Het huis met de oranje wand

Het heeft iets vanzelfsprekends, alsof het zo moest zijn. In dit huis in Kasterlee gaan functionaliteit en sfeer hand in hand.

De plek waar je zithoek staat, waar je gezellig kan tafelen, kokkerellen, tot rust komen, genieten. Voor bewoners is het begrip ‘huis’ vooral gekoppeld aan sfeer. De architect beziet het in de eerste plaats praktisch: door het plaatsen of weglaten van muren, vensters en plafonds, door te werken met lichtinval, ruimte, kleuren en materialen moet hij die wensen vertalen in een haalbare realiteit. Een goede dialoog tussen beide partijen is dan ook essentieel in het wordingsproces van een woning.

“Bij dit huis is het net zo gegaan”, beaamt architect Stijn Peeters van het architectenbureau Stijn Peeters en Partners. “Alleen waren de bewoners, Paul en Annemie van Hout, hier nog op een veel directere manier betrokken. Paul van Hout is immers directeur van een aannemersbedrijf en zou zelf de bouw in handen nemen. Zij bekeken de plannen dus met de ogen van de bewoners maar dachten ook constructief mee. Voor mij en het team van het architectenbureau was dat een extra uitdaging. Paul was perfect op de hoogte van wat mogelijk was en wat niet kon, en bracht zelfs tijdens de bouwfase nog nieuwe elementen aan. Datzelfde proces vond ook plaats bij onze eerste samenwerking voor een verbouwing van een theater in Geel. Dat moest in 32 werkdagen gerealiseerd worden en dan heb je echt geen tijd om te lang over dingen na te denken. Leden van ons team hebben zelfs op de locatie gebivakkeerd en konden daardoor de bouw nauwlettend in de gaten houden.”

Omdat die samenwerking vlot verliep, kreeg Stijn Peeters ook de opdracht voor de nieuwbouw van Pauls huis. “Het terrein ligt in een parkachtige omgeving, een unieke locatie. Het concept moest twee elementen verenigen: uitzicht op het omliggende park, en tegelijk ook een gevoel van beschutting. Een combinatie dus van open en gesloten, van privé en openbaar.

Hoewel de woning dicht naast een vrij drukke laan ligt, zijn we erin geslaagd om een huis neer te zetten, vol licht en met een uitzicht, terwijl je binnenin toch niet voor iedereen zichtbaar bent. Alle ruimten bevinden zich langs een centrale as. Aan de ene kant is die as door middel van een bijna gesloten gevel afgesloten van de dreef. Het uitspringend volume van het trappenhuis, met een extra brede en grote glaspui waarin de toegangsdeur zit, geeft de entree iets aparts. Aan de tuinkant zorgt een uitstekend volume voor een mooi uitzicht en een sterke betrokkenheid op de tuin en omgeving.”

Zo werd een huis gecreëerd waar je kan “ademen”, goed van proportie en helder van vorm. Je vindt er intimiteit waar dat nodig is, en elders, zoals in de living, royale openheid. Eigenlijk merk je nauwelijks dat dit huis bedacht is. Het dringt zich niet op door overbodige snufjes of spitsvondigheden. Het lijkt inderdaad voor de hand liggend dat het zo moest worden. Toch gaat achter deze evidentie heel wat subtiel werk schuil: een mooie detaillering van de trapleuning, een verfijnd kleur- en materiaalgebruik in de hal, het houten plafond in de slaapkamer, de notenhouten wandafwerking tussen woonkamer en hal en de bijzondere badkamer die voorzien is van alle comfort. Maar sterkst van al nog spreekt de oranje wand in de woonkamer, een idee van de bewoners zelf. Een duidelijk architectonisch statement: de wall als element dat begrenzing geeft aan een ruimte, dat hoogte kan aangeven en door toevoeging van kleur sfeer kan brengen.

Marc Heldens / Foto’s Verne

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content