Tenzij u de laatste maanden op een andere planeet hebt doorgebracht, zal u al tot vervelens toe hebben vernomen dat “Waterworld” de duurste film is die ooit werd gemaakt. Tijdens de afschuwelijke produktieperikelen die veel inkt deden vloeien, rezen de kosten dermate uit de pan dat het oorspronkelijke budget escaleerde tot (volgens voorzichtige schattingen) tweehonderd miljoen dollar. De media besteedden zo veel aandacht aan elke tegenvaller die de kosten de stratosfeer injoeg, dat toen de prent dan eindelijk in Amerika in de bioskoop kwam, veel recensenten de neiging hadden om meer het budget te bespreken dan de film zelf. In plaats van te argumenteren, maakten de critici rekensommetjes (kostprijs van één minuut op het doek : 1,3 miljoen dollar, zo wist “Variety”). Gezien ik toch geen aandelen heb in MCA zal het me wat kunnen schelen dat de dochtermaatschappij Universal haar broek zal scheuren aan een prent die nooit uit de kosten zal komen (de film is matig sukses in Noord-Amerika, maar doet het goed in drie overzeese territoria waar hij tot nog toe werd uitgebracht).

Na die stortvloed van niet aflatende negatieve publiciteit over de 166 dagen lange opname op lokatie in Hawaï, de moeilijkheden om een produktie te kontroleren die zich volledig op het water afspeelt, de bijna fatale ongevallen, de gezonken sets, de ruzie tussen stervertolker Kevin Costner en zijn ex-maat, regisseur Kevin Reynolds (een herhaling van het scenario van hun vorige samenwerking, “Robin Hood”), en het gesukkel om het tijdens de montage tegen de klok allemaal aan elkaar te rijgen, moet ik toegeven dat “Waterworld” best meevalt. Verre van mij te beweren dat het een meesterwerk is in het genre van wat scenarist Larry Gross de “Big Loud Action Movie” noemt, maar het is ook geen idiote katastrofe zoals de penibele kanjers van de vorige twee zomers, “The Last Action Hero” en “True Lies”. Echt origineel is het niet : zoals het lanceerfilmpje al deed vermoeden, is het inderdaad “Mad Max” op het water (het scenario is een schaamteloze kopie van “The Road Warrior”). Vergeleken met Mel Gibson, komt het nihilisme van Kevin Costner een beetje fake over : zelfs met lang haar, een baard van twee dagen, kieuwen achter zijn oren en vliezen tussen zijn tenen, oogt hij nog altijd als de kraaknette held. De aktie is echter voortreffelijk geregisseerd (godzijdank niet in die flitsende MTV-stijl die zoveel onkunde moet camoufleren), de apocalyptische waterwereld is het decor voor woest spektakel. “Waterworld” biedt het wat kinderachtig plezier van een ouderwetse B-film, wat met dit prijskaartje natuurlijk tamelijk pervers is. Deze veelbesproken prent is gewoon de apoteoze van een trend die zich al jaren doorzet : de superdure blockbuster-film die diep in zijn hart een klein sensationeel “exploitation”-filmpje is.

“Waterworld” loopt vanaf 25 oktober in de Belgische zalen.

Costner in “Waterworld” : duurste film aller tijden.

TOP 10

1.

The Big Heat : (1953) bikkelharde politiefilm van Fritz Lang met als beroemdste tafereel Lee Marvin die een geut kokende koffie in het gezicht gooit van Gloria Grahame. (Gent, Studio Skoop).

2.

Der Blaue Engel : (1930) de grote Emmil Jannings is in dit grotesk melodrama van Josef von Sternberg de kleinburgerlijke professor die door een zwoele chanteuse (Marlene Dietrich) uit een derderangskabaret te gronde wordt gericht. (Brussel, Ecran Total).

3.

Une Partie de campagne : (1936) recent gerestaureerd meesterwerkje van Jean Renoir, die de sensuele sfeer oproept van de doeken van zijn vader Auguste Renoir. (Brussel, Ecran Total).

4.

To Live : (1994) felbewogen kroniek van een beproefde familie tegen de achtergrond van de turbulente Chinese geschiedenis van Japanse bezetting tot Kulturele Revolutie. Zhang Yimou regisseert zijn muze Gong Li. (Antwerpen, Cartoon’s).

5.

The Usual Suspects : meesterlijk manipulerende thriller van nieuw talent Bryan Singer. Diabolisch sluw scenario, superieure mise en scène en geweldig groepsakteren.

6.

Before the Rain : zie bespreking. (Gent, Studio Skoop)

7.

The Kingdom : (1994) meesterlijke tv-soap van de Deense kineast Lars Von Trier over bovennatuurlijke gebeurtenissen en macabere intriges in onheilspellend ziekenhuis in Kopenhagen. (Gent, Studio Skoop).

8.

Kieslowski Retrospektieve : unieke kans om vier zeldzaam vertoonde, vroege films te ontdekken (onder andere “Amator” en “Personel”) van de maker van “De Decaloog” en de befaamde tricolore trilogie. (Gent, Sphinx)

9.

Gaumont : het Brussels Filmmuseum brengt hulde aan het grote Franse produktiehuis dat net zo oud is als de film.

10.

Armeense films : de hele maand september is in het Filmmuseum van Antwerpen een cyclus te zien van Armeense films, aangevuld ook met films van de Canadees van Armeense origine, Atom Egoyan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content