HARING, OESTERS EN KNUSSE MOORDEN
Geen vrediger plek op aarde dan het idyllische vissersdorpje Fjällbacka aan de Zweedse zuidwestkust. En uitgerekend daar situeert bestsellerauteur Camilla Läckberg haar populaire thrillers, nu ook herwerkt tot televisieserie.
Moord ? Gids Torbjörn Westermark schudt minzaam zijn door zon en zee verweerde hoofd. “Maar nee, van geweld is hier geen sprake. Nooit geweest trouwens.” Hij kan het weten, want vóór zijn pensionering was Westermark politiecommissaris in Fjällbacka en omstreken. Op een milde nazomerdag oogt het dorpje (859 inwoners) bijzonder rustiek. Wit, oker en bruinrood geschilderde houten zeemanshuisjes, sommige met een minuscuul tuintje vol bloemen en fruitbomen, leunen tegen een imposante granietrots aan, de Vetteberget. Een van de oudste gebouwen, het telegraafkantoor Gamla Telegrafen, dateert van 1807.
In het ansichtkaarthaventje dobberen vissersbootjes en kleine zeiljachten op een smaragdgroene zee. Recent gerepareerde fuiken op de kade kondigen het nakende kreeftenseizoen aan. Alleen op het terras van café-restaurant Bryggan is er bedrijvigheid : locals geven er elkaar rendez-vous bij een biertje ; een paar late toeristen, voornamelijk fitte jonggepensioneerden en een paar backpackers, proeven van de koffie met zelfgemaakte appeltaart. Populair bij de toeristen is de brochure In the footsteps of Läckberg, met een plannetje waarop doodshoofden de plekken aangeven waar in Camilla’s krimi’s de lijken vielen. Naar de boeken te oordelen, bezit Fjällbacka van heel Zweden het kerkhof met de meeste heropgegraven doden.
DE CHARME VAN ZONDIGE WEETJES
Toeval of niet, toen ik de schrijfster een dag eerder in Stockholm ontmoette, had ze een sweater aan met prominent op de boezem een doodshoofd in stras. Läckberg (39), geboren en getogen in Fjällbacka, maar intussen al een paar jaar naar de Zweedse hoofdstad verkast, ziet er met haar lange donkere lokken en kastanjebruine ogen bepaald niet archetypisch Zweeds uit. Als regisseur zou ik haar veeleer casten als een glamoureuze Italiaanse televisiepresentatrice.
Van jongs af wilde ze schrijfster worden, iets wat haar aardig gelukt is. Haar thrillers worden in 35 talen vertaald, tot nu gingen er in vijftig landen zo’n elf miljoen exemplaren over de toonbank, wat haar de op vijf na bestverkopende Europese auteur maakt. Maar het succes kwam niet uit de lucht vallen : omdat ze vreesde als schrijfster niet aan de bak te komen studeerde Läckberg economie. Dat leidde tot een job waarin ze zich naar eigen zeggen dood-doodongelukkig voelde. “Mijn familie deed mij een cursus misdaadschrijven cadeau, wat tot mijn eerste boek leidde, IJsprinses. Op aanraden van mijn coach situeerde ik het verhaal op een plaats die ik goed kende : Fjällbacka. Nu weet ik ook wel dat de misdaad daar niet bepaald floreert, maar dat geldt net zo goed voor St. Mary Mead, waar de Miss Marple-verhalen zich afspelen. Ik maak er geen geheim van dat ik de mosterd bij Agatha Christie haalde. Net als zij hou ik van contrasten : een lieflijk dorp, waar ogenschijnlijk keurige mensen wonen, maar achter de façades broeien allerlei passies en ligt het onheil voortdurend op de loer.”
Camilla’s thrillers verschillen hemelsbreed van die van Stieg Larsson of Henning Mankell. Bij haar geen sombere grootstadsproblematiek en gruwelijke perversiteiten. Er gebeuren moorden, maar die zijn van het gezellige soort, zoals in Midsommer Murders of Murder She Wrote, maar dan voor een hedendaagser publiek. Cozy crime heet dat in het jargon. Läckberg : “Ik mik op een mengeling van spanning en entertainment. Mensen die voor het slapengaan nog een paar bladzijden lezen, zullen er geen kwaaie dromen aan overhouden. Hetzelfde geldt voor de televisieversies : vlotte, ontspannende whodunits van anderhalf uur, gesitueerd in een mooi landschap en met de nadruk op menselijke relaties. Zelf ben ik dol op dirty details : laat mij los op een feestje en binnen de kortste keren weet ik alles : bij welke koppels er een haar in de boter zit, hoelang ze al geen seks met elkaar hebben, wie naar wie lonkt, wie krap bij kas zit. Zijn dat niet de zondige weetjes waar we allemaal stiekem van smullen ?”
MISDAAD LOONT
Ook Camilla’s helden verschillen van de clichéspeurneus. “Ik wist vooral wat ik niét wilde. Géén vijftigjarige politieman met een drankprobleem, een maagzweer, een ongelukkig huwelijk en probleemkinderen, die troost zoekt in opera. Ik wilde een vrouwelijke hoofdpersoon van mijn eigen leeftijd. Een schrijfster, dat leek me wel wat. Zo kon ik mijn eigen ervaringen gebruiken. Het is ook geloofwaardig dat ze als schrijfster overal haar neus in steekt. En getrouwd met een politie-inspecteur, dat was natuurlijk ook mooi meegenomen. Zowel mijn vader als mijn man is bij de politie geweest. Laat ik het erbij houden dat Erica Falck voor de helft Camilla Läckberg is en de andere helft zichzelf. En Patrick Hedström is geen superspeurder, hij is een doodnormale kerel met een gezin die zijn werk zo goed mogelijk probeert te doen.”
Als coproducente van de televisieserie had Camilla ook haar zeg over de casting van de hoofdpersonages. “Ik wilde aantrekkelijke mensen, maar geen fotomodellen. In die zin ben ik heel blij met Claudia Galli en Richard Ulfsäter, een soort verbeterde versie van het koppel-van-naast-de-deur. De interactie tussen die twee zit ook helemaal goed.”
Als ik een dag later met Torbjörn door Fjällbacka kuier, bedenk ik dat het toch verdraaid lastig moet zijn om hier ongemerkt een scheve schaats te rijden, laat staan een moord te plegen. Iedereen kent iedereen, zit met de neus op het doen en laten van de buren. Hoe ook, voor de plaatselijke horeca zijn de thrillers van Camilla Läckberg een godsgeschenk. Ook buiten het korte hoogseizoen van 21 juni tot half augustus lokken ze toeristen naar het vissersdorp. En ze mag dan al vele jaren in Stockholm wonen, hier is Camilla simpelweg de dochter van Gunnar en de kleindochter van Edith. Haar moeder woont trouwens nog altijd in Fjällbacka en is niet te beroerd om toeristen te woord te staan.
Toen er vorig jaar audities gehouden werden voor figuranten voor de televisieserie, boden 1500 mensen zich aan, onder wie de voltallige dorpsbevolking. Iedereen wilde meedoen. Camilla : “Als ik thuiskom, word ik ook altijd aangeklampt door mensen die mij vragen om eens een lijk in hun tuin te deponeren of iets smeuïgs over hun schoonmoeder te schrijven.”
OP DE ARM VAN INGRID BERGMAN
Overigens is Läckberg niet Fjällbacka’s eerste plaatselijke beroemdheid. Op haar smartphone toonde ze mij een foto van haarzelf als baby op de arm van Ingrid Bergman. De Camilla Läckberg Tour begint trouwens bij het borstbeeld van de grote Zweedse actrice op het centrale plein, Ingrid Bermans Torg. Haar derde echtgenoot, producer Lars Schmidt, bezat het kleine eilandje Dannholmen voor de kust van Fjällbacka. Het koppel bracht er vele zomers door en organiseerde elk jaar een groot zeilfeest waarop alle inwoners van Fjällbacka uitgenodigd waren. Ingrid had het graag over “haar paradijs op aarde” en deed haar inkopen gewoon in het dorp, waarbij ze geregeld bezweek voor de amandelkoekjes van bakkerij Setterlinds, helaas alleen in de zomer open. Van op de Vetteberget heb je een schitterend uitzicht over Dannholmen en tientallen andere eilandjes, die als een school bultruggen voor de kust liggen. ’s Winters vriest de baai vaak dicht en zijn de eilandbewoners van het vasteland gescheiden. Velen overwinteren in Zuid-Afrika of de Cariben.
Lang was Fjällbacka voor zijn voortbestaan aangewezen op de haringvangst. Om de zoveel jaar was er sprake van een miraculeuze vangst. Torbjörn : “Je hoefde bij wijze van spreken je hand maar in zee te steken en als je ze bovenhaalde hingen er vijf haringen aan. Dat fenomeen deed zich bijvoorbeeld voor tussen 1747 en 1808 en van 1877 tot 1896. In die tijd had Fjällbacka een contract met de stad Parijs, waaraan het olie leverde voor de straatverlichting. Maar net zo goed waren er periodes van zeventig jaar dat er bijna geen haring voorbijzwom. Toen gebeurde het dat de inwoners uit pure miserie middels misleidende vuren schepen op de klippen lokten om na de schipbreuk de lading te recupereren.”
Aha, dus toch misdaad ! Het thema komt trouwens aan bod in één van de Fjällbacka Murders-televisiefilms.
DOODSLAG EN DELICATESSEN
Culinair gezien is het aanbod er met de jaren alleen maar gevarieerder op geworden. Begin september begint het nieuwe oesterseizoen, het laatste weekend van september het kreeftenseizoen. Een prima plek om de Zweedse keuken te savoureren is restaurant Bryggan. We proeven er soep van rivierkreeftjes en mosselen met verse snijboontjes en een panna cotta van arti-sjok. Om duimen en vingers af te likken, net zoals de kabeljauw met cantharellen, groene asperges, puree met stokvis en schuim van langoustines. Daarna blijft er nog nauwelijks plaats over voor de chocoladecake met toffeesaus, frambozen en blauwe bessen.
Camilla Läckberg, die over een gezond zakeninstinct beschikt, schreef samen met haar jeugdvriend Christian Hellberg, chef van Bryggan, een kookboek met hun favoriete zomerse recepten, zoals carpaccio van heilbot met een frisse citrussalade en kruidig gebakken vis met spinaziesalade.
Een andere delicatesse komt recht uit de zee. Dat blijkt tijdens een boottochtje met Hans Holmström, die op Valö, het eilandje pal tegenover de rede van Fjällbacka, een sfeervol hotel in Nantucketstijl annex jeugdherberg uitbaat. De hemel is blauwselblauw, de zee kristalhelder. We passeren een motorbootje met een vissend ouder echtpaar dat trots hun vangst toont. We leggen aan op een onbewoond eilandje waar Hans en zijn vrouw Corinne in het seizoen vaak kreeftenfestijnen organiseren. De volgende weekends is hun hotel dan ook volgeboekt. De kreeften krijgen nog een week respijt, maar als borrelhapje ‘oogst’ Hans een paar oesters. Recht uit de zee, zo vers heb ik ze nog nooit gegeten. Ze smaken zilt en sterk, er hoeft niet eens peper op. Ook de grote roze garnalen, diezelfde ochtend gevangen, zijn in niets te vergelijken met de slappe, ontdooide soortgenoten die we in België doorgaans op ons bord krijgen. Op Valö speelt zich Läckbergs thriller Engeleneiland zich af. Sinds de New York Times een reportage kwam maken, krijgen Hans en Corinne mensen uit de hele wereld over de vloer die ter plekke het boek komen uitlezen. Gezellige misdaad en gastronomie, er valt veel voor te zeggen.
TEKST & FOTO’S LINDA ASSELBERGS
“Ik word vaak aangeklampt door mensen die mij vragen om eens een lijk in hun tuin te deponeren of iets smeuïgs over hun schoonmoeder te schrijven”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier