Mijn gemoedstoestand ? In Sjef Van Oekels woorden : “Een peu nerveu. “ Als concept is Closing Time uniek : een kunstenaar carte blanche geven om de hele collectie van een museum op zijn kop te zetten, uit de reserve te putten en daar eigen werk tussen te hangen. Vanzelfsprekend is dat een grote eer.

Op San Siro een balletje mogen trappen met Ronaldinho. Zo zal het aanvoelen als ze een onnozel portretje van mij ophangen naast een Memling. Maar ondanks de schroom ga ik de confrontatie niet uit de weg. Hoe sommige thema’s telkens opnieuw opduiken in vijfhonderd jaar schilderkunst is ronduit fascinerend.

Tijdens de voorbereiding viel ik van de ene verrassing in de andere. Ik ontdekte in de reserve schilderijen die ik sinds mijn jeugd niet meer gezien had, ik stond perplex. Zo zie je hoe de benadering van kunst mettertijd verandert. In die zin heeft Closing Time ook iets pedagogisch.

Mijn werk komt voort uit de vuilnisbak van de herinnering. Dingen die ik niet noodzakelijk zelf meegemaakt heb, maar die mij zo interesseren dat ze tot mijn autobiografie zijn gaan behoren, naast stilistische verwijzingen naar schilders, films en literatuur. Ik kan niet verwachten dat iedereen die achtergrond kent, maar dat hoeft ook niet.

In een goed werk zit een kracht die het verhaal overstijgt. Eén van mijn kenmerkendste schilderijen is die van een madonna die een kind optilt. De gang waarin ze staat is een cellengang in Buchenwald. Maar ook zonder die context moet dat beeld sterk genoeg zijn om je te treffen.

Onder schrijvers heb ik meer vrienden dan onder schilders. In de jaren zeventig heb ik ook heel graag als journalist voor Panorama en Avenue gewerkt. Al schrijvend kun je uitweiden, nuanceren, meer achtergrond meegeven. Dat gemis aan beschouwing probeer ik als schilder op mijn manier goed te maken.

‘Geëngageerde melancholie’, ik weet waar die omschrijving op slaat. Niet dat ik mezelf nostalgisch vind, maar ik ben wel gefascineerd door de literatuur, architectuur, beeldende kunst, film en muziek uit de jaren dertig en veertig, een periode waarin mensen meegevoerd werden door grote geëngageerde stromingen die zowel rechts als links ontspoorden.

Ik voel me niet het slachtoffer van de lotgevallen van mijn ouders. Zij waren lid van internationale verenigingen van gedeporteerden, hadden contact met buitenlanders die ze kenden uit de kampen en ik dus ook. Maar ik zie me niet als iemand van de tweede generatie. Ik was wel geëngageerd in linkse bewegingen, maar dat hield ik bewust gescheiden van mijn werk, dat zoals de popart van die tijd ironisch en badinerend was.

Pas na zijn dood kon ik schilderen over wat mijn vader had meegemaakt. Ik zou het niet verdragen hebben als hij over mijn schouder meekeek . In de jaren tachtig vielen inhoud en vorm samen, ineens wist ik hoe ik over dat oorlogsverleden kon schilderen zonder pathetiek.

Een eeuwige twijfelaar noemt mijn vrouw me. Niet twijfelen, dat zou ik abnormaal vinden. De gretigheid waarmee ik bezig ben, is nog altijd dezelfde als 25 jaar geleden, alleen word ik almaar kritischer tegenover mijn eigen werk. Niet dat ik minimalisme nastreef, wel een uitpuren, het zo accuraat mogelijk hanteren van middelen om het beste effect te bereiken.

De tentoonstelling Closing Time met werk van Jan Vanriet (1948) in dialoog met 150 oude en minder oude meesters uit de collectie van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen loopt van 23/4 tot 3/10/2010. Info www.kmska.be Het boek ‘Closing Time’ van Eric Rinckhout en Maarten Doorman en met foto’s van Herman Selleslags verschijnt bij Ludion, 34,90 euro, ISBN 978 90 5544 960 6 Alle info, ook over andere tentoonstellingen : www.janvanriet.com

DOOR LINDA ASSELBERGS – FOTO ROB WALBERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content