MAXX

De ontwerpers van de MAXX spelen vooral met de gedachte om als eersten een ?vier-liter-auto” op de markt te brengen. De dieselversie zou zelfs aan drie liter brandstof per 100 kilometer genoeg hebben. Centraal zouden een kleine driecilindermotor en een sequentiële versnellingsbak (waarbij het op- en afschakelen gebeurt door een druk op de pook of op een knop) staan, die mogelijk eerder al in de Corsa zullen te vinden zijn. ?De echte opvolger”, aldus product planner Carlos Buechler, ?moet pas rond het jaar 2000 worden verwacht.” De vorig jaar in Genève voorgestelde MAXX zit merkwaardig genoeg helemaal op het spoor van de Corsa-filosofie. De ontwerpers wezen er nadrukkelijk op dat de basis van de modulaire constructie, die de kern van het concept uitmaakt, toelaat om er zowel een cabrio, een pick-up, een terreinwagen, een monovolume of zelfs een nieuw type van taxi op te bouwen. De tweedeursversie die 2,97 meter lang is (bijna 75 cm korter dan de Corsa), krijgt een aluminium structuur waardoor het gewicht tot 600 kilogram kon worden beperkt. De inzittenden nemen plaats op een zitbank die over een centraal opgestelde rail kan verschuiven. Centraal bij dit project staan de modulariteit en de behoefte van vele gebruikers om een auto te bezitten die uniek is door zijn personalisatie : in de plaats van de tweezitsbank kan men ook twee zitjes achter elkaar inbouwen, of ze diagonaal opstellen. De dwarsbalk voor het instrumentenbord is een niet bekleed, C-vormig profiel in geëxtrudeerd aluminium. Zelfs na de aflevering van de auto kunnen daarop probleemloos analoge of digitale instrumenten, of opties zoals airconditioning, een autoradio of een mobilofoon gemonteerd worden. Een idee dat dertien jaar geleden al in de Junior werd voorgesteld en nu rijkelijk laat opnieuw de kop opsteekt. Uit de eerste enquêtes bij het publiek bleek dat 89 % van de ondervraagden positief stond tegenover het concept van een toekomstige stadswagen, die in verschillende koetswerkvarianten zal worden aangeboden. Het aanpasbare interieur werd door 65 % als modern ervaren, het modulaire uiterlijk genoot evenveel bijval.

Een jaar voor de voorstelling van de MAXX bewandelde Opel nog andere paden met de Twin waarbij een modulair systeem werd ontwikkeld voor de achteraan ingebouwde motor, transmissie en achterbrug. Die kunnen als één geheel op een soort slede uitgeschoven en vervangen worden volgens de behoeften. Enerzijds kan een klassieke driecilindermotor (800 cm3) worden gemonteerd, die men binnenkort in de Corsa verwacht, anderzijds een elektrische module met twee naafmotoren. Een en ander laat vermoeden dat met de Corsa pas de eerste stap is gezet naar de globalisering van een basisproduct en zijn varianten. Dat Europa daarin niet noodzakelijkerwijze de toon aangeeft, zal later op het jaar blijken als de Opel Sintra wordt voorgesteld : de eerste monovolume van het merk wordt in de Verenigde Staten gebouwd waar ook het hele concept werd ontwikkeld. Logisch, zeggen ze daar, gezien de ruim voorradige knowhow. De klant zal er allicht het noorden bij verliezen en alleen nog kunnen vaststellen dat een naamplaatje nergens meer voor staat. De producent daarentegen zal door rationeler werken ettelijke miljarden besparen. Het trefwoord is globalisatie, de realiteit heet kostenbesparing.

PIERRE DARGE

Opel MAXX : inspirator voor Opels kleine wagen van de toekomst.