Jacqueline Debelva doet niets liever dan koken. Zij speelt het klaar om op elk moment van de dag, in een mum van tijd, een onverwacht gerecht te- voorschijn te toveren.

PIETER VAN DOVEREN FOTO’S : TONY LEDUC

J acqueline Debelva heeft nooit kookles gehad en heeft er een hekel aan om gerechten uit kookboeken over te nemen. Koken is voor haar geen exacte wetenschap, maar een hoogst persoonlijke interpretatie. Jacqueline gaat graag uit eten en doet in restaurants altijd nieuwe ideeën op. Zo degusteerde zij op een feestelijke dag in een chic eethuis een leeggehaald aardappeltje gevuld met kaviaar. Jacqueline genoot ervan, maar viel naderhand bijna van haar stoel van de prijs. Zij dacht : ?Zoiets lekkers kan ik ook maken van goedkope ingrediënten.” Thuis creëerde zij ?aardappel in de schil met trio van lompviseitjes” (zie recept). In een Chinees restaurant deed zij de inspiratie op om limoen en gevogelte te combineren. Thuisgekomen bereidde zij ?kalkoenkarbonade met limoen”. Zelfs haar man Erik, die eigenlijk niets van kalkoen moet hebben, vond het lekker. Het recept van het nagerecht komt uit een Franse herberg, waar het paar ooit ’s avonds laat met grote honger aanklopte. Er was alleen nog een stuk perentaart met een glas witte wijn, en wat hebben zij daarvan genoten ! Wanneer Jacqueline na een zware werkdag thuiskomt, wisselt de onvermoeibare hobbykok haar jas voor de keukenschort. Zij slaat onmiddellijk aan het kokkerellen en bereidt op korte tijd volledige maaltijden. In de week beschouwt Jacqueline het als een uitdaging om met eenvoudige ingrediënten iets smakelijks voor de dag te toveren. In de weekends, als er bezoek over de vloer komt, doet zij iets extra’s en komt er een speciale soep, een bijzonder hoofdgerecht of een feestelijk nagerecht op tafel. Maar zelfs dan gebeurt het samenstellen van de maaltijd in weinig tijd. Jacqueline gaat namelijk praktisch te werk : de meeste tijd gaat naar de voorbereidingen, zoals het schoonmaken en op maat snijden van de ingrediënten. Het bereiden en het afwerken gaat snel en gebeurt meestal onder de bewonderende blikken van vrienden en kennissen, die in de keuken een glaasje komen drinken. Voor een soupeetje komen er niet meer dan acht stoelen rond de tafel. Voor grotere party’s wordt gewacht tot de zomer. Dan organiseert Jacqueline Debelva een tuinfeest, waarbij zij vlees en vis op de barbecue bereidt. Als wijn voor bij de kalkoenkarbonade gaat de kurk van een Château des Arras ’93. Deze fraaie Bordeaux Supérieur van Jean Rozier, kopen Jacqueline en haar man op het Franse kasteel, voor iets minder dan 200 Belgische frank.