Een oud New Yorks pakhuis werd geïntegreerd in een futuristisch ogend gebouw. De jonge Nederlandse architecte van het project kocht er zelf een loft, waar het leven zich afspeelt in en rond de keuken.

Op een klein stukje niemandsland tussen de trendy wijken Greenwich, Tribeca en SoHo in Manhattan staat een nieuw appartementencomplex met een golvende glazen gevel. Een subtiele referentie naar de Hudson River, die hier vlakbij stroomt. Het is een ontwerp van de Nederlandse architecte Winka Dubbeldam, die er zelf ook een appartement op een van de hoogste verdiepingen bewoont. The New York Times merkte dit project al op, samen met een nieuwbouw van architect Philip Johnson, en had het in zijn maandelijkse review over “twee nieuwe architecturale parels” aan de Hudson.

“Het appartementsgebouw ligt in de nabijheid van alle bekende en trendy wijken van New York”, aldus Winka Dubbeldam. “Maar desondanks heeft dit kleine kwadrant om de hoek bij Varick Street zijn eigenheid behouden, met name zijn historisch karakter met voornamelijk oude panden en opslagloodsen. Samen met het Hudson River Park is dit een perfecte plek om te wonen. Industrial shabby chic meets digital aesthetic : de traditie van vroeger ontmoet de virtuele wereld van de toekomst, zeg maar.”

Aanvankelijk zou het bestaande historische pakhuis uit het begin van de negentiende eeuw gesloopt worden. In de plaats zou er een modern kantoorgebouw van achttien verdiepingen komen, maar de buren protesteerden daar heftig tegen. Het historische pand is nu in het nieuwe geïntegreerd en het architectenbureau van Winka Dubbeldam heeft er een modern gebouw omheen ‘gewikkeld’. Daarvoor werd een volledige glazen gevel bedacht, die licht golvend oprijst van op Greenwich Street. Oud en nieuw zijn door middel van een verticale opening van elkaar gescheiden. Daaruit steken balkons naar voren, die elke verdieping een uitzicht geven over de omgeving. Volgens Winka Dubbeldam de perfecte plaats om met een glas champagne de zon te zien ondergaan boven New Jersey aan de overkant van het water.

De nieuwe gevel, een glazen wand van 3000 vierkante meter, is een staaltje van technisch vernuft. Het bijzondere glas is afkomstig uit Barcelona en werd naar Hongkong verscheept, waar het werd geëxtrudeerd en zo zijn vorm kreeg. Vervolgens werd het overgebracht naar New York om gemonteerd te worden. Intussen is de gevel uitgegroeid tot een baken voor deze straat en ook voor de directe omgeving van Greenwich en Tribeca. “De plaatselijke verordening bepaalde zeer strikt hoe we moesten omgaan met de gevel”, zegt Winka Dubbeldam. “Naarmate je hoger ging, moest die telkens een beetje dieper liggen. Dat gegeven hebben we vertaald in een licht golvend vlak. Soms loopt dat schuin, dan weer recht of steekt het horizontaal uit, zoals te zien is bij de luifel van de ingang. De glasgevel lijkt tot leven te komen, omdat hij steeds ‘beweegt’ en het wel lijkt alsof hij ‘ademt’. Kortom, het is architectuur zoals ik het graag zie, op het snijvlak van kunst en wetenschap. Maar sommige mensen in de buurt zien er ook een bruidstaart in met zijn typische opbouw naar boven.”

Luxeverblijf

Winka Dubbeldam volgde een opleiding architectuur in Rotterdam. Nadat ze in 1990 afstudeerde, vertrok ze naar de VS, waar ze aan de Columbia University een Master’s Degree in Architecture behaalde. Achtereenvolgens deed ze werkervaring op bij de architecten Bernard Tschumi en Peter Eisenman, totdat ze in 1994 haar eigen bureau Archi-tectonics opstartte. Dankzij haar deelname aan de tentoonstelling The Unprivate House (1999) in het New Yorkse Museum of Modern Art en de Young Architect NY-tentoonstelling (1999) werd ze opgemerkt door opdrachtgevers in die stad. Inmiddels heeft haar bureau ook projecten lopen in Philadelphia en Rotterdam.

Het complex op Greenwich Street is één van haar zes recente New Yorkse opdrachten. Het kent vele luxueuze extra’s, zoals een kunstgalerie, een fitnesszaal en kuuroord, een filmzaal, een wijnkelder en een duplexappartement voor gasten. Verspreid over het oude en het nieuwe gebouw zijn er vijfentwintig appartementen en twee fenomenale penthouses met uitzicht op de rivier. Tijdens het ontwerpproces kwam Dubbeldam op het idee om er ook zelf een appartement te kopen. “Het huurcontract van mijn vorige flat liep af, en ook mijn studio had zich richting Varick Street verplaatst. Het nieuwe wooncomplex dat ik toen net aan het ontwerpen was, lag daar om de hoek.”

Uiteindelijk koos ze een open loft in het oude gedeelte aan de achterkant, waar ze een uitzicht heeft over downtown Manhattan en SoHo. “Alle appartementen zijn uitgevoerd met een basisindeling, want anders krijg je hier in New York geen bouwvergunning. Voor drie of vier kopers heb ik achteraf een nieuwe indeling gemaakt, aangepast aan hun specifieke eisenpakket, waardoor hun flats er ook helemaal anders uitzien. Mijn eigen appartement heeft aan twee zijden in totaal acht grote ramen. In de uiterste hoek ligt de oorspronkelijke compacte badkamer. Die plek heb ik zo behouden omwille van het leidingenwerk, alle andere elementen kregen een nieuwe plaats. Eindelijk kon ik een appartement helemaal voor mijzelf bedenken. Eventuele gasten zouden toch in het gastenverblijf kunnen overnachten. Daarom zijn de ruimten hier ook open, groot, licht en ruim gehouden. Alleen de constructieve kolommen in het midden waren een vast gegeven.”

“Slechts twee wanden structureren de loft”, vervolgt Dubbeldam. “Allereerst die bij de inkom, die de hal afscheidt van de woonkamer. Ten tweede is er de zilveren wand die het slaap- en het badkamergedeelte iets meer afschermt van de woonkamer. Die is multifunctioneel ingevuld, je kunt hem aan twee kanten gebruiken. Aan de zijde van de woonkamer heb ik er een boekenkast in gemaakt. Twee glazen schuifdeuren van 240 op 240 centimeter die ik los in Italië heb gekocht – eigenlijk behoorden ze tot een kastensysteem – schuiven enerzijds voor de kast of anderzijds voor de opening richting studeerkamer. Als ik alles openzet, kan ik rond de zilveren wand lopen en vloeien alle ruimten logisch in elkaar over.”

Keukenfeest

Aan de keuken werd de meeste aandacht besteed. “Voor mij is en blijft dit vertrek het middelpunt van elke woning. Ze moet functioneel zijn, comfortabel en gemakkelijk in onderhoud. Het is ten eerste de plaats waar ik zittend aan de toog ’s ochtends ontbijt en mijn krant lees. En ’s avonds is het ideaal dat vrienden of gasten bij je kunnen komen staan terwijl je aan het koken bent. Natuurlijk moet deze ruimte er mooi uitzien. Zo is er een vrijstaand keukenblok van Valcucine met een spoelbak en kookeiland, en een donkergekleurd schappen- en plankensysteem van hetzelfde merk met handige accessoires zoals een kruidenrek, voorraadbussen enzovoorts. De vloerstrook achter het kookeiland is uit terrazzo, omdat dat praktischer is, terwijl er in de rest van de loft donker mahoniehout ligt. De volledige achterwand van de keuken is uitgevoerd in felgeel transparant laminaat. Hierin zijn de koelkast en de vriezer weggewerkt, maar ook de voorraadkasten en enkele vakken voor mijn keukentoestellen. Met die ingebouwde verlichting ziet het er echt spacy en mysterious uit. Handig is dat ik het gastentoilet achter een extra deurpaneel kon verstoppen : de meest linkse deur geeft toegang tot een kleine ruimte met het toilet en een bergkast. Maar één element is hier echt belangrijk voor mij : een keuken is pas een echt goede keuken als je er een deftig feest kunt geven !”

Door Marc Heldens I Foto’s Mark Seelen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content