EEN ONBEHEERSBARE EMOTIE, ZO NOEMT LISA APPIGNANESI WAT ONS BEZIGHOUDT VAN DE WIEG TOT HET GRAF: DE LIEFDE. ZE SCHREEF EEN LIJVIG BOEK OVER DE SYMBIOSE TUSSEN MOEDER EN KIND, DE GEK-MAKENDE PIEKEN VAN HARTSTOCHT, DE RUST VAN VRIENDSCHAP.

Verliefdheid is de laatste sociaal aanvaarde vorm van waanzin, vrees ik”, zegt Lisa Appignanesi. “Voor mijn vorige boek, Gek, slecht en droevig, dat handelt over de geschiedenis van vrouwen en psychiatrie van 1800 tot nu, heb ik stapels wetenschappelijke literatuur doorgenomen, maar daar vond ik niets over verliefdheid. Terwijl verliefdheid toch te kenmerken is als afwijkend gedrag. ”

Wetenschappers hebben zich toch ook al gebogen over wat liefde aanricht in onze hersenen?

Lisa Appignanesi: Bijna àlles is de laatste veertig jaar aan wetenschappelijk onderzoek blootgesteld. Niet alleen elke persoonlijkheidsstoornis, maar vrijwel elke menselijke emotie zoals genot, pijn en verdriet moesten eraan geloven. Ook de liefde is onder de loep gelegd, en dan komen wetenschappers ons vertellen dat het goed is om te knuffelen en te strelen, want dat hebben ze gemeten en objectief vastgesteld. Ze geven namen aan de stofjes die ons brein dan aanmaakt, zoals dopamine die stress vermindert en oxytocine die gehechtheid bevordert. Knap hoor van die wetenschappers, maar dat weten we instinctief en proefondervindelijk toch al heel lang?

Vindt u dat soort onderzoeken dan onzin?

Natuurlijk niet, maar wetenschappers zijn ook maar mensen. Ze zijn voortdurend op zoek naar de bevestiging van wat ze al weten. Wetenschappelijk onderzoek is zinvol, maar wat de liefde betreft is de kennis van neurobiologen en gedragspsychologen veel te onvolledig, te simpel, te mager, te onvolledig. Mensen zijn veel ingewikkelder dan de bedrading van hun hersenen. Liefde is en blijft een raadsel, wat Freud, Darwin of aanverwanten ook beweren. De diverse verschijningsvormen van liefde zijn sinds mensenheugenis vastgelegd in mythen, in liederen en verhalen. Ik zoek daar mijn informatie, en bij filosofen en schrijvers. En bij de talloze mensen met wie ik heb gesproken, want wij zijn allemaal expert in de liefde.

U zelf dus ook.

Uiteraard. Zeker nu ik 65 ben (lacht). Niet dat liefde zich iets aantrekt van leeftijd, hoe verwoed je ook probeert alles in het gareel te krijgen. Daarom zijn volwassen vrouwen soms afhankelijk als een huilende kleuter, en is een oude man even gek op een mooi jong ding als toen hij zelf nog een puber was.

Mijn leeftijd en mijn ervaringen maken het makkelijker om een stapje achteruit te zetten. Ik kan nadenken, lezen en schrijven over de vele gezichten van de liefde. Ik analyseer die liefde, schrijf als het ware haar biografie, van de liefde van moeder en baby, van de eerste coup de foudre, de gekmakende pieken en dalen van hartstocht, de rust en houvast van vriendschap.

Maar u geeft geen adviezen.

No way. Ik wilde in geen geval een zelfhulpboek schrijven. De zelfhulp- en adviescultuur maakt dat mensen zich juist slechter gaan voelen. Ik wil verhalen brengen, over het paradoxale wezen dat de mens is, over de bokkensprongen van de liefde, over de schoonheid ervan, en over die vormen van liefde die te weinig gewaardeerd worden omdat ze in de schaduw van de hartstocht blijven staan. Over grootouders en kleinkinderen bijvoorbeeld, die aandachtig en uitbundig van elkaar houden, voor wie het leven één groot plezier is: gezellig samen ontbijten, een wandeling, mooi weer, een nieuw petje…

Een nieuw petje… Niet bepaald het eerste waaraan je denkt… Om Woody Allen te citeren: ‘Liefde is het antwoord, maar terwijl je op dat antwoord zit te wachten, komt seks met best goede vragen.’

(lacht) Seks! Ja, dat houdt ons bezig. En seks verkoopt, maar het meest van al zijn we toch gefascineerd door romantische en hartstochtelijke liefde. Nooit waren er zoveel echtscheidingen en toch blijven we altijd dromen van passie, van verliefd zijn, van twee zielen die één zijn, zoals toen we ons als baby koesterden in moederliefde.

Verliefd zijn kàn geluk brengen, maar vaak ook veel miserie. Je wordt het ongewild, onopzettelijk en redeloos. Plots staan al je zintuigen op scherp, en ben je labiel, poreus en overgevoelig. Liefde kan ons het hoogste genot bezorgen, maar ook de diepste ellende. We kunnen niet zonder, en in de liefde zijn we op ons best: groots en uiterst fragiel tegelijk. Ze maakt ons zo kwetsbaar: het veroorzaakt veel pijn als een liefde misgaat. Niet zelden is het lijden dan zo ondraaglijk dat het tot depressie en zelfmoord leidt.

Gelukkig kan liefde ook blijven duren.

En gelukkig kunnen we met één mens verschillende vormen van liefde beleven. Elke liefde heeft koestering en zorg nodig, en kan niet blijven bestaan zonder onbaatzuchtigheid. Met de tijd kan een passionele liefde overgaan in een gesettelde liefde, in pure vriendschap soms. Na de bedwelmende pijlen van Cupido en de brandende hartstochten kunnen duurzame partners terechtkomen in de rustige, weldadige kalmte van gematigde liefde, die veel bestendiger is dan tumultueuze passie. Ze kennen een zorgzame en respectvolle vorm van genegenheid, die ze hoger achten dan grillig genot en kortstondige extase. Veel stellen die heel lang bij elkaar zijn, zeggen dat vriendschap het belangrijkste element in hun relatie is.

U pleit overduidelijk voor een herwaardering van de vriendschap.

Volgens Aristoteles is vriendschap de kern van ons bestaan, de gelukkigste en meest menselijke vorm van liefde. Er valt inderdaad veel voor te zeggen, zeker nu families over de hele wereld uitzwermen, gezinnen uiteenvallen en veel liefdesrelaties stukgaan. We leven veel langer dan vorige generaties in de levensfase die vroeger oud werd genoemd. Wat ons overeind houdt, is doodgewone vriendelijkheid, banale wellevendheid, alledaagse edelmoedigheid. Al verlangen we naar torenhoge toppen van vervoering en raken we verstrikt in onbeheersbare hartstochten, we zouden er goed aan doen om onze liefde te laten dalen tot het heuvelland eronder, waar het aangenaam wandelen en keuvelen met vrienden is.

Lisa Appignanesi (65), ‘Alles over de liefde. Anatomie van een onbeheersbare emotie.’ De Bezige Bij, 24,90 euro. De auteur is van Pools-Joodse origine, groeide op in Frankrijk en Canada en woont nu in Londen, waar ze directeur is van het Freud Museum. Ze schreef fictie en non-fictie. Haar vorige boek ‘Gek, slecht en droevig, over de geschiedenis van vrouwen en psychiatrie van 1800 tot heden’, ligt aan de basis van een expo in het Gentse Dr. Guislain Museum eind 2012 (www.museumdrguislain.be).

DOOR GRIET SCHRAUWEN

“VEEL STELLEN DIE HEEL LANG BIJ ELKAAR ZIJN, ZEGGEN DAT VRIENDSCHAP HET BELANGRIJKSTE ELEMENT IN HUN RELATIE IS”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content