Zeg nooit zomaar ‘onderlijfje’ tegen een marcel. Voor drie Brusselse creatievelingen staat dit eenvoudige kledingstuk immers voor een manier van zijn. Ze zijn dan ook vastbesloten een succesverhaal te maken van dit Belgische curiosum.

Zomer 2005. Brusselaar Christophe Ghewy, creatief directeur van reclamebureau LG&F, zijn echtgenote Kaat Blommaert en filmproducent Ruben Goots beslissen om een collectie singlets of onderlijfjes te creëren. Februari 2007. Sinds enkele weken is Marcel te vinden in exclusieve winkels in verschillende landen : bij Colette in Parijs in de sectie Coups de Coeurs, en ook andere wereldsteden als New York en Berlijn gingen door de knieën. Ghewy : “Kaat en ik maakten achttien jaar geleden al onze eigen zakdoekjes en gezelschapsspelen. Het idee om ooit samen met iets naar buiten te komen sluimerde al lang. Twee zomers geleden wilde ik aan een collectie marcellekes beginnen. Omdat ik zelf al jaar en dag, winter en zomer, een marcel draag, met alle grappen van dien.”

“Slapen, sporten, in de zetel liggen, dat is waar ik aan denk bij een marcel. Niet aan het hemdje dat al dan niet binnen het modebeeld past. Het herinnert me aan de tijd dat mijn broer en ik tien jaar waren en op het strand speelden. Ik wil die sfeer van de jaren vijftig en zestig weer oproepen. We zijn niet met fashion bezig. Het is zoals het verhaal van de Braziliaanse Havaianas. Die teenslippers bestonden ook al in de jaren zeventig en dan plots duiken ze weer in het straatbeeld op. Er zijn nu veel meer kleuren en er staat een vlaggetje op, maar het is geen nieuw verhaal. We willen een blijvend merk zijn, geen hype.”

Levensfilosofie

Het is door te focussen op de marcel als enig collectiestuk dat er naar absolute perfectie wordt gestreefd. Samen werd er gezocht naar de ideale stof, lengte, ribbel en prints, en hieruit zijn zes modellen ontsproten. Sommige daarvan keerden meermaals terug naar de fabrikant, waarbij er op het kleinste detail werd gelet. Ghewy : “Op een bepaald moment zijn we van fabrikant moeten veranderen, omdat het onmogelijk bleek de zoom breder te maken dan het gestandaardiseerde formaat. Ook hebben we een model moeten terugsturen omdat het label te veel kriebelde, of omdat we het toch iets langer wilden. In Portugal hebben we uiteindelijk een fabrikant gevonden die voldeed aan onze kwaliteitseisen. Het bleek onmogelijk onze collectie in België te produceren, hoewel we het graag hadden gewild. Onze omzet was te klein en we wisten niet op voorhand welke kant dit verhaal zou opgaan.”

Le Fabuleux, Le Pablo, Le Clochard, het zijn enkele ronkende namen uit de collectie. Elk model brengt zijn eigen verhaal mee. Le Pablo verwijst naar Picasso, die regelmatig werd gespot in een singlet aan de Côte d’Azur terwijl hij zijn aanbidsters charmeerde. Kortom, wie de marcel draagt, transformeert niet alleen zijn kleerkast, maar ook zijn gehele esprit d’être. Ruben Goots (oprichter van productiehuis Czar) : “We verkopen niet zomaar een marcelleke, maar creëren een hele leef-wereld : een verhaal per model, een mooi etiket en een authentieke print binnenin, knappe foto’s en een papieren verpakking met bedrukking. Vandaar ook het prijskaartje. Wij willen iets moois afleveren, iets origineels, iets waar aandacht en zorg aan is besteed. We kiezen ook zeer uitgekiend voor een bepaald soort winkels.”

Onslow

Dat Marcel niet voor de eerste de beste is, wordt ook duidelijk gemaakt via de website. Er wordt verwezen naar het kledingstuk in films, kunst en muziek. Robert De Niro in Raging Bull, Sigourney Weaver in Alien, bokser Marcel Cerdan. Onslow uit Keeping up Appearances staat niet in het rijtje. Toch hangt er een zweem van trash over de marcel, maar laat dat nu net het kenmerk zijn waardoor dit hele verhaal zo fris en anders oogt. Geen afgelikte modellen, geen ingehuurde designlocaties, maar foto’s door Alex Salinas langs de oevers van het Brusselse kanaal of in het decor van de Cirio, een klassieker onder de Brusselse cafés. Toch is Brussel niet meer dan een locatie die past in hun verhaal en hun ontwerpen (elk stuk heeft binnenin een print van Sint Michiel), want Ghewy en co profileren zich internationaal. Goots : “We zijn alle drie met Brussel verweven, en persoonlijk sta ik absoluut achter de promotie van mode in Brussel, maar het is geen ideologische kwestie. Het gaat om het pure Belgische merk dat we willen zijn, en dan is Brussel een logische keuze.”

Dat Le fabuleux Marcel geen eendagsvlieg wil zijn, is duidelijk. De interesse van de inkopers werd al snel aangewakkerd en de vraag naar een volgende collectie bleef niet lang uit. Daar werd op ingegaan en in het komende winterseizoen mogen we ook Le Ket (Brussels voor ‘gast’, ‘manneke’) verwachten, een broek die haar inspiratie vindt in de trainingsbroek van de Olympische Spelen uit de jaren twintig en dertig. Ghewy : “We noemen hem de easy wear anywhere.” Blommaert : “Als soloproduct is de marcel misschien te gelimiteerd voor het winterseizoen.” Ghewy : “De marcel blijft ons basisproduct, dat elk seizoen zal terugkeren, maar we blijven graag evolueren. Le Ket komt voort uit dezelfde intuïtie. Eigenlijk gaat het steeds om stukken die als zeer fout worden beschouwd, maar die tegelijkertijd beladen zijn met een zekere nostalgie.”

Info en verkooppunten : www.fabuleuxmarcel.be

Le Weekend

Exclusief voor Weekend Knack maakte Le Fabuleux Marcel de beperkte editie Le Weekend : duizend Marcels en een bijbehorend sjaaltje, in een uniek marine-blauw-zwart streepjespatroon. Kijk snel op p. 77.

Door Eva Blaute – Foto Charlie De Keersmaecker.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content