Een goedgekozen kapsel is een verjongingskuur op zich : de juiste kleur, snit, verzorging en styling kunnen een paar jaar verschil maken.

1. Verzorging

Net als op de huid, laat de tijd zijn sporen na op het haar. Haarveroudering is vooral genetisch bepaald. Een blik op je ouders maakt meteen duidelijk welk lot je beschoren is. Doorgaans zal de haardos uitdunnen met het ouder worden. De haren worden fijner, droger en matter. Bovendien maken ze steeds minder pigment aan, waardoor het gevreesde grijs ontstaat. Dat kan de textuur van het kapsel veranderen : het wordt ruwer, springerig en is moeilijker in model te brengen.

Er bestaat tegenwoordig een hele waaier aan antiverouderingsproducten. Ze werken vooral vochtinbrengend en herstellend, waardoor het haar weer zachter en soepeler wordt. Een absolute must is elke wasbeurt af te sluiten met een conditioner, die een beschermende film op je haar legt en het helpt om vocht langer vast te houden. Regelmatig een masker aanbrengen maakt ook een verschil.

2. Kleur opfrissen

Mooi grijs heeft ook zijn charmes, als het fris en glanzend oogt. Bij de toonaangevende Britse kappersketen Toni & Guy raadt men aan om een zilvershampoo (bv. Wella SP) te gebruiken die de grauwe, gele gloed neutraliseert die je vaak ziet in wit haar.

Als je dat grijs wil verbergen, kan je in eerste instantie een kleurshampoo gebruiken. Die zal je natuurlijke kleur mooier maken, de witte haren camoufleren en langzaam vervagen zonder uitgroei.

Heb je meer ‘dekking’ nodig, dan is het tijd voor een permanente kleuring. Die vervaagt niet veel met wassen, waardoor je dus ook een meer opvallende uitgroei krijgt.

Bij de keuze van de kleur hou je best rekening met de tint van je huid. Bij Toni & Guy raden ze warme huidtypes aan te opteren voor koele nuances en vice versa. “Een contrast is doorgaans mooier en geeft meer uitstraling.” Voor een natuurlijk, zacht effect zullen de meeste kappers adviseren om enkele tonen lichter te gaan dan de oorspronkelijke haarkleur. Door verschillende nuances (low- en highlights) te gebruiken, krijg je een natuurlijker, levendiger, volumineuzer effect. Kies voor natuurlijke kleuren en vermijd te donkere tinten, dat verhardt de trekken.

3. Styling

Een kapsel dat natuurlijk beweegt, geeft een jongere indruk. Laat overstyling, overdreven volume of strenge, steile kapsels aan de jeugd. Wees matig met het gebruik van stylingproducten, want te veel product verzwaart het haar en dempt de glans. Kies bij voorkeur voor crèmetexturen die je haar niet uitdrogen. Bij de Belgische kappersketen Sanké raadt men stylingproducten aan die extra glans geven.

4. Snit

Een pony is handig om rimpels te verbergen. Maar kies voor de langere, zachtere versie, want scherpe lijnen accentueren rimpels en een verslapte huid.

Door je haar in laagjes te laten opknippen, krijg je meer beweging en volume, op elke lengte. Korte coupes zijn vaak een verjongingskuur op zich, want ze liften het gezicht en accentueren de jukbeenderen. Kies voor stylingproducten die textuur aan het haar geven, zoals wax.

Halflange coupes zijn flatterend als ze uitgedund en opgeknipt worden – in dégradé zoals dat in kappersjargon heet. Een massa haar op de schouders doet je gezicht immers langer lijken. Als je steil haar hebt, kies je best voor stompe in plaats van al te scherpe lijnen. Een zijstreep helpt ook om scherpe trekken te verzachten. Halflang vraagt om volume, wat mousses je zonder probleem bezorgen.

Als je haar niet te fijn is, kan je het ook lang dragen. Ook hier krijgen laagjes de voorkeur op een gelijke lengte. Het belangrijkste voor lang haar is dat je het in topconditie houdt, zodat het zacht en glanzend blijft en een jonge, gezonde indruk maakt.

Met dank aan Sanké en Kurt Dieudoné, Peter Vanhamel en Marino Lambrix van Toni & Guy.

Tekst Sofie Albrecht . Illustratie Ellen Van Engelen