Mode op vleugels

Lijnen, kleuren en volumes zorgen in de luchtvaart voor klantenbinding. Ze helpen ook het gedrag van honderden passagiers, urenlang opgesloten in een cabine zo groot als een eengezinswoning, onder controle te houden. Geen wonder dus dat er serieus geïnvesteerd wordt in de hostessenpakjes.

Sarah Doumen

Toen Mary Wells in de jaren zestig door Braniff Airways werd ingehuurd met de opdracht het imago van de maatschappij op te blinken, ontketende ze een revolutie in de luchtvaart. Wells restylde grondig de vliegtuiginterieurs en liet Pucci de uniformen van de stewardessen onder handen nemen. Nooit was er een mooiere cabin crew. De stewardessen mochten zich de best geklede vrouwen ter wereld noemen. Een Dallas-actrice wilde zelfs geen Pucci meer dragen omdat de Braniff-hostessen volgens haar te veel mannen wegkaapten.

Sindsdien wordt luchtvaart zelfs benaderd als lifestyle, getuige het recent verschenen Airline. Identity, design and culture ( Keith Lovegrove, uitg. teNeues).

Anno 2002 heeft Armani uniformen voor Alitalia getekend. Dior, Balenciaga en Nina Ricci mochten zich achtereenvolgens wagen aan een lijn voor Air France. En Valentino werd opgevolgd door Ralph Lauren in de collectie voor het vliegpersoneel van de Amerikaanse Trans World Airlines.

Maar ook in België ging de mode de lucht in. Olivier Strelli kon niet verhinderen dat Sabena ter ziele ging, maar zorgde wel voor een stijlvolle zwanenzang. Tien jaar lang stond het merk in voor de stijl van de Belgische luchtvaart. Nu is het de beurt aan twee andere Belgische modemerken. De piloten, stewards en het mannelijk grondpersoneel van SN Brussels Airlines waren voor rekening van Scapa, Xandres ontwierp de outfit voor de stewardessen. “Bij een nieuwe airline hoort immers een nieuw uniform”, luidde het bij de maatschappij.

Peter Davis, de CO, stelde op de persconferentie hoe belangrijk deze uniformen wel zijn. “We willen een nieuw imago. Een nieuwe cultuur.” Volgens Davis reageerde het personeel positief op de kledinglijn. Iets wat met een blik door de zaal bevestigd werd, allemaal blije gezichten.

Maar een uniform draagt niet alleen prestige uit, het moet ook functioneel zijn. Xandres zorgde daarom voor tailleurs in comfortabele stretch met een teflonlaag die water- en vuilafstotend werkt. Alles werd behandeld tegen statische elektriciteit en de schoenen werden voorzien van een antisliplaag. De piloten kregen van Scapa jasjes met dubbele sluiting en een insigne om het verschil met de rest van het personeel duidelijk te maken en het vertrouwen te vergroten.

Voor de modemerken is dit een mooi uithangbord, één dat de grenzen overstijgt dan nog. Het lijkt wel of mode en luchtvaart onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Dat is geen eenrichtingsverkeer. Doorheen de jaren werd het stewardessensilhouet een vast nummer op de catwalks. En wat te denken van jassen met opblaasbare nekkussens zoals die van Helmut Lang en Samsonite? Je kan je daar dan een toepasselijk kapsel bij bestellen bij Mod’s Hair, Jet Lag heet het. Om toch maar een voet in de lucht te hebben, ontwierp Gucci reisslippers en zette zelfs de merknaam op de slaapmaskers.

Echt gebaat met een alliantie met de vliegsector zijn natuurlijk de tassenproducenten. Delsey, de kofferfabrikant, verstond dat als geen ander en nam daarom een meerderheidsparticipatie in VG Airlines, de Antwerpse vliegmaatschappij. De vier airbussen krijgen de kleuren van Delsey en de naam Delsey-Airlines. Tassenproducent Hedgren en KLM hadden eerder ook wel de handen in elkaar geslagen door met een gezamenlijke campagne naar buiten te komen, maar wat er in België met Delsey gebeurde is toch wel een primeur. De Belgische mode zit in de lift, of moeten we zeggen: in de lucht?