De zomer haalt de vreemdste gewoonten in de mens naar boven. Niets dat Linda Asselbergs en Geert Zagers de komende weken kan ontgaan.

Reken niet op mij voor de grote trek naar het zuiden, jongens. De komende maanden krijg je mij namelijk met geen stokken van mijn erf. Tenzij je het Rivierenhof, de Bijloke, Boechout, de Grote Kaai in Lokeren en het Middelheimpark tot de vakantiebestemmingen rekent. Allemaal de schuld van de festivalitis die nu al jaren in onze contreien woedt, en die maakt dat elke stadswijk, elk dorp en gehucht een eigen zomerfestival organiseren. Lanterfanten, met een fijn boek en koele bubbels in de hangmat verwijlen ? Vergeet het, zomeren is hard labeur. Toch als je, zoals ik, niet het gevoel wilt hebben dat je van alles mist. Ken je die scène uit oude zwart-witoorlogsfilms waarbij de generale staf boven een maquette van het slagveld met zo’n harkje de verschillende eenheden en tanks in positie brengt ? Zo ongeveer verloopt de planning van mijn zomerprogramma. “BB King op Gent Jazz op 9 juli ? Kunnen we niet missen, elke riedel van de ouwe op Lucille kan de laatste zijn. Maar op 6 juli staat Rumer in het Openluchttheater. Zouden we er Sonny Rollins op 7 juli dan nog bijnemen of wordt dat wat veel ? Tenslotte moet er tussendoor ook nog gewerkt worden. Om van de budgettaire implicaties nog te zwijgen.”

De partner rolt met de ogen, er zijn ook grenzen aan zijn uithoudingsvermogen. Hoeveel avant-gardecircussen kan een mens per Zomer van Antwerpen verwerken ? Het helpt natuurlijk als er welgevormde juffrouwen aan te pas komen, die schaars gekleed aan een trapeze bengelen of suggestief langs een rood doek uit de nok van de tent naar beneden kronkelen.

Kaarten voor ‘De zomer’ bemachtigen is een ritueel op zich. Diehards installeren zich uren voor de opening van de ticketbalie in ligzetels voor de deur. Midden in de nacht dus. Eigenlijk is dat nergens voor nodig, maar het is gezellig en het behoort intussen tot de Antwerpse folkore : “Ik lag hier al om twee uur. En ik was niet de eerste, hé.” Zelf zet ik de wekker op vijf uur en peddel dan op mijn gemak door de weldadig verkeersluwe stad, waar de laatste zatlappen naar huis waggelen. In de wachtrij wordt hete chocolademelk geserveerd en ik kom er mijn halve kennissenkring tegen.

Het is het onofficiële startschot van een zomer vol muziek, spektakel, lauwe nasi goreng en mojito’s in plastic bekers. En in september doodmoe naar het zuiden. Na het Filmfestival van Oostende welteverstaan.

Linda Asselbergs

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content