Hij schopte het er niet zo ver als Jean-Claude Van Damme, maar zijn tweejarig verblijf in Californië inspireerde Marcel Vanthilt wel tot Ha!Merika!, een bundel columns én een avondvullende comedy act over de Waanzinnige Staten van Amerika.

Voor de doorsneegeïnterviewde begint de miserie pas echt na het gesprek, als hij op de foto moet. Niet zo voor Marcel Vanthilt. Tijdens het gesprek is hij merkwaardig ingetogen, maar tijdens de fotosessie doet hij zijn reputatie van vleesgeworden stripfiguur alle eer aan: de Vlaamse Jim Carrey dwingt zijn flubberen facie tot de meest verontrustende contorsies en sleept onvermoeibaar rekwisieten aan: een baseballbat, een Stars & Stripes, een badmuts met een mini-atomium erop gemonteerd. Tussen het poseren door richt hij zich op sussende toon tot Zimba, een golden retriever met een extreme vorm van verlatingsangst. Dit moet het Jaar van de Hond zijn. Liet mevrouw Gilles De Bilde zich onlangs niet tongzoenend met een dobermann vereeuwigen? Mickey Rourke verscheen met een mottige keeshond op de set van Shades, en in een recente aflevering van Nieuwe Maandag omklemde een schrijvende prostituée een gynaecologisch keffertje. Maar zelfs een niet-kynofiel als ondergetekende moet toegeven dat Zimba een bijzonder dier is: zij koppelt de lankmoedigheid van Moeder Teresa aan het acteertalent van Meryl Streep, en heeft bovendien veel mooiere ogen. Ook in Ha!Merika! speelt Zimba een niet onaanzienlijke rol: zij mag het kruis van beroemdheden als Jack Lemmon en kd Lang besnuffelen, ontsnapt aan een cursus ontblaffen, en op een bepaald moment vreest Vanthilt dat zijn hond eerder carrière in Hollywood zal maken dan hij. Soms heeft Ha!Merika! nog het meest van Kuifje & Bobbie in Hollywood, maar dan zonder prentjes.

Komt dit ooit nog goed, Marcel?

Marcel Vanthilt: Nee, ook dit komt nooit meer goed. Iedereen in mijn naaste omgeving vraagt: “Maar wat heb jij toch met die hond?” Ik weet dat het een beetje onkies klinkt, maar ik ben compleet verliefd op dat beest en dat beest op mij. Als ik haar twee uren alleen laat, voel ik mij niet goed. Dus ben ik voortdurend met die hond op schok, wat een beetje belemmerend is, maar tegelijk zeer geruststellend. (met een snik in de stem) Want Zimba ziet mij graag, onvoorwaardelijk, en in de harde mediawereld kan ik dat goed gebruiken. En door haar kom ik veel buiten, in de vrije natuur. Mijn theatershow repeteer ik in het bos: tegen vrijdag moet ik mijn tekst vanbuiten leren en ik ken er nog niets van. Straks ga ik nog wat tegen de bomen roepen.

Die theatershow, worden dat de obscene fabels van Vanthilt?

Wie weet? Eigenlijk had ik niet eens de pretentie om een boek uit te brengen. Die columns verschenen oorspronkelijk in het ter ziele gegane De Nieuwe Panorama, en toen ik ze later herlas, vond ik ze niet eens zo slecht. Ik bedoel maar: ik durf met opgeheven hoofd voorbij een boekhandel lopen waar Ha!Merika! in de etalage ligt. Dat zat dus al goed. Maar als je dat niet een beetje inkleedt, valt dat natuurlijk tussen de plooien. Het zoveelste boekske van een televisiekop, wie zit daar nu op te wachten? Toen kwam ik op het idee om er een one man comedy show uit te puren. Ik gebruik de informatie uit het boek, maar de tekst is grondig bewerkt. Frits Van den Heuvel, striptekenaar en zelf stand up comedian, heeft mij daarbij geholpen. Humor maken is een ernstige zaak. Als we zes uur samen aan tafel zitten, wordt er misschien twee keer twee minuten over de grond gerold van het lachen, maar de overige 356 minuten zitten we vertwijfeld naar een blad papier en naar elkaar te staren: “Is dit nu grappig of niet?” Enfin, we zullen wel zien, ik spring met mijn ogen toe in het diepe, het zéér diepe.

In je columns hou je het bij het vrijblijvend anekdotische. Over de diepste zielenroerselen van Vanthilt en zijn motieven om naar Amerika te verkassen, komt de lezer niets te weten.

Je moet er ook niet meer achter zoeken dan er inzat. Ik ben in het vliegtuig gestapt en er in San Diego weer uitgestapt, en twee uur later stond ik met mijn blote voeten in het zand. In januari. Kijk, dan heb ik geen behoefte aan introspectie, dan denk ik: “Dat is hier dik te doen en wat eten we vanavond?” Ik word pas introspectief als ik ergens te lang zit. Ik moet kunnen bewegen, anders word ik verschrikkelijk neerslachtig. Anderzijds wil ik niet zomaar ergens naartoe gaan. Twee weken New York, dat is niet genoeg voor mij. Ik moet daar wonen en tot aan mijn ellebogen in de smurrie graven voor ik conclusies kan trekken. Ik wil de ziel van zo’n volk begrijpen.

Als ik het goed begrepen heb, heb je een soort haat-liefdeverhouding met Amerika.

Het is waar. Telkens ik in dat land kom, kan ik er enorm van genieten. Maar er is daar ook een verschrikkelijk leegte en na twee jaar begon die op mijn zenuwen te werken. De ziel van de Amerikaan? Ik heb ernaar gezocht, maar ik heb ze niet gevonden. Erger nog, ik vrees dat ze er niet is. Los Angeles is natuurlijk niet zoals de rest van Amerika. De Amerikanen lachen zelf met Los Angeles: dat is fake, dat is Hollywood. Maar de middenklasse is eigenlijk overal dezelfde, of je nu in Los Angeles zit of in Texas of in South Dakota. En wat doet zo’n middle class Amerikaan? Die gaat winkelen. En als hij thuiskomt, knipt hij coupons uit de gazet om opnieuw naar de shopping mall te gaan. En het volgend weekend is het matrassenslag en het weekend daarop gaat hij een tweede auto kopen en een tweede afstandsbediening voor de garagepoort. Ziedaar de leefwereld van de gemiddelde Amerikaan. Voor mij niet gelaten hoor, ik winkel mij daar ook onnozel, maar er moet toch iets meer zijn. New York en San Francisco zijn natuurlijk tof, maar ook daar betrap ik mijzelf erop dat ik op zoek ga naar Europese slonzigheid. De Amerikanen hebben de koffiebar heruitgevonden, Starbucks is alomtegenwoordig. Maar dat is daar zo clean als een pasgeschrobde gootsteen. Nee, als ik koffie ga drinken, dan is het in een Italiaanse koffiebar, met Italiaanse kaastaart en niet van dat onvreetbare Amerikaanse spul. Maar wat zit ik daar dan Italiaans te doen aan de andere kant van de wereld? Dan kan ik toch net zo goed koffie gaan drinken in Milaan, daar is het tenminste écht echt…

En daarom ben je teruggekomen.

Dat en die vreselijk oppervlakkige geprogrammeerde vriendelijkheid, dat is het wat mij heeft doen terugkomen. Er waren dagen dat ik zin had om tegen de buren te zeggen: “Nee, ik hoef vandaag uw gebit niet te zien als het alleen maar witte tanden zijn.” Dan word ik wel degelijk introspectief, want ja, is wat wij Belgen doen dan beter? Doorzakken tot vier uur en in een donker café aan de Bourla onze ziel blootleggen? Hoeveel herinneren we ons de volgende dag nog van die ontboezemingen? Maar ik zoek dat wel op, ja, die verbondenheid van: we gaan allemaal naar de verdoemenis, maar vanavond is het gezellig en vanavond staat er geen uur op. Dat kennen de Amerikanen niet, daarvoor zijn ze te bezeten door de gezondheidsgekte. Pas op, op het gebied van ecologisch denken zijn ze ons ver vooruit, maar ze maken zichzelf blaasjes wijs als ze toeteren dat alles wel in orde komt als ze maar gezond eten en positief denken.

Maar je bent niet bitter, het was geen Boulevard of broken dreams?

Nee, ik heb de indruk dat ik drie jaar naar de universiteit geweest ben, naar de amusementsuniversiteit. Er zijn daar tienduizenden mogelijkheden, de vraag was alleen: steek ik hier nog tien jaar in of doe ik in België iets anders waar ik ook zin in heb? Ik heb uiteindelijk voor het tweede gekozen omdat ik in Amerika een fundamenteel probleem had met de mensen. Ik had geen zin om aan zo’n comedy school te gaan studeren. Ik ben dat gaan bekijken, maar dat waren daar allemaal robots en op die manier kan ik niet grappig zijn. Anderzijds is het natuurlijk zo dat alles daar voortdurend in beweging is en dat gevoel heb ik niet in Europa. Tijdschriften en televisie maken, computeranimatie… Op al die gebieden zijn ze ons een kwarteeuw voor, daarmee vergeleken zijn wij echte klungelaars. Dat heeft natuurlijk alles met afzetgebied te maken. Er komt daar een hoop geld binnen en dat wordt allemaal opnieuw geïnvesteerd, wat maakt dat er middelen zijn om te experimenten. Ik heb in één film gespeeld, een cd-rom voor Virgin die alles bij elkaar 5 miljoen dollar gekost heeft. Uiteindelijk vond Virgin de film niet commercieel genoeg en hebben ze hem niet uitgebracht. Jammer natuurlijk, maar ze hebben daar wel van alles uit geleerd, op het gebied van computergrafiek bijvoorbeeld. Of neem nu Disney: die forceren nu de Chinese markt. Allez jong, al die Chineesjes die Disney-films willen, weet je hoeveel cassettes dat zijn? En dat kost dus niets, want die films zijn al gemaakt. Ha, als ik daar iets geleerd heb, dan is het dat ik zou moeten teruggaan.

Je hebt ook een dochter in Amerika.

(ontwijkend) Jaja, maar ik weet niet of die in Los Angeles blijft wonen. Alleszins nog een jaar, want ze is nu aan het zesde leerjaar begonnen. Daarna zien we wel weer.

Als je zo lang in Groot-Brittannië en de VS gezeten hebt, geeft opnieuw in België werken je dan geen terug-naar-af-gevoel?

Nee, dat is terug naar het gemak. Enfin, terug naar het comfort, bedoel ik. Die theatertournee heb ik verkocht op een A4-tje. Letterlijk! Ik had helemaal geen theatershow. En wist ik veel dat die culturele centra hun programma een jaar van tevoren samenstellen. Ik kom daar af in juni en die mensen zeggen: “Oké, we wringen dat er wel tussen, ook al is ons budget zo goed als op.” In België kan ik spélen, in alle betekenissen van het woord. In het buitenland kan ik dat niet, daar is het gewoon hard toeken.

Ooit zwoer je dat het voorgoed uit was tussen de VRT en jou. En nu presenteer je Viavia op Ketnet. Wie is er nu veranderd, jij of de openbare omroep?

Alles verandert. En een mens zegt zoveel. Ik presenteer daar ook maar één programma. Het wordt gemaakt door een ploeg echte werkbeesten: zeer getalenteerd en zeer goed georganiseerd. Dat loopt dus als een trein en met het instituut op zich heb ik verder weinig te maken. Maar je kunt niet ontkennen dat Canvas en Ketnet essentiële toevoegingen aan de openbare omroep zijn. Hetzelfde geldt voor een programma als Man bijt hond. Dat is gewoon heel leuk, zo leuk dat VTM het namaakt. Het hart van Vlaanderen, dat is toch precies hetzelfde, alleen niet zo goed gemaakt. Ik ben zelf niet meer bij VTM geweest, maar ik hoor het van alle vaste en losse medewerkers: de sfeer is daar totaal anders sinds Mike en Guido weg zijn. Of dat ergens heenleidt, kan ik moeilijk inschatten. Ik stel alleen vast dat ze weinig nieuws maken. Drie nieuwe programma’s bij de start van een seizoen… En dat van Koen Wauters is dan nog een herwerking van een oud programma. Eén ding is nog niet veranderd bij de VRT. Vanuit LA stuurde ik verschillende programmavoorstellen, onder andere voor een reeks reportages à la Michael Palin of Clive James, maar dan specifiek over Hollywood, dat toch de meest bekende gemeente ter wereld is en waarover je duizend-en-één verhalen kunt vertellen. Maar ik heb daar nooit een reactie op gekregen, zelfs geen briefje in de stijl van: we hebben uw voorstellen goed ontvangen, maar helaas liever niet.

Wat Viavia zo genietbaar maakt, is dat je daar niet staat als de leukige oom die ook nog jong van hart is.

Ha nee? Soms denk ik: zie mij hier nu bezig, ouwe knakker. Maar het klopt dat ik op het scherm niet anders ben dan thuis. Geef mij een prei en ik begin erin te zingen. Ik ben als clown geboren en ik zal als clown doodgaan, vrees ik. In alles zie ik eerst wat er niét mee bedoeld is en helaas ook altijd het dubbelzinnige. Daar moet ik bij Viavia wel voor oppassen. Als ik bijvoorbeeld zeg: “Meisje, neem nu je muis”, dan zie ik de ploeg grimassen maken en denk ik: “Jongen, zeg dat nu toch niet”. Maar ja, hoe moet je dat anders formuleren: pak je ding vast, of je apparaat… En die gastjes zijn allemaal zo ontzettend braaf, dat valt mij wel wat tegen, ja.

Een paar keer in je leven heb je de boel achter je opgeblazen en ben je helemaal opnieuw begonnen. Is dat niet angstaanjagend, zeker nu je een dagje ouder wordt?

Kijk, ik ben nu 41 en ik heb het allemaal al eens gedaan, van reportages over quizprogramma’s tot gekscheerderij tout court. Wat kan ik nu nog doen? Ik kan dingen herhalen, ja, maar daar heb ik nu net geen zin in. In plaats van een theatershow had ik een of ander televisieprogramma kunnen presenteren, dat zou een stuk minder zenuwslopend zijn. Maar de voorstellen die ik kreeg, konden mij niet boeien. Zo’n verbale show op een podium, dat is dan weer totaal nieuw. Ik trad vroeger op met Arbeid adelt en dat gaf een tof gevoel. Ik kan echt niet wachten tot ik in de coulissen sta en de geur van stoffige theatergordijnen opsnuif. Wat er gebeurt als de lichten uitgaan? Dat zullen we wel zien. En of ik mij dat kan permitteren? Ja en nee. Viavia komt vijf keer per week op het scherm, dat geeft mij een basisinkomen en daardoor kan ik mij permitteren om daarnaast heel andere dingen te doen. Ik zou natuurlijk ook kassa kassa kunnen zeggen en zoals Walter Grootaers voor drie verschillende zenders werken en denken: binnen vijf jaar is mijn villa in Zuid-Frankrijk afbetaald. Maar een villa in Zuid-Frankrijk zegt mij nog altijd niet veel. Onzekerheid? Ik sta daar eigenlijk niet bij stil. Toen ik in de States merkte dat mijn spaarcenten opraakten, zette ik een voorstel voor een column op de fax. Ik stuur dat naar België en lap, binnen het kwartier hing Joël De Ceulaer van De Nieuwe Panorama aan de telefoon. Ik heb daar bijna twee jaar voor geschreven en toen dat blad totaal onverwachts ophield te bestaan, belden binnen de week de mensen van Viavia. Dat is toch ongelooflijk! Mink Deville heeft mij ooit eens gezegd dat ik een goede bewaarengel heb, hij voelde die vibes, hij dacht zelfs dat het er meer dan één was. Wel, ik denk dat hij gelijk heeft. Anderzijds: als ik voortdoe zoals ik nu bezig ben, blijf ik natuurlijk prutsen tot mijn vijfenzeventigste. Maar zelfs dat idee vind ik eigenlijk nogal plezant.

Marcel Vanthilt, Ha!Merika!Duizend dagen Hollywood & daarbuiten, Icarus, 495 fr.

De Ha!Merika! theatershow is nog te zien op 23/10 (CC Stroming Evergem), 28/10 (CC De Neerbeek Bissegem), 10/11 (CC De Brouckère Torhout), 19/11 (CC Ter Rivieren Deurne), 21/11 (Stadsschouwburg Sint-Niklaas), 27/11 (CC Den Blank Overijse), 1/12 (CC De Werft Geel), 11/12 (CC De Kimpel Bilzen), 15/12 (CC De Velinx Tongeren), 19/12 (CC ’t Forum Wervik) en 23/12 (CC Plomblom Ninove).

Info: Theaterburo XL, Tel. (09) 281.10.05.

Linda Asselbergs / Foto’s Guy Kokken

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content