In de New Yorkse wijk Tribeca bevindt zich een herenpaleis boven op een onopvallend appartementsgebouw. Of is het een museum voor privégebruik ?

Wie in de buurt van Ground Zero, waar tot 11 september 2001 de Twin Towers van het WTC stonden, door de straat loopt, keurt het voormalige pakhuis van het campagnemerk Mumm waarschijnlijk geen blik waardig. Op het eerste gezicht is het een tot lofts omgeturnd gebouw met onopvallende winkels gelijkvloers, zoals er in New York dertien in een dozijn gaan. Maar kijk omhoog en je ziet : dit is geen normaal gebouw. Pal erbovenop is namelijk nog een gebouw neergepoot. Vijf extra verdiepingen in strak beton, die afsteken tegen de typische brownstone van de onderste etages.

Intrigerend ? Absoluut. Maar binnen wordt dit gebouw bovenop een gebouw nog interessanter. Alleen al met zijn ruime vertrekken en hoge plafonds zou dit appartement in New York een parel zijn. Maar wie er binnenloopt, waant zich in een museum, zo overdadig is de kunstcollectie die de bewoners, een zakenman uit Minneapolis en zijn Belgische vriend, er gestouwd hebben. Zelfs in de fitnessruimte op het dak kun je niet naast de foto’s van Pierre et Gilles, Leni Riefenstahl en Andy Warhol kijken.

Adembenemende uitzichten

Voor het een champagneopslagplaats werd, was dit in 1860 opgetrokken gebouw een munitiedepot voor de kanonnen in Battery Park die vijandige schepen van Manhattan weg moesten houden. Omdat het berekend is op ontploffingsgevaar, is het structureel sterk genoeg om vijf extra verdiepingen te dragen.

De bewoners kochten de bovenbouw een week voor 9/11. Veel meer dan de ruwbouw was toen nog niet klaar. Na 9/11 werd de hele buurt wekenlang geëvacueerd. Zelfs de bewoners mochten er niet in. Gevolg : de balkons lagen vol stof en puin van de Twin Towers. Ondertussen had het ook binnengeregend, zodat de muren waren gaan rotten.

Dat gaf echter ruim baan voor creativiteit. Architect Andrea Ballerini kon op aangeven van de eigenaar het hele vloerplan hertekenen. Ook extra glaspartijen werden plots mogelijk. Een twee verdiepingen hoog venster biedt een adembenemend panorama op Manhattan. Godzijdank staat er nauwelijks hoogbouw in de buurt – niet evident in New York – zodat er om het hele gebouw heen prachtige uitzichten zijn. In de verte staat de Empire State Building te lonken en vanuit de jacuzzi zie je de neogotische Woolworth Building, met zijn 55 verdiepingen een van de oudste wolkenkrabbers van de stad.

Doordat een groot deel van de muren tot op het stalen geraamte uitgekleed moesten worden, konden ze weer worden opgebouwd rond de kunstwerken. Een metersbreed, manshoog schilderij van Gerhard Richter in de statige eetkamer op de zevende verdieping is ingewerkt in een verdikte muur. Elders verzinken sculpturen in de wanden. Een zevenhonderd kilo zwaar werk van Anthony Gormley is in het stalen gebinte van het gebouw gelast, voor de muren weer werden ingevoegd, zodat het metershoog boven je hoofd zweeft.

Dé grootste troeven van het appartement zijn licht en ruimte. De eigenaars wilden aanvankelijk een townhouse, de New-Yorkse versie van een herenhuis, maar dat heeft als nadeel dat je weinig licht hebt en de veiligheid te wensen overlaat. Dit appartement bevindt zich op veilige hoogte en met zijn duizend vierkante meter heeft het zuurstof te over. Een townhouse in de lucht, als het ware.

Bijkomend voordeel : op elke verdieping is het appartement omringd door terrassen. Een frisse neus is nooit veraf.

Belgische accenten

Het appartement beslaat vier verdiepingen, plus de op het dak gebouwde fitnessruimte. De zesde – en laagste – verdieping bestaat uit de kantoorruimte van de bewoners en het gastenverblijf. De drie volgende verdiepingen zijn de leefruimten. Op de zevende etage domineert een vrijstaande stalen trappartij, geflankeerd door een drie verdiepingen hoog neonkunstwerk van Jenny Holzer, de toegang tot de woonvertrekken.

De eetkamer kijkt noordwaarts uit de skyline van Midtown Manhattan en de Empire State Building. Een speciaal voor dit vertrek gecreëerde luchter van glaskunstenaar Dale Chihuly domineert de ruimte. In de keuken op dezelfde etage verpoos je op stoelen van Philippe Starck. Naast de keuken : een heldere serre met een Hermes-sculptuur, zittend op een loden fontein van de Belgische Rita Jordens.

Het is lang niet het enige Belgische accent. Her en der verspreid over het appartement vind je schilderijen van Gustave van de Woestijne, Valerius De Saedeleer, een bankstel van Axel Vervoordt en de onvermijdelijke, maar daarom niet minder welkome Kuifje-beelden.

De slaapvertrekken beslaan de negende verdieping. Ook hier weer een overdaad aan kunst. Wie wil douchen, moet om sculpturen van Eric Fischl en Jorge Marin heen laveren.

Het pièce de résistance, de wengéhouten bibliotheek, bevindt zich echter een verdieping lager. Opvallend hier : de fotoreeks Family Tree van de Chinees Zhang Huan, het statige portret van de hand van zijn landgenoot Chiu Ya-Tsai en de kleine, maar daarom niet minder indringende bustes van de Canadees Richard Stiple. De uitgebreide selectie aan reisboeken wordt vergezeld van een negentiende-eeuwse Franse wereldbol. Vraag is natuurlijk maar : waarom zou je willen reizen als je in dit paleisje woont ?

Door Tom Vandyck I Foto’s Gerald Dauphin

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content