Liesbet De Keersmaecker

© DEBBY TERMONIA

Liesbet De Keersmaecker, 31 jaar, is Ambassadeur Groene Steden bij het Agentschap voor Natuur en Bos.

Haar uitdaging : zorgen voor een groener Vlaanderen, met voornamelijk gezond gebruiksgroen

en groen met een meerwaarde. Boeiende voorbeelden staan in het inspiratieboek

‘Ideeën voor groenere steden en gemeenten in Vlaanderen’. Info : www.natuurenbos.be.

Groen waren mijn kinderjaren wel en niet. We woonden in Vilvoorde op een appartement, boven het wassalon van mijn grootmoeder. Later trokken we naar Hofstade, echt op de buiten, waar ik een eigen tuintje had, mijn opa meehielp in diens serre, en stinkertjes plantte bij de vleet. Uit die tijd dateert mijn voornemen om naar de tuinbouwschool te gaan. Wat ik echter nooit deed.

Een leven lang in een vertaalcabine doorbrengen, zoals te verwachten was met mijn diploma van tolk Frans en Spaans, zag ik echt niet zitten. Na vrijwilligerswerk in Peru kon ik aan de slag bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, om te werken aan het gelijkekansenbeleid en om een internationaal en Brussels forum over de rol van vrouwen in steden op te zetten.

Welke grote maatschappelijke rol parken vervullen, en hun veelheid aan functies, leerde ik van dr. Els De Vos, hoofd onderzoek architectuurwetenschappen van de Artesis Hogeschool Antwerpen. Antropologe dr. Ruth Soenen opende mijn ogen voor het belang van de stad als plek voor alledaagse kleine ontmoetingen.

Zelden wordt stadsnatuur gepresenteerd als sexy, trendy en aantrekkelijk. Het staat nog te veel synoniem voor zomaar een boom of een park, en een ‘saai’ verhaal over ecologie en biodiversiteit. Wij zijn voor natuur in de stad die kan en mag gebruikt worden. Participatie is erg belangrijk.

Onze steden en gemeenten missen aanplantingen op plekken waar het niet zo vanzelfsprekend is. In winkelstraten of op stationspleinen bijvoorbeeld. Groen in al zijn vormen zou moeten worden beschouwd als een volwaardige bouwsteen voor de kwaliteit van een stad. Het is trouwens goedkoper dan harde materialen, maar vraagt kennis van zowel beleidsmakers, als technici en uitvoerders. Daar wringt het schoentje vandaag nog te vaak. Het zorgt ervoor dat veel straatbomen niet eens vijf jaar oud worden.

Gezond en ecologisch onderhoud, zonder gebruik van pesticiden, wordt maar moeizaam geaccepteerd door de bevolking. Omdat het er dan allemaal wat ruiger uitziet. Nochtans is er omwille van milieu en biodiversiteit geen weg terug. Het is trouwens vreemd dat men bij een bezoek aan bijvoorbeeld een Frans kasseidorpje ‘onkruid’ in voegen charmant vindt, maar een ramp als het op de eigen oprit groeit, laat staan op het voetpad of in een park.

Werken aan ecologische aanplan- tingen heeft zeker ook in crisistijd wel degelijk zin. Net nu is er in de steden en gemeenten nood aan beleving, ontspanning en een gezonde leefomgeving. Dat meer mensen in de stad komen wonen, heeft als bijkomend voordeel dat er minder in de open ruimte wordt gebouwd, waardoor ook dat groen veilig gesteld is voor de toekomst.

Steden, gemeenten en provincies moeten een visie ontwikkelen op groen. Wij willen daarbij helpen met kennis en goede voorbeelden uit binnen- en buitenland. Vlaanderen heeft er daar trouwens al flink wat van.

DOOR MARC VERACHTERT & FOTO DEBBY TERMONIA

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content