf kinderen krijgt niet alleen met de echtscheiding van zijn ouders te maken, maar ook met hun nieuwe partners : de meeste gescheiden mensen gaan ooit toch weer samenwonen. Voor het zover is, zwemmen alleenstaande moeders en hun kinderen door heel wat woelige watertjes.

GRIET SCHRAUWEN

Volgens de gegevens van de laatste volkstelling in ’91 is in België één vrouw op tien tussen 35 en 44 jaar een alleenstaande moeder met één of meer kinderen. Gemiddeld zijn er dus meer dan één op tien kinderen die opgroeien in een eenoudergezin. Dezelfde gegevens zeggen dat dat cijfer zelfs oploopt tot één op zeven bij jongeren tussen de 14 en de 19 jaar.

Afgezien van een kleine minderheid vrouwen die na een scheiding vrijwel meteen een nieuwe partner vindt om er een nieuw gezin mee te vormen, is er een overgrote meerderheid van alleenstaande moeders die haar celibatair leven min of meer heeft geïntegreerd. Het gros van de gescheiden vrouwen hertrouwt zeker niet meteen, velen hertrouwen gewoon nooit. Veertig procent van hen hertrouwt ooit, anderen gaan vroeg of laat weer samenwonen, anderen zelfs dàt niet : ze blijven tot het eind van hun levensdagen alleenstaand zoals dat heet. Hoeveel dat er precies zijn, valt niet te zeggen : niet alle volwassenen die samenwonen, geven dat ook officieel aan, zodat het moeilijk meetbaar is. Uitzonderlijk zijn ze zeker niet, de gescheiden vrouwen die in hun eentje kinderen opvoeden. De publieke opinie over alleenstaande moeders is verdeeld over alle mogelijke denkpistes en oordelen, gaande van eigen-schuld-dikke-bult of verwijten over de teloorgang van het gezin als hoeksteen van de maatschappij, tot medelijden met “die arme duts die alles in haar eentje moet regelen”, en zelfs afgunst op “een vrouw die lekker doet waar ze zin in heeft”. De fantazie van derden kent weinig grenzen wat betreft de talloze minnaars die ze erop na houdt, haar losbandigheid en zondigheid, en haar sukkeltjes van kinderen die daar de dupe van worden en zullen opgroeien voor galg en rad.

Als een vrouw tijdelijk of ten eeuwigen dage een alleenstaande moeder is, betekent dat dan ook dat ze volkomen celibatair is ? Ook dat is niet met cijfers aan te tonen : het seksleven van alleenstaande moeders is nog niet in statistieken opgenomen. Maar de kans dat ze altijd leeft als een non is klein. Moeder de vrouw mag dan al gezinshoofd zijn, en in de mate van het mogelijke ook baas in eigen huis, maar hoe staat het met haar amoureus leven ? Is zij daar ook de baas ? Of neemt het nageslacht (dat plots kan ontaarden in gespuis) die rol op zich ?

Gesteld dat moeder zin zou hebben in een amoureus leven, want dat is niet vanzelfsprekend. Misschien heeft zij haar buik vol van het mannendom, of is ze nog te zeer in beslag genomen door rouw, woede of door overpeinzingen over hoe het toch zo ver is kunnen komen. Maar ooit krijgt ze waarschijnlijk toch de smaak weer te pakken : niet alleen haar kinderen hebben behoefte aan aandacht en liefde, zij zelf toch ook ? Als de kinderen hun natje en hun droogje krijgen, waar is dan mama’s verzetje, mama’s schouder om op uit te huilen, mama’s vriendje om mee te lachen en te spelen ? Wat als zij een maatje wil ? Al was het maar bij wijze van ontspanning, of van spanning, of om haar gevoel van eigenwaarde weer op te vijzelen en voor zichzelf haar aantrekkelijkheid opnieuw bewezen te zien ? Dan begeeft moeder zich op glad ijs. Scheiden doet nog altijd lijden en alleenstaande vrouwen likken nog lange tijd hun wonden : ze zitten echt niet te wachten op een volgende mislukking of een afwijzing. Voor een alleenstaande moeder die geen vaste partner heeft en er graag een wil, is de zoektocht daarnaar een weg vol struikelblokken en hindernissen. Het begint al met een probleem dat getrouwde vrouwen ook kennen : hoe kombineer je huishouding, baan en kinderen ? Voor een alleenstaande moeder tellen die aspekten nog eens dubbel. Veel tijd houden ze niet over, en energie nog minder. Stel dat dat probleem van de baan is, door co-ouderschap om maar wat te zeggen, dan doemen er een hoop vragen op. Waar en wanneer, bijvoorbeeld, om nog niet te vragen : wie ? Je haalt een man die een vrouw mét kinderen wil niet zomaar uit de kast, en als vrouw alleen op café gaan, is slecht voor haar reputatie. Hoe moet dat dan ? Huwelijksbureau ? Kontaktadvertenties ? Klubs ? Feestjes ? Via via ? Hoe ouder ze wordt, des te moeilijker haar situatie op de relatiemarkt.

Amerikaans onderzoek wijst uit dat voor een vrouw boven de 35 de kans om een man te vinden, kleiner is dan te kans om gedood te worden door een terrorist. De kans om door een terrorist gedood te worden, is in Amerika weliswaar groter dan hier, maar het geeft een beeld van de moeilijkheidsgraad om een nieuwe partner te treffen. Het gaat dan trouwens om eerste huwelijken, zonder extra zorgen. Maar stel, alles gaat beter dan verhoopt en hij wordt gevonden. Nu gaan de poppen pas echt aan het dansen en moeder maakt zich konstant zorgen en voelt zich schuldig. Ze vraagt zich af welke mogelijke trauma’s haar kinderen te inkasseren krijgen als een man zijn intrede doet en stelt alles in het werk om te voorkomen dat haar kinderen een onbekende meneer in haar bed of haar badkamer treffen. Kinderen vinden een moeder op vrijersvoeten meestal belachelijk en schamen zich plaatsvervangend voor het gênante vertoon. Zolang een kind klein is, ziet het zijn of haar moeder nooit als een seksueel wezen. Pas tijdens de puberteit, als een jongere met de eigen seksualiteit gekonfronteerd wordt, krijgt een kind misschien wat meer begrip voor zijn moeder. Voor die tijd gaan kinderen door ontwikkelingsfazen waarin ze zich niet bewust zijn van iets als seks. “Net als jij wil ik graag vriendjes van mijn eigen leeftijd, ” kan helpen, maar het voorkomt geen onheil.

Zowel de avonturen van hun moeder als het ontbreken ervan kunnen pijnlijk zijn voor een kind, of het erover praat of niet. Een kind ziet ook wel dat een moeder alleen niet alles is, het weet best dat zij het niet makkelijk laat staan leuk heeft. Maar als zij zich voor een of ander manspersoon interesseert, laten kinderen zich niet onbetuigd. De kans bestaat dat ze hem zo snel mogelijk aan hun moeder willen koppelen, maar de kans is groter dat zij binnen de kortste keren op hun achterste poten staan. Ze beschouwen afspraakjes als een vorm van verraad en worden volgens deskundologen overvallen door verlatingsangst. Niet onlogisch : vader heeft hen in hun ogen al verlaten, de schrik dat moeder ook weg zal gaan, zit er goed in. Bovendien hebben ze de afgelopen tijd niet meer gehoord van “Zwijg eens even, ik praat met papa”. De relatie met hun moeder is de meest uitgebouwde die ze hebben, en die willen ze niet kwijt, ook niet gedeeltelijk.

Het is ook nooit goed. Een teveel aan mannen deugt niet. Maar ze krijgt waarschijnlijk ook stank voor dank als ze, om wrijvingen, konflikten en problemen te vermijden, er het bijltje bij neergooit en besluit haar dagen in eenzaamheid te slijten, haar biblioteek aan een grondig onderzoek te onderwerpen en met veel belangstelling tv te kijken. Voor kinderen van dertien, veertien jaar wordt moeder een model waarnaar ze zich richten of dat ze verwerpen. En welke verwerpen ze ? De moeder met minnaars of de teruggetrokken moeder ? Allebei. Over moeders met minnaars klagen kinderen later : “Het liefdesleven van mijn moeder ging me niet aan. Dat kon ze toch voor zichzelf houden ? ” De anderen klagen : “Mijn moeder had enkel aandacht voor ons, de kinderen. Ze was helemaal op ons gericht en dat was bijna niet te verdragen. “

De kunst is de gulden middenweg te bewandelen. Hoe ? Je niet in het ene avontuur na het andere storten om aan de eenzaamheid te ontkomen. Maar ook geen nieuwe engagementen uit de weg gaan, zelfs al is een nieuwe relatie een bron van nieuwe zorgen en konflikten. In de opvoeding van kinderen moeten lust en verlangen een plaats krijgen. Verlangen naar plezier, naar liefde, levenslust in het algemeen. Hoe je dat als moeder invult, hoeft niet onder de neus van de kinderen geschoven te worden. Het is genoeg als ze weten dat moeder uitgaat. Met wie, waar naartoe en wat doen, gaat hen niks aan. Het moet volstaan dat ze weten dat hun moeder een leuke avond heeft.

En als er ooit een stabiele relatie van komt ? Da’s een ander paar mouwen. Je kind vertellen dat het een nieuwe papa krijgt, is niet aan te bevelen : het heeft er al een, en een is genoeg, hij moet en kan toch niet vervangen worden. Wie verwacht dat een kind met die nieuwe partner hetzelfde soort relatie aangaat als met zijn vader, komt doorgaans bedrogen uit. Die verwarring zet kinderen aan om de indringer niet te accepteren. Een verwarring die ook door de nieuwkomer kan worden bewerkstelligd. Als ze geen of weinig kontakt hebben met hun eigen vader, is het belangrijk dat opgroeiende zonen én dochters mannen in hun omgeving kennen, zodat ze met het verschijnsel man vertrouwd zijn. Opa’s, (echte) ooms, vrienden : iedereen kan een rol spelen in het leven van een ander, als hij zijn plaats maar kent en zich aan de spelregels houdt.

Moeder op haar verdere levenspad : schipperen is het, een spel met hindernissen dat vaak geen winnaar heeft, maar waarin meer dan eens alle spelers verliezers zijn. Kinderen zijn angstig en bang hun moeder geheel of gedeeltelijk kwijt te spelen. Moeder zit tussen twee vuren : ze kan niet goed zonder, maar ook niet met. Ze is boos op onwillige en dwarse kinderen, bezorgd om het zieleheil van de kroost en tegelijk is ze eenzaam en bang om uit de boot vallen (de tijd staat ook niet stil, nietwaar). De vrijer weet ook niet hoe de vork aan de steel zit. Wat wil zo’n vrouw ? Wat wil dat kind ? Zorgen voor haar kinderen mag wel, maar hij heeft er niks over te vertellen. Hij moet ook stevig op zijn eigen benen staan : de vrijheid die ze moeizaam verwierf en met mondjesmaat leerde waarderen, zal ze niet zo licht opgeven. Een eventuele nieuwe partner zal dan ook moeten begrijpen dat zij eigen bezigheden heeft, zodat hij haar niet voltijds nodig heeft. Het is en blijft dansen op een slap koord.

De Nederlandse psychologe Annette Heffels heeft zopas “Ik heb al een vader” geschreven, een boek over kinderen en ouders in samengestelde gezinnen. Over het verwerken van een scheiding, het leven in een eenoudergezin en het wennen aan een nieuwe ouder. Uitgeverij Anthos, 346 blz., 690 fr.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content